Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 25 april 2004
gepubliceerd op 02 juni 2004

Koninklijk besluit tot instelling van een steunregeling voor de erkende eerste verwerkers en de met een verwerker gelijkgestelde telers in de sector vezelvlas en vezelhennep

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2004011222
pub.
02/06/2004
prom.
25/04/2004
ELI
eli/besluit/2004/04/25/2004011222/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

25 APRIL 2004. - Koninklijk besluit tot instelling van een steunregeling voor de erkende eerste verwerkers en de met een verwerker gelijkgestelde telers in de sector vezelvlas en vezelhennep


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, inzonderheid op artikel 3, § 1, 1°, vervangen bij de wet van 29 december 1990;

Gelet op de Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen laatst gewijzigd door de Verordening (EG) nr. 1038/2001 van de Raad van 22 mei 2001;

Gelet op de Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad van 27 juli 2000 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep;

Gelet op de Verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad van 27 november 1992 tot instelling van een geïntegreerd beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 495/2001 van de Commissie van 13 maart 2001;

Gelet op de Verordening (EG) nr. 2419/2001 van de Commissie van 11 december 2001 houdende uitvoeringsbepalingen inzake het bij Verordening (EEG) nr. 3508/92 van de Raad ingestelde geïntegreerde beheers- en controlesysteem voor bepaalde communautaire steunregelingen;

Gelet op de Verordening (EG) nr. 2316/1999 van de Commissie van 22 oktober 1999 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1251/1999 van de Raad tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1157/2001 van de Commissie van 13 juni 2001;

Gelet op de Verordening (EG) nr. 245/2001 van de Commissie van 5 februari 2001 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep, laatst gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2105/2001 van de Commissie van 26 oktober 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen;

Gelet op het overleg tussen de gewestregeringen en de federale overheid;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3 § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid om zich onverwijld te schikken naar de Verordeningen van de Raad en van de Commissie vermeld in de aanhef;

Op de voordracht van Onze Minister van Middenstand en Landbouw, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder : 1° landbouwer : de producent zoals gedefinieerd in artikel 1, eerste lid, 3., van het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot instelling van een steunregeling voor producenten van bepaalde akkerbouwgewassen; 2° erkende eerste verwerker : de natuurlijke persoon of rechtspersoon dan wel de groepering van natuurlijke of rechtspersonen, ongeacht de rechtspositie van de groepering of haar leden volgens het nationale recht, die is erkend door de bevoegde overheid op het grondgebied waarvan de inrichtingen voor de productie van vlas- en hennepvezels zich bevinden;3° met een verwerker gelijkgestelde teler : een landbouwer die overeenkomstig artikel 2, lid 1, derde alinea, lid b), van Verordening (EG) nr.1673/2000 met een erkende eerste verwerker een contract voor loonverwerking heeft gesloten ter verkrijging van vezels uit stro waarvan hij eigenaar is; 4° lange vlasvezels : door een volledige scheiding van de vezels en de houtige bestanddelen van de stengel verkregen vlasvezels die bij het verlaten van de zwingelinrichting bestaan uit technische vezels met een gemiddelde lengte van ten minste 50 cm die evenwijdig liggen in een bundel, laag of lint;5° korte vlasvezels : andere vlasvezels dan de onder 4° bedoelde vezels, die zijn verkregen door een op zijn minst gedeeltelijke scheiding van de vezels en de houtige bestanddelen van de stengel;6° hennepvezels : hennepvezels die zijn verkregen door een op zijn minst gedeeltelijke scheiding van de vezels en de houtige bestanddelen van de stengel;7° verkoopseizoen : de periode bedoeld in artikel 1, tweede lid, eerste gedachtestreep van de Verordening (EG) nr.1251/1999 van de Raad van 17 mei 1999; 8° bevoegde overheden : a) Voor het uitbetalen van de steun en het beheer van de zekerheden : het Bestuur voor het Landbouwproductiebeheer van het Ministerie van Middenstand en Landbouw (DG3) wordt aangeduid als betaalorgaan;b) Voor de controle van de verwerking en de toekenning van de erkenningen : het bestuur voor de Kwaliteit van de Grondstoffen en de Plantaardige sector van het Ministerie van Middenstand en Landbouw (DG4) wordt aangeduid als controleorgaan;9° raadsverordening : Verordening (EG) nr.1673/2000 van de Raad van 27 juli 2000 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep; 10° commissieverordening : Verordening (EG) nr.245/2001 van de Commissie van 5 februari 2001 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 1673/2000 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector vezelvlas en -hennep; 11° De Minister : de Minister bevoegd voor landbouw.

