gepubliceerd op 09 oktober 2007
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2007 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 (1)
23 SEPTEMBER 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2007 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 (sectoraal aanvullend pensioen) (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2007 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 (sectoraal aanvullend pensioen).
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 september 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007 Wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 (sectoraal aanvullend pensioen) (Overeenkomst geregistreerd op 26 februari 2007 onder het nummer 82045/CO/209) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en hun bedienden die onder het toepassingsgebied vallen van hoofdstuk II van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, betreffende het nationaal akkoord 2001-2002, geregistreerd onder het nummer 57918/CO/209 (koninklijk besluit van 12 mei 2004 - Belgisch Staatsblad van 7 juli 2004), waar vóór 11 juni 2001 voor het geheel of een deel van de bedoelde bedienden nog geen aanvullend pensioenstelsel op ondernemingsvlak bestond. § 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is eveneens van toepassing op de werkgevers en hun bedienden die vallen onder het toepassingsgebied van hoofdstuk II van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, betreffende het nationaal akkoord 2001-2002, waar vóór 11 juni 2001 voor de bedoelde bedienden wel een aanvullend pensioenstelsel op ondernemingsvlak bestond, maar waar dit ondernemingsstelsel na deze datum werd opgeheven. HOOFDSTUK II. - Voorwerp
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wijzigt en vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst en haar bijlagen van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 rekening houdend met de bepalingen van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingsstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 15 mei 2003. HOOFDSTUK III. - Doel - pensioentoezegging
Art. 3.Het doel van deze collectieve arbeidsovereenkomst is aan elke bediende bedoeld in artikel 1 een aanvullend pensioen te verzekeren samengesteld door een jaarlijkse bijdrage van minstens 0,5 pct. van zijn bruto jaarwedde in pensioenstelsel van het type vaste bijdrage of, voor pensioenstelsels van het type vaste prestaties, een aanvullend pensioen waarvan de verworven reserves ten minste gelijk zijn aan die welke voortvloeien uit deze van het sectorstelsel.
Onder "bruto jaarwedde" : wordt begrepen de aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarwedden van de bedoelde bediende. HOOFDSTUK IV. - Aanduiding van een inrichter Overeenkomstig artikel 3, § 1, 5° van de WAP, wordt de "vereniging zonder winstoogmerk Aanvullend Pensioen Bedienden Metaal" - A. Reyerslaan 80, te 1030 Brussel, aangeduid als inrichter van het sectoraal pensioenstelsel.
Deze vereniging zal al de beheersovereenkomsten kunnen sluiten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het doel, conform de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst en de wet van 28 april 200 3. HOOFDSTUK V. - Aanduiding van de pensioeninstelling
Art. 4.Teneinde dit te bereiken wordt een sectorplan voor aanvullend pensioen ingevoerd vanaf 1 april 2002.
Als pensioeninstelling die dit sectorplan moet uitvoeren wordt de "Gemeenschappelijke Verzekeringskas Integrale" aangeduid.
De beheersregels van dit sectorplan worden vastgelegd in een pensioenreglement dat wordt opgenomen als bijlage 1 bij deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK VI. - Bijdrage
Art. 5.§ 1. De jaarlijkse bijdrage aan het sectorplan voor aanvullend pensioen bedraagt 0,5 pct. van de aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarwedden van de bedienden. § 2. Elke onderneming die onder het toepassingsgebied van deze collectieve arbeidsovereenkomst valt, moet deze bijdrage storten aan de in artikel 4 aangeduide pensioeninstelling volgens de bepalingen van het pensioenreglement, bedoeld in artikel 4. § 3. Alle fiscale en parafiscale lasten op deze bijdrage zijn niet begrepen in de bijdrage en vallen ten laste van de werkgevers. HOOFDSTUK VII. - Mogelijkheid van opting out
Art. 6.§ 1. Elke onderneming bedoeld in artikel 1 kan de uitvoering van de in artikel 3 beoogde doelstelling echter ook op ondernemingsvlak realiseren met een pensioeninstelling naar eigen keuze (= opting out). § 2. Het op ondernemingsvlak georganiseerde aanvullend pensioen moet minstens van toepassing zijn op de bedienden die bedoeld zijn in artikel 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 3. Daarenboven mogen de stortingen voor een op ondernemingsvlak georganiseerd aanvullend pensioen niet lager zijn dan deze voorzien in artikel 5, in geval van pensioenstelsels van het type vaste bijdrage.
Voor pensioenstelsels van het type vaste prestaties mogen de verworven reserves op geen enkel moment lager zijn dan die welke voortvloeien uit deze van het sectorstelsel.
De voorwaarden waaraan deze op ondernemingsvlak georganiseerde aanvullende pensioenstelsels moeten voldoen worden opgenomen in een als bijlage 2 bij deze collectieve arbeidsovereenkomst gevoegde technische basisnota.
Bij wijziging van deze technische nota dienen ook de voorwaarden op ondernemingsvlak gewijzigd te worden. § 4. Wanneer een werkgever gebruik maakt van de mogelijkheid tot opting out, legt hij die beslissing, het ontwerp van pensioenreglement en de keuze van de pensioeninstelling voorafgaandelijk voor advies voor aan de vertegenwoordigers van de bedoelde bedienden in de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, aan deze in het comité voor preventie en bescherming op het werk, of bij ontstentenis, aan de vakbondsafvaardiging voor bedienden en bij ontstentenis, aan iedere bediende, via voorafgaandelijke informatie door middel van aanplakking en door middel van individueel schrijven. § 5. De onderneming, die kiest voor opting out, deelt het pensioenreglement, dat overeenkomt met de technische basisnota, bedoeld in § 3, mee aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, volgens onderstaande procedure.
Ondernemingen, bedoeld in artikel 1, 1e lid, die op 1 april 2002 behoren tot het bevoegdheidsgebied Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, moeten hun keuze tot opting out bij de voorzitter van het paritair comité bekend maken vóór 30 juni 2002. Bij ontstentenis, zal het sectorstelsel automatisch uitgevoerd worden door de in artikel 4 aangeduide pensioeninstelling. De ondernemingen zijn in dit geval verplicht op eigen initiatief met de aangeduide pensioeninstelling contact op te nemen teneinde uitvoering te kunnen geven aan deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Ondernemingen, bedoeld in artikel 1, 2e lid, die op 1 april 2002 behoren tot het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, moeten hun keuze tot opting out bij de voorzitter van het paritair comité bekend maken ten laatste op de laatste dag van de derde maand volgend op de opheffing van het op hun vlak bestaande pensioenstelsel. Bij ontstentenis zal het sectorstelsel automatisch uitgevoerd worden door de in artikel 4 aangeduide pensioeninstelling. De ondernemingen zijn in dit geval verplicht op eigen initiatief met de aangeduide pensioenstelling contact op te nemen teneinde uitvoering te kunnen geven aan deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Vanaf 1 januari 2007 moet deze keuze tot opting out bekend gemaakt worden bij de inrichter.
Ondernemingen die pas na 1 april 2002 zullen behoren tot het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, dienen hun keuze tot opting out ten laatste op de laatste dag van de derde maand volgend op de begindatum van hun behoren tot het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid mede te delen aan de voorzitter van het paritair comité. Bij ontstentenis zal het sectorstelsel automatisch uitgevoerd worden door de in artikel 4 aangeduide pensioeninstelling. De ondernemingen zijn in dit geval verplicht op eigen initiatief met de aangeduide pensioeninstelling contact op te nemen teneinde uitvoering te kunnen geven aan deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Vanaf 1 januari 2007 moet deze keuze tot opting out bekend gemaakt worden bij de inrichter. § 6. De onderneming die kiest voor opting out zal alleszins de wettelijke bepalingen inzake de instelling van een paritair beheer (in geval van pensioenfonds) of van de oprichting van een toezichtcomité (in geval van groepsverzekering) dienen te respecteren, conform de bepalingen van de wet van 28 april 2003.
