Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 27 maart 2008
gepubliceerd op 25 april 2008

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2008024162
pub.
25/04/2008
prom.
27/03/2008
ELI
eli/besluit/2008/03/27/2008024162/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

27 MAART 2008. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 4 april 1980 betreffende de overdracht van bevoegdheden voor de uitvoering van de Richtlijnen van de Raad van de Europese Gemeenschappen, betreffende de geneeskunst, de verpleegkunde, de paramedische beroepen en de diergeneeskunde;

Gelet op het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, inzonderheid op hoofdstuk IVBIS, gewijzigd bij 3 koninklijke besluiten van 17 november 2005;

Gelet op Richtlijn 2003/109/EG van de Raad van 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen;

Gelet op Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden;

Gelet op Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties, gewijzigd bij Richtlijn 2006/100/EG;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 september 2007;

Gelet op het advies 43.754/3 van de Raad van State, gegeven op 27 november 2007, overeenkomstig artikel 84, § 3, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op voordracht van Onze Minister belast met Volksgezondheid en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Hoofdstuk IVBIS van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, bestaande uit de artikelen 44bis tot artikel 44octiesdecies, wordt vervangen als volgt : « Hoofdstuk IVBIS - Erkenning van beroepskwalificaties - Toepassing van de Europese regelgeving

Art. 44bis.De bepalingen van dit hoofdstuk strekken tot de omzetting van Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties, gewijzigd bij Richtlijn 2006/100/EG. Afdeling 1. - Definities

Art. 44ter.Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder : 1° « Minister » : de Minister bevoegd voor Volksgezondheid;2° « Directoraat-generaal » : het Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;3° « Richtlijn » : Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties, gewijzigd bij Richtlijn 2006/100/EG;4° « lidstaat » : een staat die lid is van de Europese Unie, alsook Noorwegen, Liechtenstein, IJsland en Zwitserland vanaf het ogenblik dat de richtlijn op deze landen van toepassing is;5° « migrant » : a) een onderdaan van een lidstaat, of b) een onderdaan van een derde land die houder is van een door een lidstaat van de Europese Unie afgegeven EG-verblijfsvergunning voor langdurig ingezetenen zoals bedoeld in artikel 8 van Richtlijn 2003/109/EG van de Raad van 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen, of c) een familielid van een onderdaan van een lidstaat dat onderdaan is van een derde land en dat uit hoofde van de Richtlijn 2004/38/EG van het Europese Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden gerechtigd is een lidstaat binnen te komen en er te verblijven;6° « beroepskwalificaties » : kwalificaties die worden gestaafd door een opleidingstitel, een bekwaamheidsattest die verband houdt met de volksgezondheid, en/of een beroepservaring;7° « gereglementeerd beroep » : een beroepswerkzaamheid of een geheel van beroepswerkzaamheden waartoe de toegang of waarvan de uitoefening of één van de wijzen van uitoefening krachtens het koninklijk besluit nr.78 van 10 november 1967 direct of indirect afhankelijk wordt gesteld van het bezit van bepaalde beroepskwalificaties; met name het voeren van een beroepstitel die krachtens het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 beperkt is tot personen die een specifieke beroepskwalificatie bezitten, geldt als een wijze van uitoefening; 8° « beroepservaring » : de daadwerkelijke en geoorloofde uitoefening van het betrokken beroep in een lidstaat;9° « Gemeenschap » : het grondgebied van de lidstaten;10° « bevoegde autoriteit » : ieder door de lidstaten gemachtigde autoriteit of instelling die met name bevoegd is bewijsstukken van opleiding en andere documenten of informatie af te geven, respectievelijk aan te nemen, alsmede aanvragen te ontvangen en besluiten te nemen zoals bedoeld in de richtlijn;11° « opleidingstitel » : a) een diploma, certificaat of andere titel, afgeleverd door de bevoegde autoriteit van een lidstaat ter afsluiting van een overwegend in de Gemeenschap gevolgde beroepsopleiding die verband houdt met de volksgezondheid, of b) een diploma, certificaat of andere titel, afgeleverd door de bevoegde autoriteit van een derde land, indien de migrant in het betrokken gereglementeerd beroep een beroepservaring van ten minste drie jaar heeft opgedaan op het grondgebied van een andere lidstaat dan België die de betrokken titel heeft erkend en indien die lidstaat de beroepservaring bevestigt;12° « proeve van bekwaamheid » : een controle, uitsluitend inzake de beroepskennis van de migrant, die door de bevoegde Belgische autoriteit wordt verricht en die tot doel heeft te beoordelen of de migrant de bekwaamheid bezit om in België een gereglementeerd beroep uit te oefenen;ten behoeve van deze controle stelt de bevoegde Belgische autoriteit, op basis van een vergelijking tussen de in België vereiste opleiding en de opleiding die de migrant heeft genoten, een lijst op van de vakgebieden die niet bestreken worden door het diploma of andere opleidingstitels die de migrant overlegt; bij de proeve van bekwaamheid moet in aanmerking worden genomen dat de migrant in de lidstaat van oorsprong of herkomst een gekwalificeerde beroepsbeoefenaar is; deze proef heeft betrekking op de vakgebieden die worden gekozen uit die welke op de lijst staan en waarvan de kennis een wezenlijke voorwaarde is om het beroep in België te kunnen uitoefenen; deze proef kan ook betrekking hebben op de kennis van de beroepsregels die in België op de betrokken activiteiten van toepassing is; 13° « aanpassingsstage » : de uitoefening in België van een gereglementeerd beroep onder verantwoordelijkheid van een gekwalificeerde beroepsbeoefenaar, eventueel gekoppeld aan een aanvullende opleiding;de stage wordt beoordeeld en er wordt geoordeeld of de migrant voldoende bekwaamheid bezit om het desbetreffende gezondheidszorgberoep in België uit te oefenen; 14° « gereglementeerde opleiding » : elke opleiding die specifiek op de uitoefening van een bepaald beroep gericht is en die uit een studiecyclus bestaat die eventueel met een beroepsopleiding, een beroepsstage of praktijkervaring wordt aangevuld. Afdeling 2. - Vrijheid van vestiging