Art. 2.§ 1. Overeenkomstig de raadsverordening verleent het betaalorgaan jaarlijks op aanvraag een verwerkingssteun aan : -de erkende eerste verwerker op basis van de hoeveelheid vezels die daadwerkelijk zijn bekomen uit het stro afkomstig van in België gelegen percelen; - de met een verwerker gelijkgestelde teler op basis van de in voorgaande gedachtestreep bedoelde hoeveelheid vezels die hij onder contract voor loonverwerking door een erkende eerste verwerker heeft laten verwerken en waarvoor hij kan bewijzen dat ze in de handel zijn gebracht. § 2. De verwerkingssteun wordt vastgesteld overeenkomstig de artikelen 2 en 4 van de raadsverordening. § 3. Overeenkomstig artikel 2, lid 3 van de raadsverordening wordt steun verleend voor : - lange vlasvezels vanaf het verkoopseizoen 2001/2002, - korte vlasvezels en voor hennepvezels met maximaal 7,5 % onzuiverheden en scheven vanaf het verkoopseizoen 2001/2002. § 4. Overeenkomstig artikel 2, lid 3, b), tweede en derde alinea van de raadsverordening, verleent het betaalorgaan vanaf het verkoopseizoen 2001/2002 jaarlijks op aanvraag een steun voor het verwerken van stro tot korte vlas- en hennepvezels respectievelijk met maximaal 7,5 % tot 15 % en 7,5 % tot 25 % onzuiverheden en scheven. Om voor deze steun in aanmerking te komen moet de erkende eerste verwerker respectievelijk de met een verwerker gelijkgestelde teler in de steunaanvraag het onzuiverheidspercentage opgeven dat hij voor het betreffende verkoopseizoen in acht zal nemen.

Art. 3.De eerste verwerker vraagt zijn erkenning, zoals bedoeld in de artikelen 3 en 17, tweede lid van de commissieverordening, aan bij het controleorganisme door middel van een bij het controleorganisme te verkrijgen formulier. De erkenning wordt namens de Minister door het controleorgaan verleend en kan worden ingetrokken overeenkomstig het bepaalde in de commissieverordening. De Minister bepaalt de voorwaarden waaronder traditionele kopers van vlas als eerste verwerker tijdelijk kunnen erkend worden.

Art. 4.Het voornemen tot loonschonen van korte vezel zoals bedoeld in artikel 3, lid 4 van de commissieverordening, moet op het in artikel 3 bedoelde formulier bij het controleorganisme kenbaar worden gemaakt.

De toestemming wordt door het controleorganisme verleend overeenkomstig de commissieverordening.

