Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 25 april 2004
gepubliceerd op 16 juni 2004

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, tot bepaling van de modaliteiten inzake de instelling van een systeem van conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2004012101
pub.
16/06/2004
prom.
25/04/2004
ELI
eli/besluit/2004/04/25/2004012101/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

25 APRIL 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, tot bepaling van de modaliteiten inzake de instelling van een systeem van conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, tot bepaling van de modaliteiten inzake de instelling van een systeem van conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 25 april 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2003 Bepaling van de modaliteiten inzake de instelling van een systeem van conventioneel brugpensioen op 58 jaar in de Vlaamse beschutte werkplaatsen (Overeenkomst geregistreerd op 4 september 2003 onder het nummer 67323/CO/327) HOOFDSTUK I. - Doel

Artikel 1.De ondertekenende partijen komen overeen een aanvullende vergoeding ten gunste van sommige oudere werknemers in te voeren, overeenkomstig de bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975, tot invoering van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen. HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen en die erkend zijn door het "Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met een Handicap" en op de werknemers die zij tewerkstellen.

Onder "werknemers" verstaat men : zowel de mannelijke als vrouwelijke arbeiders en bedienden.

Art. 3.§ 1. Deze arbeidsovereenkomst is van toepassing voor alle werknemers die een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur hebben, voorzover ze van werkloosheidsuitkeringen zullen genieten en de leeftijdsvoorwaarden, voorzien in § 2, vervullen. § 2. De in artikel 3, § 1, bedoelde regeling geldt alleen voor de werknemers die in de periode van 1 juli 2003 tot en met 30 juni 2006 de leeftijd van 58 jaar bereiken of bereikt hebben en door de werkgever ontslagen worden vóór 1 juli 2006. § 3. Voorafgaand aan de aanvraag en bij aanvang van de opzegtermijn moet de werknemer een anciënniteit van 10 jaren in de onderneming van aanvraag kunnen aantonen. Een uitzondering wordt gemaakt op deze anciënniteit voor diegenen die in een beschutte werkplaats terecht komen als gevolg van sluiting, herstructurering of vereffening van een andere beschutte werkplaats. § 4. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de werknemers die om dwingende reden ontslagen worden. HOOFDSTUK III. - Bedrag van de aanvullende vergoeding

Art. 4.De aanvullende vergoeding toegekend aan de bruggepensioneerde werknemer is gelijk aan de vergoeding bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten in de Nationale Arbeidsraad.

Art. 5.Het bedrag van de aanvullende vergoeding wordt gekoppeld aan de evolutie van de index van de consumptieprijzen volgens de toepassingsmodaliteiten inzake werkloosheidsuitkeringen, in overeenstemming met de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 (Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1971).

Het bedrag wordt elk jaar herzien volgens de herwaarderingscoëfficiënt, vastgelegd door de Nationale Arbeidsraad. HOOFDSTUK IV. - Verplichtingen van de werknemer

Art. 6.De bruggepensioneerde is verplicht de werkgever op de hoogte te houden van alle gegevens die zijn statuut van bruggepensioneerde zouden kunnen beïnvloeden. HOOFDSTUK V. - Andere

Art. 7.Bij overgang van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en of deeltijds brugpensioen naar voltijds brugpensioen zal het bedrag van de aanvullende vergoeding berekend worden op basis van een voltijds referteloon.

Art. 8.Voor alles wat er in deze collectieve arbeidsovereenkomst niet specifiek bepaald is, wordt verwezen naar de bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten in de Nationale Arbeidsraad evenals alle reglementaire bepalingen die hierop van toepassing zijn.

Art. 9.De sociale partners gaan akkoord om vóór 31 december 2004 via overleg met de federale en/of regionale voogdijoverheid bijkomende middelen te onderhandelen.

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst mag geen afbreuk doen aan in de onderneming bestaande overeenkomsten die gunstiger zijn voor de werknemer. HOOFDSTUK VI. - Duur van de overeenkomst

Art. 11.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 juli 2003 en treedt buiten werking op 30 juni 2006.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 25 april 2004.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE

^