A. Algemeen stelsel van erkenning van opleidingstitels

Art. 44quater.§ 1. De migrant die houder is van een beroepskwalificatie die verband houdt met de volksgezondheid en die in België een beroep wenst uit te oefenen dat gereglementeerd is in het kader van dit besluit maar dat niet valt onder het stelsel van de automatische erkenning, dient zijn beroepskwalificatie te laten erkennen door de Minister overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies. § 2. De migrant die houder is van één van de opleidingstitels, bedoeld in artikel 44quinquies, maar die niet beantwoordt aan de bepalingen van de respectievelijke ministeriële besluiten, bedoeld in artikel 44quinquies, en die zijn beroep in België wenst uit te oefenen, dient zijn opleidingstitel te laten erkennen door de Minister overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies. De migrant dient aan te tonen dat de tekorten in zijn opleiding later werden aangevuld ofwel door een bijkomende opleiding ofwel door een passende beroepservaring in die domeinen waar de tekorten zich voordoen. § 3. De migrant die in zijn land van oorsprong of herkomst een gespecialiseerde ziekenverpleger zonder opleiding tot verantwoordelijk algemeen ziekenverpleger is en derhalve houder is van een opleidingstitel die niet beantwoordt aan de bepalingen van het ministerieel besluit, bedoeld in artikel 44quinquies, § 4, en die zijn beroep in België wenst uit te oefenen, dient zijn opleidingstitel te laten erkennen door de Minister overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies. § 4. De artsen, ziekenverplegers, tandartsen, verloskundigen en apothekers die in hun land van oorsprong of herkomst een opleidingstitel van specialist hebben behaald die volgt op de opleiding voor een titel genoemd in de respectievelijke ministeriële besluiten, bedoeld in artikel 44quinquies § § 1, 4, 5, 7 en 8, die niet valt onder het systeem van de automatische erkenning, dienen hun opleidingstitel te laten erkennen door de Minister overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies.