Het in vorige alinea voorziene toezichtcomité ziet toe op de uitvoering van de pensioentoezegging en wordt in het bezit gesteld van het jaarlijks verslag over het beheer van de pensioentoezegging, zoals opgenomen in de genoemde wet. § 7. De onderneming die kiest voor opting out zal daarenboven jaarlijks, in de loop van het eerste kwartaal, aan de inrichter het bewijs van evenwaardigheid, bedoeld in § 3 en de lijst van de begunstigde bedienden moeten overmaken. HOOFDSTUK VIII. - Uittreding
Art. 7.De procedure van uittreding uit het sectorale stelsel wordt geregeld overeenkomstig de bepalingen opgenomen in het als bijlage 1 bij deze collectieve arbeidsovereenkomst opgenomen pensioenreglement.
De procedure van uittreding uit een ondernemingsstelsel wordt geregeld conform de wettelijke bepalingen. HOOFDSTUK IX. - Duur
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor onbepaalde duur vanaf 1 januari 2007.
Zij kan slechts opgeheven worden mits aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden van de metaalfabrikatennijverheid mits respect van een opzegtermijn van één jaar.
Voorafgaandelijk aan de opzegging van de collectieve arbeidsovereenkomst moet het paritair comité de beslissing nemen om het sectoraal pensioenstelsel op te heffen. Deze beslissing tot opheffing is enkel geldig wanneer zij 80 pct. van de stemmen van de, in het paritair comité benoemde, gewone of plaatsvervangende, leden die de werkgevers vertegenwoordigen en 80 pct. van de stemmen van de in het paritair comité benoemde, gewone of plaatsvervangende, leden die de werknemers vertegenwoordigen, heeft bekomen.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 september 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Bijlage 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 (sectoraal aanvullend pensioen) Aanvullend pensioen - Reglement van de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel uitvoert Bijzondere voorwaarden 1. Definities, doel en voorwerp van de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel uitvoert 1.1. Definities Groepsverzekering In onderstaande tekst verwijst het woord "groepsverzekering" naar de groepsverzekering die het sectorale pensioenstelsel ingevoerd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 en de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, uitvoert.
Inrichter De vereniging zonder winstoogmerk Aanvullend Pensioen Bedienden Metaal.
Onderneming Elke onderneming die bedienden tewerkstelt op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 en de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid van toepassing zijn, en die de sectorale pensioentoezegging laat uitvoeren door integrale.
Jaarloon Het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto jaarloon van de aangeslotene, ten laste van de onderneming. 1.2. Doel en voorwerp van de groepsverzekering Het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid richtte op 1 april 2002 een pensioenstelsel in, met het oog op het financieren van een aanvullend pensioen ten gunste van de bedienden die voldoen aan de aansluitingsvoorwaarden. Dit pensioenstelsel werd geregeld door een reglement dat dateert van 21 maart 2002, en werd ingericht in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002, gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.
Vanaf 1 januari 2007 wordt het bestaande sectorale pensioenstelsel ingericht door de vereniging zonder winstoogmerk Aanvullend Pensioen Bedienden Metaal en vanaf deze datum wordt het geregeld door dit reglement.
Het doel van het sectorale pensioenstelsel is het garanderen, buiten de wettelijke verplichtingen inzake de pensioenen en ter verhoging ervan : - aan de aangeslotene zelf, van een kapitaal dat kan omgezet worden in een levenslange pensioenrente indien hij in leven is op de einddatum; - aan de begunstigden voorzien door dit reglement, van een kapitaal dat kan omgezet worden in een levenslange overlevingsrente in geval van overlijden van de aangeslotene voor de einddatum. 2. Aansluiting Elke werknemer die op 1 januari 2007 als bediende in de onderneming tewerkgesteld is, of na 1 januari 2007 tewerkgesteld zal worden, met een arbeidsovereenkomst van bediende, ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst, en op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 en de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid van toepassing is, wordt verplicht aangesloten aan de groepsverzekering. Worden uitgesloten, werknemers met een contract van interimarbeid, met vakantie-, studenten- en IBO-contracten (individuele beroepsopleiding) en werknemers die activiteiten uitoefenen terwijl zij al van een wettelijk rustpensioen genieten. 3. Pensioentoelage en uitkeringen 3.1. Grondslag van de pensioentoelage De prestaties "leven" en "overlijden" worden voor elke aangeslotene gefinancierd door een pensioentoelage die volledig ten laste is van de onderneming. Deze pensioentoelage is gelijk aan een percentage van het jaarloon. Dit percentage wordt vastgesteld in een sectorale collectieve arbeidsovereenkomst gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid. 3.2. Berekening van de pensioentoelage Ieder jaar deelt de onderneming aan integrale het jaarloon van het voorgaande kalenderjaar mee voor alle verzekerden die op 1 januari in dienst zijn. 3.2.1. Voorlopige premie voor het lopende jaar Integrale berekent ieder jaar voor iedere aangeslotene een voorlopige premie. Deze voorlopige premie is betaalbaar op 1 juli en geldt als voorschot voor het lopende jaar. Ze wordt gestort in het financieringsfonds.
Om deze voorschotpremie te berekenen, wordt het in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst vastgelegde toelagepercentage toegepast op het jaarloon van het voorgaande kalenderjaar; het resultaat wordt vermenigvuldigd met een coëfficiënt die overeenkomt met de per sectorale collectieve arbeidsovereenkomst vastgelegde loonsverhogingen voor het berekeningsjaar, en de gemiddelde loonsverhogingen binnen de ondernemingen die tot het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid behoren tijdens het kalenderjaar voorafgaand aan het berekeningsjaar. Deze coëfficiënt wordt jaarlijks vóór 1 april door de inrichter meegedeeld. 3.2.2. Definitieve pensioentoelage met betrekking tot het voorgaande jaar Op 1 juli wordt ieder individuele contract aangepast met retroactief effect op de voorgaande 1e juli, en wordt er een definitieve pensioentoelage gestort. Die definitieve pensioentoelage wordt verkregen door het in de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst vastgelegde toelagepercentage toe te passen op het jaarloon van het voorgaande kalenderjaar.
Indien de definitieve pensioentoelage van het voorafgaande jaar hoger is dan de op de voorgaande 1e juli verschuldigde voorlopige premie, wordt het ontbrekende saldo door de onderneming bijgestort. Indien de definitieve pensioentoelage van het voorafgaande jaar lager is dan de op de voorgaande 1e juli verschuldigde voorlopige premie, wordt het overblijvende saldo in mindering gebracht op de door de onderneming op 1 juli verschuldigde voorlopige premie.
De op deze wijze berekende definitieve pensioentoelage wordt gefinancierd door het opnemen van de voorlopige premie uit het financieringsfonds en door de correctie waarvan sprake in de voorafgaandelijke alinea. De definitieve pensioentoelage wordt gestort als koopsom op een levensverzekeringscontract onderschreven door de inrichter op naam van de aangeslotene. 3.2.3. Indiensttreding tijdens het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar van berekening van de voorlopige premie.
Voor de personen die tijdens het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar van berekening van de voorlopige premie in dienst zijn getreden, wordt de eerste voorlopige premie voor het lopende jaar berekend op het aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aangegeven bruto maandloon van januari van het berekeningsjaar vermenigvuldigd met 13,92. Wanneer het maandloon van januari niet gekend is, wordt de berekening toegepast op basis van het laatste bruto maandloon dat aan de Rijksdienst van Sociale Zekerheid aangegeven werd.
De eerste definitieve pensioentoelage, die conform artikel 3.2.2. bepaald zal worden, zal op het individuele contract van de aangeslotene gestort worden met retroactief effect op de voorgaande 1e juli indien de aangeslotene vóór de voorafgaande 1e juli in dienst is getreden en met retroactief effect op zijn datum van indiensttreding indien de aangeslotene na de voorgaande 1e juli in dienst is getreden. 3.2.4. Laatste definitieve pensioentoelage Wanneer een aangeslotene uit dienst treedt bij een onderneming waarop dit pensioenreglement van toepassing is, of er de eindleeftijd bereikt, of vroegtijdig overlijdt, is een laatste definitieve pensioentoelage verschuldigd door de onderneming.
