27 APRIL 2007. - Koninklijk besluit van 27 april 2007 houdende oprichting van de Commissie voor de filmkeuring

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 37 van de Grondwet;

Gelet op de wet van 1 september 1920 waarbij aan minderjarigen beneden 16 jaar toegang tot de bioscoopzalen wordt ontzegd, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 maart 2007;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, van 22 maart 2007;

Gelet op het advies nr 42.615/2 van de Raad van State, gegeven op 25 april 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de op 12 januari 1973 gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - De oprichting en de samenstelling van de Commissie voor filmkeuring

Artikel 1.Er wordt een Commissie voor de filmkeuring opgericht, hierna te noemen « de Commissie ».

Art. 2.§ 1. De Commissie bestaat uit 140 leden, door Ons benoemd. § 2. De leden van de Commissie worden benoemd voor een termijn van 3 jaar. Ze blijven hun mandaat verder uitoefenen na die termijn, tot wanneer ze ontslagnemend zijn of vervangen worden. § 3. De Commissie telt evenveel Nederlandstalige als Franstalige leden. § 4. De Commissie telt een voorzitter en twee ondervoorzitters door Ons benoemd onder de leden van de Commissie en op haar voordracht. De ondervoorzitters moeten tot verschillende taalgroepen behoren.

Art. 3.De Commissie stelt haar huishoudelijk reglement op. Dit reglement wordt Ons ter goedkeuring voorgelegd en in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. HOOFDSTUK II. - Opdrachten, organisatie en werking van de Commissie

Art. 4.§ 1. De Commissie beslist op verzoek van elke natuurlijke of rechtspersoon of een film die verdeeld wordt of vertoond in een bioscoopzaal of op een plaats die toegankelijk is voor het publiek, kan bekeken worden door minderjarigen van minder dan 16 jaar oud.

Ze kan een film toelaten voor allen of voor minderjarigen vanaf de leeftijd van 12 jaar. § 2. De Commissie kan in haar huishoudelijk reglement afwijkingen voorzien op de verplichting voor een uitbater of een organisator van spektakels om een toelating te verkrijgen, indien hij het bewijs levert dat de film voor de leeftijdscategorie bedoeld in het eerste lid toegelaten is door de bevoegde autoriteit van een ander land, of wanneer de film vertoond wordt in het kader van een voorvertoning.

Het huishoudelijk reglement legt de nadere regels vast aan de hand waarvan deze afwijkingen kunnen worden toegestaan.

Art. 5.De Commissie beraadslaagt overeenkomstig de nadere regels die vastgelegd zijn in haar huishoudelijk reglement.

Art. 6.De Commissie kan in haar huishoudelijk reglement de bijkomende nadere regels vastleggen voor haar organisatie en haar werking. HOOFDSTUK III. - Inwerkingtreding

Art. 7.Dit besluit treedt in werking de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.

Art. 8.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 27 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX