13 MEI 1998. - Koninklijk besluit ter uitvoering van artikel 38, punten 2 en 3, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 augustus 1939 op de Nationale Bank van België;

Gelet op de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, in het bijzonder artikel 38, punten 2 en 3;

Gelet op het advies van de Nationale Bank van België;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 1 van de wet van 24 augustus 1939 op de Nationale Bank van België wordt opgeheven.

Artikel 2 van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België treedt in werking.

Art. 2.Artikel 23, alinea 4, van bedoelde wet van 24 augustus 1939 wordt opgeheven.

Artikel 20, punt 2, eerste lid, van bedoelde wet van 22 februari 1998 treedt in werking.

Art. 3.Artikel 24, lid 1 en 2, van bedoelde wet van 24 augustus 1939 wordt opgeheven.

Artikel 23, punten 1 en 2, van bedoelde wet van 22 februari 1998 treedt in werking.

Art. 4.De artikelen 30 en 30bis van bedoelde wet van 24 augustus 1939 worden opgeheven.

Artikel 22 van bedoelde wet van 22 februari 1998 treedt in werking.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het Europees Stelsel van centrale banken wordt ingesteld.

Art. 6.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 24 april 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, Ph. MAYSTADT