B. Automatische erkenning op basis van de coördinatie van de minimumopleidingseisen

Art. 44quinquies.§ 1. De migrant die houder is van een opleidingstitel van arts met een basisopleiding die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, wordt gelijkgesteld met de houder van een Belgisch diploma van arts. § 2. Onverminderd de toepassing van de bepalingen van § 1 en met het oog op het toekennen van dezelfde rechtsgevolgen als deze verbonden aan de Belgische erkenning als geneesheer-specialist, wordt de migrant die houder is van een opleidingstitel van medisch specialist die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, gelijkgesteld met de houder van een Belgische erkenning als geneesheer-specialist. § 3. Onverminderd de toepassing van de bepalingen van § 1 en met het oog op het toekennen van dezelfde rechtsgevolgen als deze verbonden aan de Belgische erkenning als huisarts, wordt de migrant die houder is van een opleidingstitel van huisarts die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, gelijkgesteld met de houder van een Belgische erkenning als huisarts. § 4. De migrant die houder is van een opleidingstitel van verantwoordelijk algemeen ziekenverpleger die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, wordt gelijkgesteld met de houder van een Belgisch diploma van verpleegkundige. § 5. De migrant die houder is van een opleidingstitel van beoefenaar der tandheelkunde die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, wordt gelijkgesteld met de houder van een Belgisch diploma van tandarts. § 6. Onverminderd de toepassing van de bepalingen van § 5 en met het oog op het toekennen van dezelfde rechtsgevolgen als deze verbonden aan de Belgische erkenning als tandarts-specialist, wordt de migrant die houder is van een opleidingstitel van specialist in de tandheelkunde die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, gelijkgesteld met de houder van een Belgische erkenning als tandarts-specialist. § 7. De migrant die houder is van een opleidingstitel van verloskundige die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, wordt gelijkgesteld met de houder van een Belgisch diploma van vroedvrouw. § 8. De migrant die houder is van een opleidingstitel van apotheker die beantwoordt aan de bepalingen vastgesteld door de Minister, conform de bepalingen van de richtlijn, en die door de Minister werd erkend overeenkomstig de bepalingen van artikel 44octies, wordt gelijkgesteld met de houder van een Belgisch diploma van apotheker.

C. Gemeenschappelijke bepalingen inzake vestiging

Art. 44sexies.De aanvraag tot erkenning van een beroepskwalificatie wordt door de migrant ingediend bij het Directoraat-generaal. Bij deze aanvraag worden volgende documenten gevoegd : - een kopie van de beroepskwalificatie waarop de migrant zich beroept en, in voorkomend geval, een bewijs van de beroepservaring van de migrant; - een bewijs van de nationaliteit van de migrant; - een uittreksel uit het strafregister of, bij gebreke daarvan, een door de bevoegde autoriteit van de lidstaat van oorsprong of herkomst van de migrant afgegeven gelijkwaardig document; dit document mag bij overlegging niet ouder zijn dan drie maanden; - een curriculum vitae.

Indien de aanvraag tot erkenning van een beroepskwalificatie valt onder het stelsel van de automatische erkenning voegt de migrant bij zijn aanvraag tot erkenning ook een certificaat afgegeven door de bevoegde autoriteit van de lidstaat van oorsprong of herkomst van de migrant waarin wordt verklaard dat de opleidingstitel geheel in overeenstemming is met de in de richtlijn bedoelde titel.

Art. 44septies.§ 1. Het Directoraat-generaal kan, in geval van gegronde twijfel, van de bevoegde autoriteiten van een andere lidstaat een bevestiging verlangen van de echtheid van de in die lidstaat afgegeven beroepskwalificaties.