Deze wordt als volgt samengesteld : - de definitieve pensioentoelage verschuldigd op de 1e juli van het jaar voorafgaand aan de uitdiensttreding, indien deze nog niet berekend of betaald kan worden; - de definitieve pensioentoelage verschuldigd op de datum van uitdiensttreding en die berekend moet worden op het jaarloon van het jaar van de uitdiensttreding. 3.3. Jaarlijkse aanpassing van de contracten Ieder jaar op 1 juli worden de contracten en de premies aangepast. 4. Verzekeringspremies De verzekeringspremies zijn betaalbaar op 1 juli van ieder jaar. Vóór 1 juli zend integrale de onderneming een borderel dat de volgende gegevens bevat voor alle aangeslotenen van de onderneming : - de verschuldigde voorlopige premies voor het lopende jaar; - de correcties met betrekking tot de definitieve pensioentoelagen van het voorafgaande jaar; - de eventuele dossierkosten verbonden aan een ingebrekestelling of nalatigheidsintresten waarvan sprake in artikelen 7.2. en 7.3. van dit reglement; - de taks op de verzekeringscontracten die ten laste is van onderneming bovenop de pensioentoelagen.
Andere premietaksen en bijdragen, zoals bijvoorbeeld de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid bijdrage die berekend wordt op werkgeversstortingen voor aanvullend pensioen, worden eveneens door de onderneming gedragen, door haar zelf betaald, en komen bovenop de pensioentoelagen.
Indien nodig, zendt integrale de onderneming een bijkomend borderel of een kredietnota dat/die rekening houdt met de laatste definitieve pensioentoelagen berekend naar aanleiding van uitdiensttredingen in toepassing van artikel 3.2.4. Het bijkomende borderel is onmiddellijk betaalbaar. De kredietnota wordt in mindering gebracht op het volgende borderel of wordt aan de onderneming terugbetaald indien zij de terugbetaling vraagt. 5. Einddatum De einddatum waarop het kapitaal bij in leven zijn opeisbaar is, wordt vastgesteld op de eerste dag van de maand die volgt op de 65e verjaardag van de aangeslotene. 5.1. Verdaging van de einddatum Indien de aangeslotene het wettelijk pensioen later opneemt en in dienst blijft na de einddatum, blijft de pensioentoelage verschuldigd en wordt de einddatum die gebruikt wordt voor het pensioenverzekeringscontract telkens met één jaar verlengd. De aangeslotene kan de betaling van het kapitaal bekomen bij in leven zijn op de effectieve einddatum van zijn contract. 5.2. Vervroegde uitkering Zolang de aangeslotene in dienst is van een onderneming bedoeld in artikel 1 van dit reglement, kan hij zijn contract niet afkopen. Hij kan de vervroegde uitkering van de afkoopwaarde bekomen na het einde van de tewerkstelling in de metaalverwerkende sector, maar ten vroegste vanaf de leeftijd van 60 jaar.
In uitvoering van artikel 61 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingsstelsel van die pensioenen, is een vervroegde uitkering van de afkoopwaarde mogelijk bij het vertrek met brugpensioen, indien dit gebeurt voor 31 december 2009. 6. Verzekeringstechniek De pensioentoelage wordt aangewend als een koopsom voor een verzekeringsbewerking van het type "Uitgesteld Kapitaal Met Terugbetaling van de Reserve bij overlijden voor de einddatum" (UKMR). 7. Diverse bepalingen 7.1. Gegevens die moeten meegedeeld worden door de onderneming De onderneming deelt integrale de gegevens mee die nodig zijn voor het beheer van de contracten.
Vóór 1 april van elk jaar, deelt ze onder andere het volgende mee : - het laatst gekende adres van alle aangeslotenen en de mogelijke veranderingen in de persoonsgegevens; - het jaarloon van het voorafgaande kalenderjaar voor alle aangeslotenen, met inbegrip van de aangeslotenen die in de loop van het voorafgaande jaar uit dienst zijn getreden en de aangeslotenen die van statuut zijn veranderd (voor deze laatsten is het jaarloon dat moet meegedeeld worden gelijk aan het jaarloon dat ontvangen werd als bediende); - bovendien, voor de aangeslotene die in dienst zijn getreden tijdens het voorafgaande kalenderjaar, de nodige persoonsgevens waaronder onder andere hun datum van indiensttreding; - bovendien, voor de aangeslotenen die uit dienst zijn getreden, datum van uitdiensttreding, de reden van uitdiensttreding (gewone uitdiensttreding brugpensioen, wettelijke pensionering, overlijden); - bovendien, voor de personeelsleden die van statuut veranderen, de datum van verandering en het nieuwe statuut; - bovendien, voor de bedienden die uit dienst zijn getreden of die van statuut zijn veranderd in het lopende jaar (dus tijdens het 1e kwartaal), het jaarloon van het lopende jaar.
Wanneer een aangeslotene gebruik maakt van zijn recht om zelf zijn uitdiensttreding aan integrale te melden, zal de onderneming onmiddellijk op eenvoudige vraag van integrale de gegevens waarvan sprake hierboven, bezorgen. 7.2. Gevolgen van een niet meedelen van de gegevens door de onderneming Integrale dekt de aangeslotenen op basis van de gegevens dat zij ontvangt van de onderneming en van de aangeslotene zelf, deze zijn verantwoordelijk van de juistheid van de gegevens.
De onderneming is verantwoordelijk voor de gevolgen die voortvloeien uit het doorgeven van onnauwkeurige onvolledige, onjuiste of laattijdige inlichtingen aan integrale.
Indien de ondernemingen de gegevens niet meedeelt op de voorziene datum heeft dit tot gevolg dat de verzekeringspremies niet berekend kunnen worden. De volgende procedure is dan van toepassing : - bij een niet meedelen van de gegevens na 30 dagen volgens op de datum waarvan sprake in artikel 7.1., stuurt integrale een herinneringsbrief aan de onderneming integrale meldt deze toestand aan de inrichter; - bij een niet meedelen van de gegevens na 45 dagen volgend op de datum waarvan sprake in artikel 7.1., stuurt integrale een tweede herinneringsbrief aan de onderneming. Integrale meldt deze toestand aan de inrichter die op zijn beurt de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid op de hoogte stelt. Deze laatste zal het dossier overmaken aan de sociale inspectie; - bij een niet meedelen van de gegevens na 60 dagen volgend op de voorziene datum in artikel 7.1., stuurt integrale een brief aan de onderneming waarin haar het premievrijstellen binnen de drie weken, van de contracten van de aangeslotenen in verhouding tot de effectief betaalde pensioentoelagen meegedeeld wordt, waarbij voorafgaand de laatste voorlopige premies die betaald werden uit het financieringsfonds geput zullen worden en op het contract van de aangeslotenen als definitieve pensioentoelagen zullen gestort worden met retroactief effect op de opeisbaarheiddatum van deze voorlopige premies. Integrale meldt dit aan de inrichter die op zijn beurt de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid op de hoogte stelt; - integrale informeert iedere aangeslotene over die toestand door een gewone brief naar zijn persoonlijk adres uiterlijk binnen de 12 maanden volgend op de voorziene datum voor de premiebetaling.
De kosten van de uitvoering van deze procedure zijn ten laste van de onderneming.
Het premievrijstellen van de contracten ontslaat de onderneming geenszins van de betaling van de achterstallen en de kosten verbonden aan de in gebreke stelling.
Wanneer integrale de gegevens bekomt om de verschuldigde premies te kunnen berekenen, zullen nalatigheidsinteresten verschuldigd zijn zoals bepaald in artikel 7.3.
Bij betaling van de onderneming van de achterstallen, de nalatigheidsinteresten en de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure, worden de contracten terug in voege gebracht met retroactief effect op de datum van premievrijmaking.
