gepubliceerd op 26 november 1997
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1996, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de arbeidsvoorwaarden van de werklieden tewerkgesteld in de houthandelsondernemingen
24 JUNI 1997. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1996, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de arbeidsvoorwaarden van de werklieden tewerkgesteld in de houthandelsondernemingen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de houthandel;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1996, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, betreffende de arbeidsvoorwaarden van de werklieden tewerkgesteld in de houthandelsondernemingen.
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 juni 1997.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Bijlage Paritair Subcomité voor de houthandel Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1996 Arbeidsvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 14 mei 1996, onder het nummer 41806/CO/125.03) HOOFDSTUK I. -Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de houthandel.
Met "werklieden" worden de werklieden en de werksters bedoeld. HOOFDSTUK II Indeling van de functies naar de graad van geschooldheid
Art. 2.De indeling van de functies in de ondernemingen voor houthandel omvat de volgende vier categorieën : 1. Meer dan geschoolden : gespecialiseerde meestergast die de werkgever kan vervangen, gespecialiseerde zagenscherper, mecanicien.2. Geschoolden : meestergast-opzichter, boomzager, zagenscherper, kwartierzager, bestuurder-mecanicien van vrachtwagens.3. Geoefenden : zager aan de dossemachine en de kantrechtzaag, geoefende werkman in de arbeid aan de machine, bestuurder van vrachtwagens, magazijnier.4. Ongeschoolden : elke niet hierboven vermelde functie.
Art. 3.Deze indeling van de functies is van toepassing tijdens geheel de geldigheidsduur van deze overeenkomst. Een werkgroep wordt in het Paritair Subcomité voor de houthandel opgericht om het beter aan te passen aan de realiteit van de bedrijfstak. HOOFDSTUK III. - Vaststelling van de lonen
Art. 4.Onverminderd de toepassing van de verkorting van de arbeidsduur en van de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, worden de minimumuurlonen van de werklieden van ten minste 21 jaar per 1 januari 1996 als volgt vastgesteld voor een 38-urige werkweek : Ongeschoolden : F 346,30.
Geoefenden : F 351,50.
Geschoolden : F 357,50.
Meer dan geschoolden : F 362,60.
Art. 5.De minimumuurlonen van de werklieden van minder dan 21 jaar oud worden als volgt vastgesteld, in percentage van het minimumuurloon van de werknemer van minstens 21 jaar oud van de categorie waartoe hij behoort : a) bij de aanwerving : 80 pct.b) vanaf de zesde maand van aanwezigheid in de onderneming : 90 pct.c) zodra hij één jaar aanwezigheid in de onderneming telt voorzover hij met vrucht een sectorale vorming heeft gevolgd : 100 pct. Indien de arbeider die minder dan 21 jaar oud is de sectorale vorming niet volgt, wordt het percentage van 90 pct. behouden totdat hij 21 jaar wordt of de sectorale vorming met vrucht heeft gevolgd.
Indien de werkgever weigert dat de arbeider de sectorale vorming volgt of zich tot een sectorale vorming inschrijft, heeft de arbeider recht op 100 pct. van het loon zodra hij één jaar aanwezigheid in de onderneming bewijst.
Art. 6.De werklieden van ten minste 18 jaar die de arbeid van de werklieden van meer dan 21 jaar met hetzelfde rendement verrichten hebben recht op het minimumuurloon vastgesteld voor de werkman van deze categorie. HOOFDSTUK IV Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen
Art. 7.Voor de houthandelsondernemingen is de koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 augustus 1975, gesloten in het Paritair Comité voor de houtnijverheid en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 15 december 1975. HOOFDSTUK V. - Drenkingswerken
Art. 8.Aan de werklieden wordt, ongeacht hun kwalificatie, een bijslag toegekend van 7 F per uur voor het drenken van hout met de hand. HOOFDSTUK VI. - Bijzondere bepaling
Art. 9.De collectieve arbeidsovereenkomst van 29 mei 1991, gesloten in het Paritair Subcomité voor de houthandel, tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de werklieden tewerkgesteld in de houthandelsondernemingen, geregistreerd onder het nr 28728/CO/125.03, wordt opgeheven. HOOFDSTUK VII. - Geldigheidsduur
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1996 en is gesloten voor onbepaalde duur.
Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van 3 maanden betekend bij aangetekende brief gericht aan de Voorzitter van het Paritair Subcomité voor de houthandel.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 24 juni 1997.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld