Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 november 2009
gepubliceerd op 03 december 2009

Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 21 april 2007 tot aanwijzing van de vertegenwoordigers van de thuisverpleegkundigen in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2009022586
pub.
03/12/2009
prom.
24/11/2009
ELI
eli/besluit/2009/11/24/2009022586/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 NOVEMBER 2009. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 21 april 2007 tot aanwijzing van de vertegenwoordigers van de thuisverpleegkundigen in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 108 van de Grondwet;

Gelet op de wet van 21 april 2007 tot aanwijzing van de vertegenwoordigers van de thuisverpleegkundigen in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen, op artikelen 3 en 6 gewijzigd door de wet van 24 juli 2008 houdende diverse bepalingen (I) en 4, gewijzigd door de wet van 24 juli 2008 houdende diverse bepalingen (I) en door de wet van 6 mei 2009;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor de geneeskundige verzorging van het RIZIV, gegeven op 27 juli 2009;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 18 augustus 2009 ;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Staatssecretaris voor Begroting van 8 oktober 2009;

Gelet op advies 47.294/2 van de Raad van State, gegeven op 9 november 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De grenzen van het bedrag van de bijdrage dat de leden verschuldigd zijn aan de beroepsvereniging.

De beroepsvereniging die als representatief erkend wil worden legt het bedrag vast van de statutaire jaarlijkse bijdrage die haar leden verschuldigd zijn. Die bijdrage moet minimaal gelijk zijn aan 30 euro en maximaal gelijk zijn aan 500 euro.

Art. 2.De voorwaarden voor de kartelvorming.

Verscheidene beroepsverenigingen die als representatief erkend willen worden kunnen een kartel vormen.

In dat geval moeten ze een onderlinge overeenkomst sluiten met het oog op een gemeenschappelijke vertegenwoordiging in de Overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen.

Dat kartel kan als representatief worden erkend indien voldaan is aan de volgende voorwaarden : 1° één van de beroepsverenigingen voldoet van de voorwaarden bedoeld in artikel 4, § 2, van de wet van 21 april 2007 tot aanwijzing van de vertegenwoordigers van de thuisverpleegkundigen in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen, en één of meerdere andere beroepsverenigingen voldoen aan de voorwaarden bedoeld in hetzelfde artikel 4, § 2, 1e, 2e en 5e streepje.Aan de voorwaarde bedoeld in hetzelfde artikel 4, § 2, 5e streepje moet worden voldaan hetzij door elk van die beroepsverenigingen, hetzij door het geheel van de beroepsverenigingen; 2° de overeenkomst moet de onderlinge verdeling van de mandaten behaald bij de telling vermelden.

Art. 3.Bijkomende inlichtingen die moeten vermeld worden op de lijst van de leden van de beroepsverenigingen die erkend willen worden als representatief.

De lijst van de leden omschreven in artikel 4, § 4 van bovenvermelde wet van 21 april 2007 moet, in alfabetische volgorde, de namen van de leden bevatten, alsook hun voornaam, hun adres (straat, nummer, postcode), hun RIZIV-nummer en hun NISZ-nummer voor zover zij hun woonplaats op het Belgische grondgebied bevindt. De leden op deze lijst zijn de dragers van de titel van verpleegkundige die zelfstandige in hoofdberoep zijn.

Art. 4.Nadere regels van de telling op basis waarvan de vertegenwoordiging van de representatieve beroepsverenigingen van de zelfstandige verpleegkundigen in de thuiszorg wordt geregeld in de Overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen.

De telling omschreven in artikel 3 van bovenvermelde wet van 21 april 2007 wordt uitgevoerd volgens de volgende nadere regels : 1° het eerste mandaat wordt toegewezen aan de beroepsvereniging die of kartel dat het grootst aantal leden telt;2° de Leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging van het RIZIV, bijgestaan door de door hem aangeduide ambtenaren van het RIZIV, tellen de leden van alle beroepsverenigingen en kartels die erkend zijn als representatief en delen dit totaal aantal leden door het aantal te begeven mandaten;3° na toewijzing van een mandaat aan een beroepsvereniging wordt het resultaat van de deling omschreven in 2° afgetrokken van het totaal aantal leden van de beroepsvereniging die of kartel dat het mandaat werd toegewezen.De volgende mandaten worden telkens toegewezen aan de beroepsvereniging of kartel die het meeste leden telt of die de grootste overblijvende rest aan leden heeft; 4° indien bij de toewijzing van het laatste mandaat de overblijvende rest van een beroepsvereniging of kartel gelijk is aan het ledentotaal of overblijvende rest van een andere beroepsvereniging of kartel, wordt het mandaat toegewezen aan de representatieve beroepsvereniging die het kleinste aantal leden heeft. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van dit artikel worden bepaald door onze Minister voor Sociale zaken en Volksgezondheid.

Art. 5.De ambtenaren, bedoeld in artikel 4, § 5, van de bovenvermelde wet van 21 april 2007 zijn twee attachés sociale inspecteurs, de ene van de Nederlandstalige taalrol en de andere van de Franstalige taalrol, nominatief aangeduid door de Leidend ambtenaar van de Dienst voor administratieve controle van het RIZIV.

Art. 6.De wet van 21 april 2007 tot aanwijzing van de vertegenwoordigers van de thuisverpleegkundigen in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen treedt in werking op de dag voor de dag van de inwerkingtreding van dit besluit.

Art. 7.Wordt opgeheven het artikel 4 van het koninklijk besluit van 16 december tot samenstelling van de commissies belast met het onderhandelen over en het sluiten van de nationale overeenkomsten in het kader van de verzekering voor geneeskundige verzorging.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.De Minister bevoegd voor Sociale zaken, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 24 november 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie, Mevr. L. ONKELINX

^