Indien de onderneming het jaarloon van het voorafgaande kalenderjaar en het jaarloon van het jaar van uitdiensttreding niet tijdig meedeelt voor de aangeslotenen die uit dienst zijn getreden of die van statuut zijn veranderd, zal integrale de laatste voorlopige premies die betaald werden als definitieve pensioentoelagen beschouwen. Deze zullen gestort worden op het contract van de betrokken aangeslotene met retroactief effect, op de opeisbaarheidsdatum van deze voorlopige premies. Integrale kan in geen geval verantwoordelijk gesteld worden om eventuele tekorten aan te zuiveren in de plaats van de onderneming. 7.3. Gevolgen van het niet betalen van de pensioentoelagen - achterstallen De volgende procedure van toepassing bij niet betaling van de pensioentoelagen op de voorziene datum : - bij niet-betaling binnen 30 dagen na de datum waarop de premie verschuldigd was, wordt de onderneming door integrale in gebreke gesteld door middel van een aangetekende brief. Integrale deelt dit mee aan de inrichter; - bij niet-betaling binnen 45 dagen na de datum waarop de premie verschuldigd was, wordt de onderneming door integrale opnieuw aangemaand. Integrale deelt dit mee aan de inrichter die op zijn beurt de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid op de hoogte stelt. Deze laatste stuurt het dossier door aan de sociale inspectie; - bij niet-betaling binnen 60 dagen na de datum waarop de premie verschuldigd was, wordt aan de onderneming gemeld dat de contracten van haar aangeslotenen bij niet-betaling binnen de drie weken premievrij gemaakt zullen worden op basis van de wel betaalde pensioentoelagen, waarbij voorafgaand de laatste voorlopige premies die voor de aangeslotenen betaald werden, uit het financieringsfonds geput zullen worden en als koopsom op het contract van de aangeslotenen zullen gestort worden. De inrichter wordt door integrale hiervan op de hoogte gebracht. De inrichter stelt de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid er op de hoogte van. - integrale zal iedere aangeslotene door middel van een op zijn persoonlijk adres gestuurde brief op de hoogte brengen uiterlijk binnen de 12 maanden volgend op de datum waarop de premie verschuldigd was.
De in gebreke stelling van de onderneming brengt de opeisbaarheid van een nalatigheidintrest van 7 pct. per jaar mee. Deze intrest wordt berekend op de achterstallige verschuldigde pensioentoelagen in verhouding tot het aantal dagen achterstal, waarbij een jaar verondersteld wordt 365 dagen te tellen.
Daarenboven zijn de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure ten laste van de onderneming. Deze kosten worden als volgt bepaald : 10 EUR voor de eerste aangetekende verzending, 15 EUR voor de tweede verzending en 15 EUR voor de derde verzending.
De premievrijmaking van de contracten ontslaat de onderneming geenszins van de betaling van de achterstallige bijdragen, de nalatigheidsinteresten en de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure.
Bij betaling van de onderneming van de achterstallen, de nalatigheidsinteresten en de kosten van de ingebrekestelling en van de uitvoering van deze procedure, worden de contracten terug in voege gebracht met retroactief effect op de datum van premievrijmaking. 7.4. Informatieplicht In afwijking van artikel 14 van de algemene voorwaarden, stuurt integrale de pensioenfiches naar het persoonlijk adres van de aangeslotenen.
De tekst van het reglement van de groepsverzekering is beschikbaar op de website van integrale (www.integrale.be). 7.5. Verworven rechten van de aangeslotene op de reserve Artikel 11 van de algemene voorwaarden wordt als volgt vervolledigd : De voorwaarde van minimum één jaar aansluiting is niet van toepassing in geval overlijden van de aangeslotene of wanneer de aangeslotene de einddatum bereikt en hij nog altijd in dienst is van een onderneming die behoort tot de sector waarop dit reglement van toepassing is en die het sectorale pensioenstelsel, beheerd door integrale, laat uitvoeren.
Indien het bedrag van de opgebouwde reserves kleiner zou zijn dan het bedrag van de verworven reserves dat voortvloeit uit de wet van 28 april 2003 betreffende het aanvullende pensioen, moet de onderneming die onbrekende reserves bijstorten, wat betreft de aansluitingsperiodes waarin de aangeslotene in dienst is of was van de onderneming. Indien de onderneming geen gevolg geeft aan deze verplichting, zal de aangeslotene zich enkel tegen de onderneming kunnen keren. Integrale kan niet verplicht worden om dit tekort aan te zuiveren in de plaats van de onderneming. 8. Algemene voorwaarden De algemene voorwaarden van de groepsverzekering die een sectorale pensioenstelsel uitvoert - versie 2006.1. zijn van toepassing.
De bijzonder voorwaarden hebben voorrang op de algemene voorwaarden in de mate dat ze er van afwijken.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 september 2007.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Bijlage 2 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 (sectoraal aanvullend pensioen) Technische nota Het pensioenreglement Een pensioenreglement dat gesloten werd in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 en in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid gesloten werd, moet minstens de volgende elementen bevatten : 1. Het pensioenreglement dient de voorwaarden te respecteren die opgenomen werden in de genoemde collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 en in de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007.2. Elke werknemer die op 1 april 2002 tewerkgesteld is, of na 1 april 2002 tewerkgesteld zal worden, in de onderneming met een arbeidsovereenkomst van bediende, ongeacht de aard van de arbeidsovereenkomst, en op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, betreffende het nationaal akkoord 2001-2002, en de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007 gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid van toepassing is, wordt verplicht aangesloten. Dit betekent onder meer : - dat de aansluiting verplicht is voor bedienden die tewerkgesteld zijn met een contract van bepaalde duur, met uitzondering van de werknemers met een contract van interimarbeid, met vakantie-, studenten- en IBO-contracten (individuele beroepsopleiding) en werknemers die activiteiten uitoefenen terwijl zij al van een wettelijk rustpensioen genieten; - dat er geen enkele leeftijdsvoorwaarde voorzien mag worden voor de aansluiting. 3. In een vaste bijdragestelsel, mogen de pensioenbijdragen enkel aangewend worden als koopsom voor een verzekeringsbewerking van het type "uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de reserve bij vroegtijdig overlijden".In een vaste prestaties stelsel moeten de verworven reserves ten minste gelijk zijn aan diegene die voortkomen uit het stelsel van vaste bijdragen. 4. Het gegarandeerde rendement op de netto stortingen dient gelijk te zijn aan de technische referentierentevoet voor levensverzekeringen die gebruikt wordt in de uitvoeringsbesluiten van de wet betreffende de controle der verzekeringsondernemingen.5. Zolang de aangeslotene in dienst is kan hij zijn contract niet afkopen, noch het voordeel ervan afstaan of in pand geven.6. Het pensioenreglement kan eventueel een bepaling bevatten waarin voorzien wordt dat wanneer de aangeslotene de onderneming verlaat vooraleer een bepaald aantal maanden aansluiting bij het pensioenreglement te tellen.Deze periode mag niet meer dan één jaar dienst bedragen.
Deze clausule vervalt indien de aangeslotene een overdracht van wiskundige reserves verworven bij een andere werkgever, in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst die het sectorale pensioenstelsel invoert, naar dit reglement heeft gedaan.
De voorwaarde van minimum één jaar aansluiting bij het pensioenplan is niet van toepassing in geval van overlijden van de aangeslotene. 7. Indien de pensioeninstelling zelf niet paritair beheerd wordt, moet er een paritair samengesteld toezichtcomité opgericht worden.Het pensioenreglement vermeldt deze verplichting en de wijze waarop het comité samengesteld wordt. 8. In een vast bijdragen stelsel, dient de jaarlijkse definitieve pensioenbijdrage gestort door de onderneming tijdens een bepaald jaar, minstens berekend te worden op de bruto jaarlonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.In een stelsel van vaste prestaties moeten de bijdrage leiden tot uitkeringen op eindleeftijd die minstens gelijk zijn aan diegene die voortkomen van een vaste bijdrage stelsel, rekening houdend met het principe van de gelijkheid van rechten. 9. De theoretische en praktische afkoopwaarden bedragen in alle gevallen 100 pct.van de opgebouwde reserves met inbegrip van 100 pct. van de al toegekende winstdeelname.