In het kader van de automatische erkenning kan het Directoraat-generaal, in geval van gegronde twijfel, van de bevoegde autoriteiten van een andere lidstaat ook een bevestiging verlangen van het feit dat de migrant heeft voldaan aan de minimum opleidingseisen die door de Minister worden vastgelegd overeenkomstig de bepalingen van de richtlijn. § 2. Het Directoraat-generaal kan, in geval van gegronde twijfel, wanneer een opleidingstitel is afgegeven door een bevoegde autoriteit in een lidstaat die een opleiding omvat die geheel of gedeeltelijk is gevolgd in een rechtmatig op het grondgebied van een andere lidstaat gevestigde instelling, bij de bevoegde autoriteit in de lidstaat waar de opleidingstitel vandaan komt, nagaan : 1° of de opleidingscyclus aan de betrokken instelling die de opleiding heeft verzorgd, officieel is gecertificeerd door de onderwijsinstelling die gevestigd is in de lidstaat vanwaar de titel afkomstig is;2° of de afgeleverde opleidingstitel dezelfde is als de titel die zou zijn verleend indien de opleiding in zijn geheel was gevolgd in de lidstaat vanwaar de titel afkomstig is;en 3° of de afgeleverde opleidingstitel dezelfde rechten inzake de toegang tot het beroep verleent op het grondgebied van de lidstaat vanwaar de titel afkomstig is.

Art. 44octies.§ 1. Het Directoraat-generaal bevestigt binnen een termijn van één maand na zijn ontvangst aan de migrant de ontvangst van de erkenningsaanvraag van de beroepskwalificatie en deelt in voorkomend geval mee welke documenten ontbreken. § 2. De erkenningsaanvraag van de beroepskwalificaties bedoeld in artikel 44quater wordt door het Directoraat-generaal aan een grondig onderzoek onderworpen. Het Directoraat-generaal gaat na of de migrant in aanmerking komt om te genieten van het algemeen stelsel van erkenning van opleidingstitels bedoeld in de richtlijn en gaat ook na of de migrant de nodige beroepskwalificaties en/of beroepservaring bezit die, in overeenstemming met de richtlijn en volgens door de Koning vastgestelde modaliteiten, mag gevraagd worden om het desbetreffende gereglementeerde beroep in België uit te oefenen.

De erkenningsaanvraag van de beroepskwalificaties bedoeld in artikel 44quinquies, wordt door het Directoraat-generaal aan een grondig onderzoek onderworpen. Het Directoraat-generaal gaat na of de door de migrant ingediende documenten echt zijn en gaat na of het door de migrant ingediende dossier in overeenstemming is met de respectievelijke ministeriële besluiten bedoeld in artikel 44quinquies. § 3. Na het grondig onderzoek van het dossier door het Directoraat-generaal en uiterlijk vier maanden na de indiening van het volledige dossier levert de Minister de erkenning van de beroepskwalificaties bedoeld in artikel 44quater af.

Na het grondig onderzoek van het dossier door het Directoraat-generaal en uiterlijk drie maanden na de indiening van het volledige dossier levert de Minister de erkenning van de opleidingstitels bedoeld in artikel 44quinquies af. § 4. Indien de ingediende documenten niet voldoen aan alle erkenningsvoorwaarden, wordt de aanvraag tot erkenning van een beroepskwalificatie afgewezen en deelt de Minister dit per aangetekend schrijven mee aan de migrant. § 5. De erkenningsbesluiten en de afwijzingen van verzoeken tot erkenning van beroepskwalificaties worden met redenen omkleed. § 6. Tegen de afwijzingen van verzoeken tot erkenning van beroepskwalificaties bedoeld in de artikelen 44quater en 44quinquies kunnen de migranten een beroep instellen overeenkomstig de bepalingen vastgesteld door de Koning. Hetzelfde geldt ingeval binnen de voorgestelde termijn geen beslissing omtrent de toekenning of de afwijzing van erkenning van een beroepskwalificatie is genomen.

