gepubliceerd op 10 oktober 2013
Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden en modaliteiten volgens welke het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering een financiële tegemoetkoming toekent voor de werking van de Algemene unie der verpleegkundigen van België
26 SEPTEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden en modaliteiten volgens welke het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering een financiële tegemoetkoming toekent voor de werking van de Algemene unie der verpleegkundigen van België
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de programmawet van 2 januari 2001, inzonderheid op artikel 59quater;
Gelet op het advies van de Commissie voor begrotingscontrole, gegeven op 20 februari 2013;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 25 februari 2013;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 april 2013;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 17 mei 2013;
Gelet op de voorafgaand onderzoek van de noodzaak om een effectbeoordeling waarbij werd besloten dat geen effectbeoordeling is vereist;
Gelet op het advies 53.415/2 van de Raad van State, gegeven op 10 juni 2013 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale culturele instellingen en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Een jaarlijkse financiële tegemoetkoming van 350.000 euro wordt voor een periode van vier jaar toegekend aan de Algemene unie der verpleegkundigen van België.
Art. 2.§ 1.De eerste tegemoetkoming wordt voor het jaar 2013 gestort. § 2. Vanaf 2014 tot en met 2016 wordt het bedrag bedoeld in artikel 1 aangepast aan de index van de consumptieprijzen die van kracht zijn op 1 maart van het betrokken jaar.
Art. 3.De tegemoetkoming kan enkel worden aangewend voor het verrichten van personeels- en werkingsuitgaven die verband houden met de vertegenwoordiging van de Algemene unie der verpleegkundigen van België in de verschillende organen waarin ze uitgenodigd wordt te zetelen, zoals vergoedingen, lonen, sociale lasten en kleine bureaukosten.
Art. 4.Het jaarbedrag vastgesteld overeenkomstig artikel 2 wordt gefinancierd ten laste van de administratiekosten van het Instituut.
Art. 5.§ 1. Het jaarbedrag dat wordt toegekend, wordt door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering als volgt betaald : 1° 75 % van het bedrag vóór 31 maart van het desbetreffende jaar en wat 2013 betreft, in de maand die volgt op de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad;2° 25 % binnen de drie maanden nadat de door de raad van bestuur van de Algemene unie der verpleegkundigen van België goedgekeurde jaarrekening voor het desbetreffende jaar aan de administrateur-generaal van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering werd overgemaakt. § 2. Het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering betaalt de bedragen op het bankrekeningnummer opgegeven door de Algemene unie der verpleegkundigen van België.
Art. 6.§ 1. De Algemene unie der verpleegkundigen van België voert de boekhouding overeenkomstig artikel 17, § 3, van de wet van 27 juni 1921Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1921 pub. 19/08/2013 numac 2013000498 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk. § 2. Ze houdt, ten behoeve van het Rekenhof, de bewijsstukken met betrekking tot de aanwending van de tegemoetkoming ter beschikking.
Art. 7.Indien uit de jaarrekening bedoeld in artikel 5, § 1, 2°, blijkt dat de tegemoetkoming niet volledig werd aangewend voor de doeleinden bepaald in artikel 3, kan de Algemene raad ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering beslissen dat het bedrag bedoeld in artikel 5, § 1, 2°, niet wordt betaald.
Art. 8.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 9.Onze Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale culturele instellingen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 september 2013.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale culturele instellingen, Mevr. L. ONKELINX