Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 april 2014
gepubliceerd op 13 mei 2014

Koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 3 augustus 1950 tot oprichting van een ministerieel comité voor verdediging

bron
federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister, federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking en ministerie van landsverdediging
numac
2014007187
pub.
13/05/2014
prom.
24/04/2014
ELI
eli/besluit/2014/04/24/2014007187/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 3 augustus 1950 tot oprichting van een ministerieel comité voor verdediging


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikels 37, 108 en 167, § 1, van de Grondwet;

Gelet op de wet van 16 juni 1937 waarbij de Koning ertoe gemachtigd wordt de nodige maatregelen te nemen om 's Lands mobilisatie in geval van oorlog te verzekeren, gewijzigd door de wet van 31 december 1961, artikel 1;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 augustus 1950 tot oprichting van een ministerieel comité voor verdediging;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 mei 1951 tot oprichting van een gemengd comité voor het zeevervoer;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 december 1957 tot oprichting van een gemengde commissie voor televerbindingen;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 november 1967 tot reorganisatie van het gemengd comité voor vervoer te land;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 januari 1968 tot reorganisatie van het gemengd comité voor luchtvervoer;

Gelet op het koninklijk besluit van 15 maart 1988 tot oprichting van een gemengde commissie voor meteorologie;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/11/2006 pub. 01/12/2006 numac 2006009957 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister, federale overheidsdienst justitie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst financien, federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking, federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer en ministerie van landsverdediging Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 10 juli 2006 betreffende de analyse van de dreiging sluiten tot uitvoering van de wet van 10 juli 2006 betreffende de analyse van de dreiging;

Overwegende dat zowel het ministerieel comité voor verdediging, als de commissies voor vraagstukken inzake verdediging ten tijde van de koude oorlog werden opgericht;

Overwegende dat de commissie voor de nationale vraagstukken inzake verdediging fungeerde als coördinator voor de civiele defensie, alsook voor de voorbereiding van de mobilisatie van de Natie en voor het beheer van de internationale crisissen;

Overwegende dat de taken van de commissie voor de nationale vraagstukken inzake verdediging vandaag worden waargenomen door andere organen en instanties ressorterende onder Buitenlandse Zaken, Binnenlandse Zaken en Defensie;

Overwegende dat de reglementering met betrekking tot ministeriële comités met nationale bevoegdheid werd opgeheven en dat de beraadslagingen van deze comités heden plaatsvinden in de Ministerraad;

Overwegende dat meerdere koninklijke besluiten naar de commissie voor de nationale vraagstukken inzake verdediging verwijzen en dat bijgevolg de bepalingen van deze besluiten terzake moeten worden opgeheven;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën gegeven op 4 januari 2013;

Gelet op het feit dat dit besluit de nationale veiligheid en de openbare orde aanbelangt en daardoor wordt uitgezonderd van de impactanalyse, met toepassing van artikel 8, § 2, 1°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;

Gelet op het advies n° 55.390/4 van de Raad van State, gegeven op 12 maart 2014, bij toepassing van artikel 84, § 1, 1ste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op het voorstel van de Eerste Minister, de Vice Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Defensie, en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het koninklijk besluit van 3 augustus 1950 tot oprichting van een ministerieel comité voor verdediging, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 11 september 1950, 17 januari 1959, 28 juni 1961 en 21 september 1965, wordt opgeheven.

Art. 2.Opgeheven worden : 1° artikel 5, 1ste lid, van het koninklijk besluit van 7 mei 1951 tot oprichting van een gemengd comité voor het zeevervoer;2° artikel 8 van het koninklijk besluit van 10 december 1957 tot oprichting van een gemengde commissie voor televerbindingen;3° artikel 8 van het koninklijk besluit van 14 november tot reorganisatie van het gemengd comité voor vervoer te land;4° artikel 8, lid.1er, van het koninklijk besluit van 16 januari 1968 tot reorganisatie van het gemengd comité voor luchtvervoer; 5° artikel 7 van het koninklijk besluit van 15 maart 1988 tot oprichting van een gemende commissie voor meteorologie.

Art. 3.In artikel 14 van het koninklijk besluit van 28 november 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 28/11/2006 pub. 01/12/2006 numac 2006009957 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister, federale overheidsdienst justitie, federale overheidsdienst binnenlandse zaken, federale overheidsdienst financien, federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking, federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer en ministerie van landsverdediging Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 10 juli 2006 betreffende de analyse van de dreiging sluiten tot uitvoering van de wet van 10 juli 2006 betreffende de analyse van de dreiging worden de woorden "en beheerd door de commissie voor de nationale verdediging vraagstukken" opgeheven.

Art. 4.De Eerste Minister, de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Defensie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, op 24 april 2014.

FILIP Van Koningswege : De Eerste Minister, E. DI RUPO De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De Minister van Landsverdediging, P. DE CREM

^