Informatie Eenmaal per jaar deelt de onderneming aan de inrichter de volgende gegevens mee : 1. een lijst met alle aangeslotenen;2. een verklaring opgesteld door de pensioeninstelling waarin deze bevestigt dat het reglement en de in uitvoering ervan opgestelde contracten voldoen aan de beschikkingen van de collectieve arbeidsovereenkomsten van 21 maart 2002 en van 18 januari 2007;3. een verklaring van evenwaardigheid van de rechten, opgesteld door de in uitvoering van artikel 40bis van de wet op de controle der verzekeringsondernemingen aangewezen actuaris van de pensioeninstelling. De onderneming en de pensioeninstelling dienen op eenvoudig verzoek van de inrichter of zijn gemachtigde alle gegevens over te maken die toelaten om de juiste uitvoering van de verplichtingen te controleren, die voortvloeien uit de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002, tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4 §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001, betreffende het nationaal akkoord 2001-2002, en de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007 gesloten binnen het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid.
Evenwaardigheid van de rechten Indien een onderneming koos voor de uitvoering van de sectorale pensioentoezegging bij een door haar aangeduide pensioeninstelling (opting out) moeten de rechten van de aangeslotene minstens gelijkwaardig zijn aan deze die voorzien worden in het pensioenreglement van het sectorale stelsel dat beheerd wordt door de in de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 en 18 januari 2007 aangeduide pensioeninstelling. De verworven reserve dient op ieder moment minstens gelijk te zijn aan de reserve die verkregen wordt door de in het pensioenreglement van het sectorale stelsel voorziene koopsommen te kapitaliseren aan de technische referentierentevoet voor levensverzekeringen die gebruikt wordt in de uitvoeringsbesluiten van de wet betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, in een verzekeringsbewerking van het type "uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de reserve bij vroegtijdig overlijden". De beheerskost die gebruikt wordt voor deze vergelijking bedraagt 3 pct. van de bruto koopsom, en er worden geen verdere kosten op de verzekerde kapitalen of reserves in aanmerking genomen.
De inrichter heeft het recht om de evenwaardigheid te controleren of te laten controleren door zijn gemachtigde.
Procedure bij niet-betaling van de pensioenbijdragen op de voorziene datum Het pensioenreglement moet een procedure bij niet-betaling van de pensioenbijdragen op de voorziene datum voorzien. Die procedure moet tenminste de volgende elementen bevatten : Bij niet-betaling binnen 30 dagen na de verschuldigheidsdatum van de pensioenbijdragen wordt de onderneming door de pensioeninstelling aangemaand door middel van een aangetekende brief en in gebreke gesteld. De pensioeninstelling deelt dit mee aan de inrichter.
Bij niet-betaling na 60 dagen na de verschuldigingsheidsdatum van de pensioenbijdragen wordt de onderneming door de pensioeninstelling opnieuw aangemaand. De pensioeninstelling deelt dit mee aan de inrichter die op zijn beurt de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid op de hoogte stelt.
Bij niet-betaling na 90 dagen na de verschuldigheidsdatum van de pensioenbijdragen wordt aan de onderneming gemeld dat de contracten van haar aangeslotene bij niet-betaling premievrij gemaakt kan worden op basis van de wel betaalde pensioenbijdragen. De inrichter wordt door de pensioeninstelling hiervan op de hoogte gebracht. De inrichter stelt de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid op de hoogte. De pensioeninstelling zal in dat geval iedere betrokken verzekerde door middel van een op zijn persoonlijk adres gestuurde brief op de hoogte brengen ten laatste binnen de 12 maanden volgend op de voorziene datum voor de premiebetaling. Deze brief mag niet via de onderneming aan de aangeslotene bezorgd worden.
Controle van het pensioenreglement De onderneming legt het pensioenreglement ter goedkeuring voor, volgens de in de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 en van 18 januari 2007 bepaalde procedure, aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, die de controle ervan door zijn gemachtigde mag laten verrichten.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 september 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Bijlage 3 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden der metaalfabrikatennijverheid, tot wijziging en vervanging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2002 tot uitvoering van hoofdstuk II, artikel 4, §§ 1 en 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 2001 betreffende het nationaal akkoord 2001-2002 (sectoraal aanvullend pensioen) Algemene voorwaarden van de groepsverzekering die een sectoraal pensioenstelsel uitvoert - Versie 2006.1 1. Definities Einddatum Het tijdstip waarop de aangeslotene volgens de bepalingen van het reglement de leeftijd bereikt waarop hij recht heeft op de uitbetaling van het verzekerde bedrag bij in leven zijn. Aangeslotene De persoon die deelneemt aan het sectorale pensioenstelsel en die voldoet aan de aansluitingsvoorwaarden zoals bepaald in de bijzondere voorwaarden, en op wiens hoofd het risico op het optreden van het verzekerde voorval rust.
Koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van de buitenwettelijke voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders Koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van de buitenwettelijke voordelen aan de werknemers bedoeld bij koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers en aan de personen bedoeld in artikel 32, 1e lid, punt 1 en punt 2 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, tewerkgesteld buiten een arbeidsovereenkomst.
Begunstigde De persoon in wiens voordeel de verzekeringsprestatie is bedongen.
Commissie voor het bank-, financie- en assurantiewezen De publieke instelling die belast werd met het toezicht op de Belgische financiële sector (met inbegrip van de verzekeringen).
Afgekort : C.B.F.A. Overeenkomst Het contract gesloten tussen de inrichter en integrale waardoor het financiële en administratieve beheer en de dekking van de risico's van het sectorale pensioenstelsel aan integrale toevertrouwd worden.
Onderneming De technische bedrijfseenheid zoals omschreven in artikel 14 van de wet van 20 september 1958 houdende organisatie van het bedrijfsleven, die het sectorale pensioenstelsel laat uitvoeren door integrale.
Integrale Gemeenschappelijke verzekeringskas, belast met het uitvoeren van het sectorale pensioenstelsel, met hoofdzetel te 4000 Luik, place Saint-Jacques 11/101 toegelaten onder het administratief codenummer 1530 om levensverzekeringen te beheren (koninklijk besluit van 10 november 1997).
Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen De wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van de pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.
Opting-out De mogelijkheid die geboden kan worden door de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst aan een werkgever om de uitvoering van het pensioenstelsel voor alle of een deel van zijn werknemers geheel of gedeeltelijk zelf te organiseren in een pensioenstelsel op het niveau van de onderneming, dat de regels moet volgen die gelden voor ondernemingspensioenstelsels.
Inrichter De rechtspersoon, paritair samengesteld, aangeduid via een collectieve arbeidsovereenkomst door de representatieve organisaties van een paritair comité of subcomité, opgericht volgens hoofdstuk III van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, die de uitvoering van het sectorale pensioenstelsel aan integrale toevertrouwd.
Verworven prestaties De prestaties waarop de aangeslotene aanspraak kan maken overeenkomstig het pensioenreglement, indien hij bij zijn uittreding zijn verworven reserves bij integrale laat.
Premie De vergoeding die integrale vraagt als tegenprestatie van haar verplichtingen.
Reglement Het pensioenreglement waarin de rechten en verplichtingen van de inrichter, van de werkgever, de aangeslotenen en van hun rechthebbenden, de aansluitingsvoorwaarden en de regels inzake de uitvoering van het sectorale pensioenstelsel worden bepaald.
De bijzonder voorwaarden hebben voorrang op de algemene voorwaarden in de mate dat ze ervan afwijken.
Verworven reserve De reserves waarop de aangeslotene recht heeft, op een bepaald moment, overeenkomstig het pensioenreglement. 2. Aanvang van de groepsverzekering en van het individuele contract van de aangeslotene 2.1. Aanvang van de groepsverzekering De groepsverzekering neemt een aanvang vanaf de datum die voorzien is in de overeenkomst tussen de inrichter en integrale, voorzover deze overeenkomst en het reglement door beide partijen ondertekend werden.