Art. 5.§ 1. Om voor steun in aanmerking te komen, moeten de erkende eerste verwerkers en de met een verwerker gelijkgestelde telers bij het betaalorgaan binnen de gestelde termijnen in de commissieverordening, formulieren met de volgende gegevens indienen : 1° een lijst voor dat verkoopseizoen, afzonderlijk voor vlas en voor hennep, van de aankoop-verkoopcontracten, verwerkingsverbintenissen en contracten voor loonverwerking als bedoeld in artikel 5 van de commissieverordening, in welke lijst voor elk daarvan het identificatienummer van de landbouwer in het geïntegreerd beheers- en controlesysteem en de desbetreffende percelen zijn vermeld;2° een steunaanvraag met aangifte van de totale oppervlakten vlas en de totale oppervlakten hennep waarop de aankoop-verkoopcontracten, de verwerkingsverbintenissen en de contracten voor loonverwerking betrekking hebben;3° een voorraadboekhouding zoals bepaald in artikel 6, lid 2 van de commissieverordening. De formulieren zijn bij het betaalorgaan te verkrijgen en moeten door de erkende eerste verwerkers en de met een verwerker gelijkgestelde telers volledig ingevuld en ondertekend, afzonderlijk voor vlas en hennep, worden ingediend. Deze formulieren moeten vergezeld gaan van alle vereiste bewijsstukken. § 2. De met een verwerker gelijkgestelde teler moet tegelijk met de voorraadboekhouding de in artikel 6, lid 2, voorlaatste alinea van de commissieverordening, vermelde documenten voorleggen die bewijzen dat de vezels in de handel zijn gebracht alsmede een certificaat van de erkende eerste verwerker die het stro heeft verwerkt. Dit formulier kan door de erkende eerste verwerker worden aangevraagd bij het betaalorgaan. § 3. De erkende eerste verwerker moet aan het betaalorgaan de belangrijkste gebruiksdoeleinden waarvoor de verkregen vezels en andere producten zijn bestemd mededelen. Deze mededeling moet gebeuren samen met de indiening van de voorraadboekhouding, binnen de in de commissieverordening gestelde termijn.

Art. 6.De erkende eerste verwerker die na 1 januari van het betrokken verkoopseizoen het aankoop-verkoopcontract of het contract voor loonverwerking aan andere erkende eerste verwerker wil overdragen, moet hiervoor vooraf toestemming vragen aan het betaalorgaan. De toestemming wordt door het betaalorgaan verleend overeenkomstig het bepaalde in de commissieverordening.

Art. 7.§ 1. Het betaalorgaan stelt vóór 1 januari van het verkoopseizoen de voor steun in aanmerking komende hoeveelheid vezels per hectare vast overeenkomstig het bepaalde in de raadsverordening.

Het betaalorgaan deelt de erkende eerste verwerker respectievelijk de met een verwerker gelijkgestelde teler mede welke hoeveelheid vezels hem is toegewezen voor de in artikel 6, lid 1, tweede gedachtestreep van de commissieverordening, bedoelde oppervlakten. § 2. Zoals bepaald in artikel 3, lid 5 van de raadsverordening mag België een deel van de gegarandeerde nationale hoeveelheid voor lange vlasvezels overdragen naar zijn gegarandeerde nationale hoeveelheid voor korte vlasvezels en voor hennepvezels en omgekeerd. Bij deze overdracht telt 1 ton lange vlasvezels voor 2,2 ton korte vlasvezels en hennepvezels. § 3. Indien blijkt dat de gegarandeerde nationale hoeveelheid voor de lange vlasvezels enerzijds en de gegarandeerde nationale hoeveelheid voor de korte vlasvezels en hennepvezels anderzijds niet geheel zijn benut, zal het betaalorgaan, overeenkomstig het bepaalde in artikel 8, vierde lid van de commissieverordening, de niet-benutte hoeveelheden herverdelen.

Art. 8.Indien de erkende eerste verwerker of de met een verwerker gelijkgestelde teler bij het indienen van zijn voorraadboekhouding daarom verzoekt, kan hem door het betaalorgaan een voorschot op de steun worden verleend, mits bij het betaalorgaan een zekerheid is gesteld en voldaan is aan het bepaalde in de commissieverordening.

Het betaalorgaan geeft de in het eerste lid bedoelde zekerheid vrij overeenkomstig het bepaalde in de commissieverordening.

Art. 9.Overtredingen van dit besluit, van de uitvoeringsbesluiten, van de verordeningen (EEG) nr. 3508/92, (EG) nr. 1251/1999 en 1673/2000 van de Raad en de verordeningen (EG) nr. 2419/2001, 2316/1999 en 245/2001 van de Commissie worden opgespoord, vastgesteld en bestraft overeenkomstig de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten.

Art. 10.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2001 en treedt buitenwerking op 31 december 2001.

Art. 11.Onze Minister van Middenstand en Landbouw, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 25 april 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Middenstand en Landbouw, Mevr. S. LARUELLE

^