Art. 44nonies.De migranten die de erkenning zoals bedoeld in artikel 44octies, verkregen hebben, hebben het recht gebruik te maken van de overeenkomstige Belgische beroepstitel wanneer het dragen van deze titel gereglementeerd is in het kader van dit besluit, en gebruik te maken van de eventuele afkorting van deze titel.

Art. 44decies.Voor zover deze vereisten in andere bepalingen van dit besluit worden opgelegd voor het uitoefenen van bepaalde activiteiten, mogen de in de artikelen 44quinquies, § § 1, 4, 5, 7 en 8 en 44octies, § 3, lid 1, bedoelde migranten hun beroep alleen uitoefenen indien zij vooraf hun erkenningsbesluit hebben laten viseren overeenkomstig de bepalingen van artikel 7 van dit besluit, en zo daartoe aanleiding bestaat, hun inschrijving op de lijst van de voor hun beroep bevoegde Orde bekomen hebben. Afdeling 3.. -Tijdelijke en incidentele dienstverrichting

Art. 44undecies.De bepalingen van deze afdeling zijn uitsluitend van toepassing op de dienstverrichter die, op wettige wijze gevestigd in een andere lidstaat waar hij zijn beroep uitoefent, op Belgisch grondgebied tijdelijk en incidenteel een gereglementeerd beroep komt uitoefenen. Het tijdelijke en incidentele karakter van de dienstverrichting wordt per geval beoordeeld, met name in het licht van de duur, frequentie, regelmaat en continuïteit van de dienstverrichting.

Art. 44duodecies.§ 1. Onverminderd de bepalingen van artikel 44terdecies, 44quaterdecies , 44quinquiesdecies, 44sexiesdecies en 44septiesdecies van dit besluit wordt de tijdelijke en incidentele dienstverrichting van een gereglementeerd beroep niet om redenen van beroepskwalificaties beperkt : 1° indien het beroep of de opleiding die leidt tot de toegang tot of de uitoefening van het beroep in de lidstaat van vestiging is gereglementeerd, of 2° indien het beroep of de opleiding die leidt tot de toegang tot of de uitoefening van het beroep in de lidstaat van vestiging niet is gereglementeerd en de dienstverrichter tijdens de tien jaar die voorafgaan aan de dienstverrichting in België gedurende ten minste twee jaar dat beroep heeft uitgeoefend in de lidstaat van vestiging. § 2. De dienstverrichter die in België op tijdelijke en incidentele wijze een gereglementeerd beroep komt verrichten, valt onder de professionele, wettelijke en administratieve beroepsregels die rechtstreeks verband houden met beroepskwalificaties, alsook de tuchtrechterlijke bepalingen die van toepassing zijn op de personen die in België datzelfde gereglementeerd beroep uitoefenen.

Art. 44terdecies.Overeenkomstig artikel 44duodecies, § 1, stelt België een in een andere lidstaat gevestigde dienstverrichter met name vrij van de eisen die worden gesteld aan op Belgisch grondgebied gevestigde gezondheidszorgbeoefenaren met betrekking tot : 1° een vergunning, de inschrijving of de aansluiting bij een beroepsorganisatie.Het Directoraat-generaal voorziet in een automatische tijdelijke inschrijving en verstuurt hiertoe een kopie van de in artikel 44quaterdecies, § 1, bedoelde verklaring en eventueel verlenging ervan, en daarnaast, voor beroepen die verband houden met de volksgezondheid genoemd in artikel 44sexiesdecies of waarvoor krachtens de bepalingen van afdeling 2, B, een automatische erkenning geldt, een kopie van de in artikel 44quaterdecies, § 3, bedoelde documenten naar de bevoegde Geneeskundige Commissie, en, in voorkomend geval, naar de bevoegde Orde. Het Directoraat-generaal zorgt ervoor dat de automatische tijdelijke inschrijving de dienstverrichting op geen enkele wijze vertraagt of bemoeilijkt en voor de dienstverrichter geen extra kosten meebrengt; en 2° de inschrijving bij het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering.De dienstverrichter alsook het Directoraat-generaal stellen evenwel het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering vooraf, of in dringende gevallen achteraf, van de verrichte dienst in kennis.