De inrichter kan de overeenkomst opzeggen met een aangetekende brief of bij gewone brief met ontvangstbewijs, binnen een termijn van 30 dagen na de ondertekening ervan. In dat geval betaalt integrale de bepaalde premies terug, na afhouding van de premies die nodig waren om het overlijdensrisico van de aangeslotenen te verzekeren tijdens de verstreken termijn. 2.2. Aanvang van het individuele contract van de aangeslotene Het individuele contract van de aangeslotene treedt in werking na de aanvang van de groepsverzekering, vanaf het ogenblik dat voldaan wordt aan de in het reglement vastgestelde aansluitingsvoorwaarden en dat integrale alle informatie die nodig is voor het dekken van de risico's, ontvangen heeft.
Per aangeslotene wordt slechts één individueel contract onderschreven in uitvoering van het sectorale pensioenstelsel, en dit tijdens zijn hele loopbaan, behalve : - indien hij tegelijkerheid in dienst is bij meerdere ondernemingen die het sectorale pensioenstelsel door integrale laten uitvoeren; - indien hij opnieuw aangesloten wordt nadat hij reeds een uitkering ontving op basis van dit reglement; - indien hij een reserve overdraagt zoals bepaald in artikel 13. 3. Onbetwistbaarheid van de groepsverzekering en van het individuele contract Integrale dekt de aangeslotene op basis van de gegevens die door de onderneming en de aangeslotene zelf overgemaakt werden, waarbij beiden verantwoordelijk zijn voor de nauwkeurigheid van de inlichtingen. Vanaf de inwerkingtreding van het individuele contract is dit laatste onbetwistbaar, tenzij de onderneming of de aangeslotene gegevens opzettelijk verzwegen of onjuist meedeelden. In dat geval heeft integrale het recht om het contract te vernietigen, en om de premies die uitbetaald werden tot op het ogenblik waarop kennis gekregen werd van het opzettelijk verzwijgen of onjuist meedelen van de gegevens, te behouden.
Wanneer de geboortedatum en/of het geslacht onnauwkeurig meegedeeld werden, kunnen de uitkeringen aangepast worden in functie van de leeftijd en/of het geslacht dat in aanmerking had moeten genomen worden. 4. Omvang van de groepsverzekering en medische formaliteiten 4.1. Territoriale uitgestrektheid De groepsverzekering is van kracht over heel de wereld. 4.2. Medische formaliteiten Er zijn geen medische formaliteiten. 5. Uitgesloten risico's Er zijn geen uitgesloten risico's. Behalve in de gevallen die bij wet toegestaan zijn, wordt het kapitaal bij overlijden vóór de einddatum uitgekeerd aan een andere begunstigde, volgens de volgorde die in artikel 7 voorzien is, indien het overlijden van de aangeslotene opzettelijk veroorzaakt wordt door een begunstigde of mede door zijn toedoen of op zijn aansporing. 6. Tarieven Integrale past voor al haar aangeslotenen de tarieven toe die voorgelegd werden aan haar aangewezen actuaris en die meegedeeld werden aan de C.B.F.A. In geval van aanpassing van de tarieven, zal elke nieuwe aansluiting, elke aanpassing van de verzekerde waarden, elke wijziging van kapitalen of renten en elke nieuw gevestigde rente berekend werden tegen het nieuwe tarief. 7. De begunstigden van de groepsverzekering 7.1. De begunstigde van het verzekerde bedrag op de einddatum Indien de aangeslotene in leven is op de einddatum, wordt het kapitaal leven uitgekeerd aan de aangeslotene zelf. 7.2. De begunstigde van het verzekerde bedrag in geval van overlijden vóór de einddatum Indien de aangeslotene overlijdt vóór de einddatum, wordt het kapitaal uitgekeerd aan de begunstigde(n) op basis van de volgende voorrangsorde : 1. de echtgeno(o)t(e) van de aangeslotene, die niet gerechtelijk van tafel en bed of feitelijk geschieden is, of die zich niet in aanleg tot scheiding van tafel en bed of echtscheiding bevindt;2. bij ontstentenis, de persoon die wettelijk samenwoont met de aangeslotene in de zin van artikel 1475 tot 1479 van het Burgerlijk Wetboek;3. bij ontstentenis, de wettelijke, geadopteerde of natuurlijke erkende kinderen van de aangeslotene, of bij plaatsvervulling, hun nakomelingen;4. bij ontstentenis de door de aangeslotene schriftelijk per aangetekend schrijven aangeduide perso(o)n(en) waarbij de laatstverstuurde aangetekende brief rechtsgeldig is;5. bij ontstentenis de ouders van de aangeslotenen;bij overlijden van één van hen komt het kapitaal toe aan de langstlevende; 6. bij ontstentenis de broers en zusters van de aangeslotene, bij plaatsvervulling hun kinderen;7. bij ontstentenis het financieringsfonds. Voor de toepassing van dit artikel worden de echtgenoten geacht feitelijk geschieden te zijn wanneer uit de bevolkingsregisters blijkt dat zij niet dezelfde woonplaats hebben.
De toepassing van de hiervoor bedoelde wettelijke bepalingen wordt door integrale niet gecontroleerd. Alle gevolgen van het niet respecteren van deze bepalingen worden gedragen door de aangeslotene en zijn patrimonium.
Indien er meerdere begunstigden zijn, wordt het kapitaal overlijden in gelijke delen onder hen verdeeld, tenzij het document van aanduiding van begunstigde de grootte van de delen bepaalt.
In geval de aangeslotene en de begunstigde overlijden zonder dat de volgorde van overlijden kan bepaald worden, wordt het kapitaal overlijden uitgekeerd aan de plaatsvervanger(s) van de begunstigde(n).
Wanneer de begunstiging aanvaard wordt, dan kunnen de rechten die uit het sectorale pensioenstelsel voortvloeien ten aanzien van de aangeslotene slechts worden uitgeoefend mits het akkoord van de begunstigde die aanvaardde. Een dergelijke aanvaarding kan slecht worden opgeheven mits het akkoord van de begunstigde die aanvaardde.
De aanvaarding of opheffing worden vastgelegd in een bijvoegsel dat gedateerd en ondertekend wordt door de aangeslotene, de betrokken begunstigde, de onderneming en integrale. 8. Verlenging van de einddatum Wanner de einddatum voor de 1e dag van de maand die volgt op de 65e verjaardag valt en indien de aangeslotene op dat ogenblik niet om de uitbetaling van zijn prestaties vraagt, wordt de einddatum vastgesteld op de 1ste van de maand die volgt op de 65e verjaardag. In dat geval wordt de pensioentoezegging automatisch omgevormd in de combinatie "uitgesteld kapitaal met terugbetaling van de reserve". 9. Vereffening van de uitkeringen De aangeslotene of de begunstigde(n) wordt verondersteld te kiezen voor de uitkering van de verzekerde voordelen in de vorm van een kapitaal. De begunstigde(n) kan (kunnen) vragen om het kapitaal dat aan hem(n) toekomt, om te vormen in een lijfrente.
Een keuze voor een vereffening als lijfrente moet door de begunstigde schriftelijk meegedeeld worden aan integrale, gedateerd en ondertekend door de begunstigde, ten laatste een maand voor de datum waarop de uitkering aanvangt.
Het kan gaan - naar keuze van de begunstigde - om een lijfrente die enkel aan hem of haar betaald wordt, of om een lijfrente die in geval van overlijden van de begunstigde overdraagbaar is op de overlevende echtgeno(o)t(e) of op de wettelijke samenwonende partner. De rente kan geïndexeerd worden. Integrale zal bij de omzetting in een rente de tarieven gebruiken die van kracht zijn op dat ogenblik, rekening houdend met de leeftijd van de begunstigde(n), het eventuele overdraagbaarheids- en indexeringspercentage.
De renten worden in maandelijkse delen betaald op de laatste dag van elke maan, tot en met de laatste vervaldag die voorafgaat aan het overlijden van de begunstigde(n).
Wanneer het jaarbedrag van de rente gelegen is tussen 300 EUR en 750 EUR, dan wordt ze betaald in vier gelijke trimestriële delen, op het einde van ieder trimester.
