gepubliceerd op 23 december 2016
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002 tot oprichting van de Hoge Raad voor Vrijwilligers
24 NOVEMBER 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 04/10/2002 numac 2002022768 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot oprichting van de Hoge Raad voor Vrijwilligers sluiten tot oprichting van de Hoge Raad voor Vrijwilligers
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 37 van de Grondwet;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 04/10/2002 numac 2002022768 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot oprichting van de Hoge Raad voor Vrijwilligers sluiten tot oprichting van de Hoge Raad voor Vrijwilligers;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 14 december 2015;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting gegeven op 4 februari 2016;
Gelet op de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op advies nr. 59.685/1/V van de Raad van State, gegeven op 10 augustus 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Eerste Minister en de Minister van Sociale Zaken en op het advies van de in Raad vergaderde ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 4 van het koninklijk besluit van 2 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/10/2002 pub. 04/10/2002 numac 2002022768 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot oprichting van de Hoge Raad voor Vrijwilligers sluiten tot oprichting van de Hoge Raad voor Vrijwilligers, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 27 april 2007, wordt vervangen als volgt : «
Art. 4.§ 1. De Raad is samengesteld uit eenentwintig effectieve leden, eenentwintig plaatsvervangende leden en 4 deskundigen.
Ze worden benoemd bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit.
Hun mandaat duurt vier jaar en is hernieuwbaar.
De 42 effectieve en plaatsvervangende leden zijn organisaties die met talrijke vrijwilligers werken. Enkel overkoepelende organisaties, die representatief zijn voor hun activiteitensector, kunnen zich kandidaat stellen als effectief of plaatsvervangend lid. De organisaties in een sector waarin er geen overkoepelende structuren bestaan, kunnen overeenkomen om samen een kandidaat voor te dragen.
De 4 deskundigen zijn personen die worden benoemd op basis van hun specifieke deskundigheid betreffende vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Er wordt geen plaatsvervanger aangeduid voor die personen. Twee deskundigen moeten Nederlandstalig zijn en de twee anderen Franstalig.
De Koning waakt erover dat de diversiteit van het vrijwilligerswerk weerspiegeld wordt in de Raad door hiermee rekening te houden bij de keuze van de leden.
Tien effectieve leden en tien plaatsvervangende leden worden gekozen uit het geheel van kandidaturen van organisaties als bedoeld bij het vierde lid die gezien hun werking als Nederlandstalig beschouwd moeten worden.
Tien effectieve leden en tien plaatsvervangende leden worden gekozen uit het geheel van kandidaturen van organisaties als bedoeld bij het vierde lid die gezien hun werking als Franstalig beschouwd moeten worden.
Eén effectief lid en één plaatsvervangend lid worden gekozen uit het geheel van kandidaturen van organisaties als bedoeld bij het vierde lid die gezien hun werking als Duitstalig beschouwd moeten worden." § 2. De kandidaturen moeten de namen bevatten van de personen die worden voorgedragen om de betreffende organisatie als bedoeld bij § 1, vierde lid, te vertegenwoordigen.
Een effectief of plaatsvervangend lid mag, voor het verstrijken van zijn mandaat van 4 jaar, vragen om zijn vertegenwoordiger tijdelijk of definitief te vervangen. Het effectief of plaatsvervangend lid deelt de naam van de vervanger mee aan de Raad die de minister die bevoegd is voor Sociale Zaken hierover binnen 15 dagen op de hoogte stelt.
Overeenkomstig artikel 2 van de wet van 20 juli 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/07/1990 pub. 26/05/2011 numac 2011000307 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet ter bevordering van de evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende bevoegdheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten ter bevordering van de evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende bevoegdheid, moeten de kandidaturen de naam van een man en van een vrouw bevatten. In geval van vervanging van een vertegenwoordiger van een effectief of plaatsvervangend lid als bedoeld bij het vorige lid, moet de vervanger van hetzelfde geslacht zijn als de persoon die hij vervangt. § 3. De Raad kiest onder de vertegenwoordigers van zijn effectieve leden een voorzitter en één of twee ondervoorzitters. § 4. In geval van ontslag van een effectief organisatie-lid, wordt dit lid door een plaatsvervangend organisatie-lid van dezelfde taalrol vervangen. Met het oog hierop schrijft de Voorzitter van de Raad een interne oproep tot kandidaten uit en de Raad kiest tussen die kandidaten door een stemming met een tweederde meerderheid, in het bijzonder rekening houdend met de wil om het geheel van sectoren van het vrijwilligerswerk te vertegenwoordigen. De beslissing van de Raad wordt binnen 15 dagen meegedeeld aan de minister die bevoegd is voor Sociale Zaken. § 5. Een secretaris en één of meerdere adjunct secretarissen worden door de minister die bevoegd is voor Sociale Zaken aangewezen onder de personeelsleden van de Federale overheidsdienst Sociale Zekerheid. »
Art. 2.De Eerste Minister en de minister bevoegd voor Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 november 2016.
FILIP Van Koningswege : De Eerste Minister, Ch. MICHEL De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE BLOCK