gepubliceerd op 05 maart 2002
Koninklijk besluit houdende oprichting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken
25 FEBRUARI 2002. - Koninklijk besluit houdende oprichting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het artikel 37 van de Grondwet;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1999 houdende vaststelling van bepaalde ministeriële bevoegdheden, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 september 1999, 17 november 1999, 27 november 2000, 15 januari 2001, 2 april 2001 en 18 juli 2001;
Gelet op het koninklijk besluit van 7 november 2000 houdende oprichting en samenstelling van de organen die gemeenschappelijk zijn aan iedere federale overheidsdienst, inzonderheid op artikel 9;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 februari 2002 houdende oprichting van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie;
Gelet op de beslissing van de Ministerraad van 1 december 2000;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 oktober 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 31 januari 2002;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van 10 oktober 2001;
Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en van Onze Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met Grootstedenbeleid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Bij de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie wordt, onder het gezag van de minister tot wiens bevoegdheid de consumentenzaken behoren, de Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken opgericht.
Art. 2.De Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken heeft tot opdracht : - de voorbereiding, de coördinatie, de evaluatie en de opvolging van de uitvoering van het beleid wat betreft de veiligheid van producten en diensten voor de consument - samen met de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie de voorbereiding en de opvolging van de uitvoering van het beleid wat de handelspraktijken betreft; - het verzekeren van de functionering van het Centraal Meldpunt en de advies- en bemiddelingsorganen in het kader van de bescherming van de consumenten, met inbegrip van de Raad voor het Verbruik en de Commissie voor de Veiligheid van de Consumenten.
Art. 3.In de schoot van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken wordt een Coördinatiecel opgericht die wordt voorgezeten door de voorzitter van deze dienst en waarin de verantwoordelijken van de uitvoerende entiteiten in de betrokken federale overheidsdiensten zetelen. Deze verantwoordelijken worden door de voorzitters van de betrokken Federale Overheidsdiensten aangeduid.
Voor de uitvoering van zijn programma doet de Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken beroep op 1° de middelen - financieel en qua personeelsleden - van de dienst en of het deel van de diensten die overeenkomstig artikel 2, § 2, derde lid van het koninklijk besluit van 25 februari 2002 houdende oprichting van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie, overgedragen werden naar de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie; 2° de middelen - financieel en qua personeelsleden - die binnen de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie voorzien zijn of toegekend worden voor de opdrachten van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken.
Bovenvermelde personeelsleden worden ter beschikking gesteld van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken overeenkomstig artikel 10 van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingtreding van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 5.Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en Onze Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, belast met Grootstedenbeleid zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 februari 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. AELVOET De Minister van Economie en Wetenschappelijk Onderzoek, Ch. PICQUE