Iedere rente waarvan het jaarbedrag 299,99 EUR niet overschrijdt, wordt steeds in kapitaal uitbetaald. Daardoor wordt integrale van iedere verplichting ontheven.
De bedragen voorzien in de twee voorgaande alinea's worden geïndexeerd zoals voorzien in punt 4.2. van deze algemene voorwaarden. 10. Formaliteiten die moeten vervuld worden bij de vereffening van de contracten Bij vereffening van het contract of in geval van afkoop, moet(en) de begunstigde(n) de volgende documenten aan integrale overmaken : In geval de aangeslotene in leven is bij de vereffening : - een formulier ter vereffening van de voordelen, opgesteld door integrale, volledig ingevuld en ondertekend door de aangeslotene of zijn wettelijke vertegenwoordiger; - een kopie van de SIS kaart van de aangeslotene; - indien nodig, een kopie van de notificatie van de beslissing van het wettelijk pensioen (document dat bij de Rijksdienst voor Pensioenen kan opgevraagd worden) of een kopie van het document C4 in geval van brugpensioen.
In geval van overlijden van de aangeslotene : - een uittreksel uit de overlijdensakte, te verkrijgen bij het gemeentebestuur; - een formulier, opgesteld door integrale, volledig ingevuld en ondertekend door de begunstigde(n) of zijn (hun) wettelijke vertegenwoordiger(s); - een bewijs van aanduiding van begunstigde; - een kopie van de SIS kaart van de aangesloten(en).
In alle gevallen betekent het vereffeningsformulier een kwijting voor het gedeelte van het kapitaal dat aan iedere begunstigde toekomt.
Integrale kan ieder bijkomend document opvragen om de identiteit van de begunstigde te verifiëren. 11. Verworven rechten van de aangeslotene op de reserve De reserves die opgebouwd zijn op de individuele contracten, met inbegrip van winstverdelingen die toegekend werden door integrale, zijn eigendom van de aangeslotene. De aangeslotene kan echter pas na één jaar aansluiting bij de groepsverzekering rechten opeisen met betrekking tot de reserves die gefinancierd werden door premies ten laste van de onderneming, waarbij eender welke periode van aansluiting bij dezelfde pensioentoezegging beheerd door integrale, in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst die het sectorale pensioenstelsel invoert of wijzigt, mee in aanmerking wordt genomen. De voorwaarde van één jaar aansluiting werd voldaan indien op het moment dat de aangeslotene de einddatum bereikt, de som van zijn aansluitingsperioden bij het sectorale pensioenstelsel één jaar bedraagt.
Wanneer de aangeslotene de reserves van een pensioentoezegging die door een andere pensioeninstelling werden beheerd in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst die het sectorale pensioenstelsel instelt, overdraagt naar integrale, wordt de aansluitingsperiode bij die andere pensioeninstelling mee in aanmerking genomen bij de bepaling van het recht.
Een aangeslotene die de vereffening van zijn verworven bedragen heeft gekregen en die opnieuw in dienst komt van een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is, en die het sectorale pensioenstelsel laat uitvoeren door integrale wordt beschouwd als een nieuwe aangeslotene.
Een aangeslotene die ervoor gekozen heeft zijn verworven reserves over te dragen in toepassing van artikel 12 en die opnieuw in dienst komt van een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is en die het sectorale pensioenstelsel laat uitvoeren door integrale wordt beschouwd als een nieuwe aangeslotene.
Zolang hij in dienst is van een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is, kan de aangeslotene echter geen uitbetaling bekomen van de verworven reserves, noch zijn contract in pand geven of een overdracht van begunstiging doen. In ieder geval kan de vereffening niet plaatsvinden, vooraleer de aangeslotene de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt.
Voorschotten op het contract zijn niet toegelaten.
De reserves die gefinancierd werden door premie ten laste van de onderneming, waarop de aangeslotene geen recht heeft op basis van de 2e alinea van dit artikel (omdat de aangeslotene niet voldoet aan de voorwaarde van één jaar aansluiting) worden in het financieringsfonds waarvan verder sprake, gestort. 12. De aangeslotene verlaat de onderneming vóór de einddatum van zijn contract Wanneer het arbeidscontract van de aangeslotene beëindigd wordt en deze onmiddellijk het werk hervat bij een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is en die het sectorale pensioenstelsel dat beheerd wordt door de integrale laat uitvoeren, blijft de aangeslotene deelnemer aan het sectorale pensioenstelsel indien hij aan de aansluitingsvoorwaarden voldoet.De nieuwe onderneming neemt het financieren van de pensioentoezegging ten laste.
De mogelijkheden waarvan sprake hieronder zijn bijgevolg niet van toepassing.
Wanneer het arbeidscontract van de aangeslotene beëindigd wordt en deze niet onmiddellijk het werk hervat bij een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is, wordt de dekking van het kapitaal overlijden aangepast vanaf de eerste dag van de maand die volgt op dit einde.
Wanneer het arbeidscontract van de aangeslotene beëindigd wordt om een andere reden dan het overlijden of het bereiken van de einddatum en deze niet onmiddellijk het werk hervat bij een onderneming die behoort tot de sector waarop het reglement van toepassing is, heeft de aangeslotene de keuze tussen de volgende mogelijkheden, voor zover hij rechten kan opeisen van de reserves : a. hetzij de verworven reserves zonder wijziging van de pensioenbelofte bij integrale, die het contract dan verder zal laten delen in de resultaten, en op de einddatum van het contract of bij overlijden een kapitaal of een rente ontvangen;b. hetzij de verworven reserve overdragen naar een onthaalstructuur die speciaal hiervoor opgericht werd bij integrale in uitvoering van dit reglement dat erop van toepassing is, en vragen om ze te gebruiken voor een andere verzekeringscombinatie waarbij het contract verder zal delen in de resultaten van integrale : - een gemengde kapitaalsverzekering 10/10, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/15, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 1,5 maal het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/20, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 2 maal het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/25, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 2,5 maal het kapitaal bij overlijden; - een verzekering waarbij het kapitaal bij overlijden voor de einddatum gelijk is aan de opgebouwde reserve, en het saldo gebruikt wordt voor de vestiging van een kapitaal bij in leven zijn op de einddatum; c. hetzij de verworven reserve overdragen naar de pensioeninstelling van de nieuwe werkgever waarmee hij een arbeidscontract sloot, indien hij aan de pensioentoezegging van die nieuwe werkgever aangesloten wordt;d. hetzij de verworven reserve overdragen naar een andere pensioeninstelling die de totaliteit van haar winsten proportioneel met de reserves verdeelt onder de aangeslotenen, en die de kosten beperkt ingevolge de regels bepaald door het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van buitenwettelijke voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders. De bovenvermelde overdracht wordt beperkt tot het deel van de reserve dat niet het voorwerp uitmaakte van een in pand geven of dat niet aangewend werd voor de wedersamenstelling van een hypothecair krediet.
De onderneming dient integrale zodra de arbeidsovereenkomst van een aangeslotene beëindigd wordt te verwittigen, en dit uiterlijk bij het eerstvolgende jaarlijkse doorgeven van de gegevens. Gedurende de periode van 12 maanden volgend op de datum van uitdiensttreding kan de aangeslotene echter zelf zijn uitdiensttreding aan integrale meedelen.
Deze notificatie zal schriftelijk of elektronisch gedaan worden. De onderneming zal de laatste elementen die nodig zijn voor het bepalen van de verworven reserves tegelijkertijd meedelen.
In de daaropvolgende dertig dagen en op voorwaarde dat ze in bezit is van alle nodige elementen voor het bepalen van de verworven reserves, zal integrale de verworven prestatie en verworven reserve, en de hiervoor vermelde keuzemogelijkheden aan de onderneming meedelen, die ze op zijn beurt onmiddellijk aan de aangeslotene moet meedelen. De aangeslotene heeft dertig dagen de tijd om zijn keuze betreffende de aanwending van de verworven reserve mee te delen aan de onderneming.
