25 FEBRUARI 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 april 1993 tot instelling van een herinneringsmedaille voor buitenlandse opdrachten of operaties

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 114 van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 13 april 1993 tot instelling van een herinneringsmedaille voor buitenlandse opdrachten of operaties, inzonderheid op artikel 2, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 november 1994, en artikel 3, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 november 1994 en van 5 juni 2002;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 juni 2002 tot oprichting van een commissie belast met het uitbrengen van een advies betreffende de opdrachten en operaties die in aanmerking komen voor de toekenning van de herinneringsmedaille voor buitenlandse opdrachten of operaties;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 oktober 2005;

Gelet op het protocol van het Onderhandelingscomité van het militair personeel van de Krijgsmacht, afgesloten op 2 maart 2006;

Gelet op het overleg met het Hoog Overlegcomité overeenstemmend met het Sectorcomité XIV van het burgerpersoneel van de Krijgsmacht, afgesloten op 2 maart 2006;

Gelet op het advies Nr 40.270/4 van de Raad van State, gegeven op 4 december 2006;

Op de voordracht van onze Minister van Landsverdediging, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 13 april 1993 tot instelling van een herinneringsmedaille voor buitenlandse opdrachten of operaties, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 november 1994, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid wordt de bepaling onder 1° aangevuld als volgt : « en die een minimale duur hebben van één maand;»; 2° in het eerste lid, 2°, worden de woorden « en de buitenlandse militairen » ingevoegd tussen de woorden « de leden van het burgerpersoneel » en de woorden « die, in het belang van de opdrachten ».

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 november 1994 en van 5 juni 2002, wordt vervangen als volgt : «

Artikel 3.De opdrachten en operaties bedoeld in artikel 2, worden, voor elke afzonderlijke opdracht of operatie, door de Minister van Landsverdediging vastgesteld. »

Art. 3.Het ministerieel besluit van 11 juni 2002 tot oprichting van een commissie belast met het uitbrengen van een advies betreffende de opdrachten en operaties die in aanmerking komen voor de toekenning van de herinneringsmedaille voor buitenlandse opdrachten of operaties, wordt opgeheven.

Art. 4.Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 25 februari 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Landsverdediging, A. FLAHAUT