Art. 44quaterdecies.§ 1. Voorafgaand aan de eerste tijdelijke en incidentele dienstverrichting, brengt de dienstverrichter het Directoraat-generaal op de hoogte van de dienstverrichting door middel van een schriftelijke verklaring met daarin de gegevens betreffende verzekeringsdekking of soortgelijke individuele of collectieve vormen van bescherming inzake beroepsaansprakelijkheid. § 2. De schriftelijke verklaring kan met alle middelen worden aangeleverd en wordt steeds na een jaar opnieuw afgegeven door de dienstverrichter indien hij voornemens is om gedurende het opvolgende jaar in België tijdelijk en incidenteel een gereglementeerd beroep uit te oefenen. § 3. Voor de eerste dienstverrichting gaat de schriftelijke verklaring vergezeld van de volgende documenten, afgegeven door de ter zake bevoegde autoriteit van de desbetreffende lidstaat : 1° een bewijs van nationaliteit van de dienstverrichter die tijdelijk en incidenteel diensten wenst te verrichten op Belgisch grondgebied;2° een attest waarin staat dat de dienstverrichter rechtmatig in een andere lidstaat dan België is gevestigd om er de betrokken werkzaamheden uit te oefenen en waarin staat dat de dienstverrichter op het moment van afgifte van het attest geen permanent of tijdelijk beroepsverbod is opgelegd;3° een bewijs van beroepskwalificaties;4° voor de gevallen zoals bedoeld in artikel 44duodecies, § 1, lid 2°, een bewijs van de daar omschreven beroepservaring. § 4. Indien zich een wezenlijke verandering heeft voorgedaan in de door de documenten, bedoeld in paragraaf 3, gestaafde situatie, meldt de dienstverrichter dit binnen een maand aan het Directoraat-generaal en geeft hij aan het Directoraat-generaal de in paragraaf 3 omschreven documenten waaruit die nieuwe situatie blijkt.

Art. 44quinquiesdecies.§ 1. De dienstverrichter die in België op tijdelijke en incidentele wijze een gereglementeerd beroep komt uitoefenen, oefent dit beroep uit onder de beroepstitel van de lidstaat van vestiging. Deze beroepstitel wordt vermeld in de officiële taal of één van de officiële talen van de lidstaat van vestiging. § 2. Indien de beroepstitel, bedoeld in het eerste lid, niet bestaat, gebruikt de dienstverrichter zijn opleidingstitel in de officiële taal of één van de officiële talen van de lidstaat van vestiging. § 3. De dienstverrichter die in België op tijdelijke en incidentele wijze een gereglementeerd beroep komt uitoefenen, oefent dit beroep uit onder de Belgische beroepstitel : 1° indien het gaat om een gereglementeerd beroep in de zin van artikel 44quinquies, of 2° indien de beroepskwalificaties van de dienstverrichter door het Directoraat-generaal overeenkomstig artikel 44sexiesdecies werden geverifieerd.

Art. 44sexiesdecies.§ 1. Het Directoraat-generaal kan vóór de eerste dienstverrichting de beroepskwalificaties van de dienstverrichter controleren indien deze in België op tijdelijke en incidentele wijze een beroep wenst uit te oefenen dat gereglementeerd is in het kader van dit besluit maar dat niet valt onder het stelsel van de automatische erkenning. § 2. De voorafgaandelijke controle is slechts mogelijk voor zover deze tot doel heeft ernstige schade voor de gezondheid van de afnemer van de dienstverrichting als gevolg van een ontoereikende beroepskwalificatie van de dienstverrichter te voorkomen. § 3. Binnen een termijn van een maand na ontvangst van de verklaring en de begeleidende documenten, bedoeld in artikel 44quaterdecies, stelt het Directoraat-generaal de dienstverrichter op de hoogte van ofwel haar beslissing om de beroepskwalificaties niet te controleren ofwel het resultaat van de verrichte controle.

Deze termijn kan éénmaal worden verlengd met twee maanden en dit mits mededeling aan de dienstverrichter van de reden van verlenging. § 4. Indien de beroepskwalificatie van de dienstverrichter wezenlijk verschilt van de in België voor de toelating tot of de uitoefening van het desbetreffende gereglementeerd beroep vereiste opleiding, en wel in die mate dat dit verschil de volksgezondheid kan schaden, biedt het Directoraat-generaal de dienstverrichter de mogelijkheid om aan te tonen dat hij de ontbrekende kennis en vaardigheden heeft verworven, bijvoorbeeld door middel van een proeve van bekwaamheid. Het Directoraat-generaal zorgt er wel voor dat de uitoefening van het gereglementeerd beroep kan plaatsvinden in de maand volgend op die waarin het overeenkomstig paragraaf 3 genomen besluit is getroffen. § 5. Indien het Directoraat-generaal binnen de in de vorige paragrafen bepaalde termijnen niet reageert, kan de dienstverrichter het gereglementeerd beroep op tijdelijke en incidentele wijze in België uitoefenen.

Art. 44septiesdecies.§ 1. Vóór iedere dienstverrichting kan het Directoraat-generaal de bevoegde autoriteit van de lidstaat van vestiging verzoeken om alle informatie over de rechtmatigheid van de vestiging en het goede gedrag van de dienstverrichter, alsmede het ontbreken van eventuele tuchtrechtelijke of strafrechtelijke maatregelen terzake van de beroepsuitoefening. § 2. Het Directoraat-generaal en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van vestiging zorgen voor de uitwisseling van alle nodige informatie opdat een klacht van een afnemer van een dienst tegen een dienstverrichter correct kan worden afgehandeld. De afnemer van de dienst wordt van het resultaat van de klacht in kennis gesteld. § 3. Het Directoraat-generaal en de bevoegde autoriteit van de lidstaat van vestiging zien toe op de vertrouwelijkheid van de door hen uitgewisselde informatie. Afdeling 4. - Overige bepalingen

Art. 44octiesdecies.De migrant wiens beroepskwalificaties in België werden erkend overeenkomstig de bepalingen van afdeling 2 of de dienstverrichter die in België werd toegelaten overeenkomstig de bepalingen van afdeling 3 kent voldoende Nederlands, Frans of Duits om het desbetreffende gereglementeerd beroep in België te kunnen uitoefenen.

Art. 44noniesdecies.§ 1. Onverminderd de bepalingen van artikel 44nonies en artikel 44quinquiesdecies heeft de migrant wiens beroepskwalificaties in België werden erkend overeenkomstig de bepalingen van afdeling 2 of de dienstverrichter die in België werd toegelaten overeenkomstig de bepalingen van afdeling 3, het recht gebruik te maken van de opleidingstitel die hem werd verleend in de lidstaat van oorsprong of herkomst en, eventueel, van de afkorting daarvan, in de originele taal. Deze opleidingstitel mag worden gevolgd door de naam en de plaats van de instelling of de examencommissie die hem heeft verleend. § 2. Indien een opleidingstitel zoals wordt bedoeld in de eerste paragraaf kan worden verward met een titel waarvoor in België een aanvullende opleiding is vereist die de migrant of de dienstverrichter niet heeft gevolgd, gebruikt de migrant of de dienstverrichter de Belgische beroepstitel gevolgd door de naam en de plaats van de instelling of de examencommissie die de beroepskwalificatie aan de migrant of de dienstverrichter heeft verleend.

Art. 44viginti.De overtredingen van de bepalingen van dit hoofdstuk, waarop de strafbepalingen van hoofdstuk IV niet toepasselijk zijn, worden gestraft met een gevangenisstraf van 8 dagen tot 6 maanden en met een geldboete van 150 EUR tot 1000 EUR of met één van die straffen alleen. ».

Art. 2.Onze Minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 27 maart 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX

^