Indien de aangeslotene geen expliciete keuze maakt binnen de dertig dagen, wordt hij verondersteld gekozen te hebben voor het behoud van zijn reserves bij integrale, zonder wijziging van de pensioenbelofte (cfr. punt a. hiervoor). 13. Overdracht van reserves van een andere pensioeninstelling Zonder afbreuk te doen aan bepalingen uit voorgaand artikel, kan de aangeslotene op ieder ogenblik de reserves, verworven in een pensioeninstelling in het kader van een voorgaande beroepsactiviteit, overdragen naar een bij integrale opgerichte onthaalstructuur. Deze reserve kan, afhankelijk van de keuze van de geïnteresseerde, gebruikt worden voor één van de volgende verzekeringscombinaties : - een gemengde kapitaalsverzekering 10/10, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk ia aan het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/15, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 1,5 maal het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/20, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 2 maal het kapitaal bij overlijden; - een gemengde kapitaalsverzekering 10/25, waarbij het kapitaal bij leven op de einddatum gelijk is aan 2,5 maal het kapitaal bij overlijden; - een verzekering waarbij het kapitaal bij overlijden voor de einddatum gelijk is aan de opgebouwde reserve, en het saldo gebruikt wordt voor de vestiging van een kapitaal bij in leven zijn op de einddatum.
In afwijking van hetgeen bepaald werd in de eerste alinea, wordt de reserve die voortkomt uit een pensioentoezegging die door een andere pensioeninstelling wordt beheerd in uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst die het sectorale pensioenstelsel instelt (opting out), niet overgedragen naar een onthaalstructuur maar wordt deze reserve op het individuele contract van de aangeslotene, dat opgesteld wordt voor de premies van de onderneming waar hij op dat ogenblik tewerkgesteld is, gestort. 14. Verplichtingen van de betrokken partijen 14.1. Verplichtingen van de onderneming Bij elke aansluiting moet de onderneming de volgende gegevens aan integrale overmaken : - naam, voornaam, geboortedatum, burgerlijke staat, adres van de aangeslotene; - de datum indiensttreding; - het nationaal sociale zekerheidsnummer (SIS); - de referentiejaarwedde; - indien er een keuzemogelijkheid bestaat, de keuze van de overlijdensdekking; - eventueel, de aanduiding van de begunstigde bij overlijden in overeenstemming met het pensioenreglement.
Integrale dekt de nieuwe aangeslotene op basis van deze gegevens.
Ieder jaar deelt de onderneming aan integrale alle nodige gegevens mee voor de herziening van de contracten.
Iedere wijziging van de situatie van een aangeslotene die invloed kan hebben op de berekening van de uitkeringen en de verzekeringspremies, moet door de onderneming onmiddellijk aan integrale meegedeeld worden, zodat de contracten kunnen aangepast worden. Zonder een dergelijk bericht blijft de aangeslotene gedekt op basis van de toestand bij de laatste aanpassing van zijn contract.
De onderneming is verantwoordelijk voor de gevolgen die voortvloeien uit alle onnauwkeurige, onvolledige, onjuiste of laattijdige inlichtingen die verstrekt werden aan integrale.
Wanneer de onderneming haar adres wijzigt, moet ze integrale daarvan zo snel mogelijk schriftelijk op de hoogte brengen. Zolang dergelijke adreswijziging niet gemeld is, houdt integrale enkel rekening met het laatst aangewezen adres. 14.2. Verplichtingen van de aangeslotene Door zijn aansluiting onderwerpt de aangeslotene zich aan de bijzondere en de algemene voorwaarden van het sectorale pensioenstelsel.
De aangeslotene machtigt de onderneming om de eventuele bijdragen, die hij desgevallend zelf verschuldigd is op basis van het pensioenreglement, af te houden van zijn bezoldiging en aan integrale door te storten.
De aangeslotene die niet meer in dienst is van de onderneming en die van adres verandert, moet integrale daar zo snel mogelijk schriftelijk van op de hoogte brengen. Zoland dergelijke adreswijziging niet gemeld is, houdt integrale enkel rekening met het laatst aangewezen adres. 14.3. Verplichtingen van integrale Ieder jaar brengt integrale elke aangeslotene, door middel van een pensioenfiche, op de hoogte van het bedrag van de premies, van de verworven reserves, van de verworven prestaties en haar datum van opeisbaarheid, evenals van het bedrag van de verworven reserve van het afgelopen jaar. Bovendien wordt ook het bedrag van de winstverdeling vermeld.
De pensioenfiche wordt meegedeeld aan de inrichter of zijn gemandateerde, die de taak op zich neemt om deze fiche aan de aangeslotene te bezorgen. Deze pensioenfiche vermeldt dat de tekst van het reglement beschikbaar is op aanvraag bij de inrichter of zijn gemandateerde. De pensioenfiche wordt rechtstreeks meegedeeld aan de aangeslotene die niet meer in dienst is van de verzekeringnemer.
Integrale stelt jaarlijks een verslag over het beheer van de pensioentoezegging ter beschikking van de aangeslotenen, via de website www.integrale.be, waarin onder meer de volgende informatie opgenomen is : - de wijze van financiering van de pensioentoezegging en de structurele wijzigingen in die financiering; - de beleggingsstrategie op lange en korte termijn en de mate waarin daarbij rekening wordt gehouden met sociale, ethische en leefmilieuaspecten; - het rendement van de beleggingen; - de kostenstructuur; - de winstverdeling. 14.4. Verplichtingen van de inrichter Behalve indien de bijzondere voorwaarden iets anders voorzien, verbindt de inrichter zich ertoe om de tekst van het reglement mee te delen aan de aangeslotene, op eenvoudige vraag van deze laatste. Het reglement wordt rechtstreeks meegedeeld door integrale aan de aangeslotene die niet meer in dienst is van de onderneming.
De inrichter brengt de aangeslotene op de hoogte van zijn recht om de omzetting van kapitaal in rente te vragen, twee maanden voor de einddatum of binnen de twee weken nadat hij kennis kreeg van de afkoop. In geval van overlijden van de aangeslotene brengt de inrichter de rechthebbenden van dit recht op de hoogte binnen de twee weken na de kennisname van het overlijden.
De inrichter kan deze verplichtingen laten uitvoeren door integrale.
In dat geval wordt er hiertoe een overeenkomst afgesloten tussen integrale en de inrichter.
De inrichter verbindt zich ertoe om integrale onmiddellijk in te lichten over elke nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst die rechtstreeks of onrechtstreeks het sectorale pensioenstelsel kan beïnvloeden. 14.5. Uitwisseling van informatie Alle mededelingen en het overmaken van gegevens hebben slechts gevolg als zij schriftelijk of op elektronische wijze aan integrale gedaan zijn. 15. Fiscale bepalingen 15.1. Toepasselijk wetgeving Wanneer de onderneming gevestigd is in België en de aangeslotene en de begunstigde hun woon- en/of werkplaats in België hebben, is de Belgische fiscale wetgeving van toepassing zowel op de premies als op de uitkeringen. Is dit niet het geval, dan zouden fiscale en/of sociale lasten kunnen verschuldigd zijn op basis van een buitenlandse wetgeving, in uitvoering van de internationale verdragen die terzake gelden. 15.2. Belastingvoordeel Op basis van de Belgische fiscale wetgeving van kracht op de ingangsdatum van de groepsverzekering, vormen de patronale toelagen aftrekbare beroepskosten en geven de persoonlijk bijdragen recht op een belastingsvermindering.
Het bedrag, uitgedrukt in jaarlijkse rente : - van de verzekerde uitkeringen naar aanleiding van pensionering, verzekerd door dit reglement, winstverdelingen inbegrepen; - van de wettelijke pensioenen; - van de andere aanvullende uitkeringen van dezelfde aard waarop de aangeslotene recht heeft; mag evenwel 80 pct. van de laatste normale bruto bezoldiging niet overschrijden, rekening houdend met de normale duur van een beroepswerkzaamheid, en met een overdraagbaarheid van de rente ten gunste van de overlevende echtgeno(o)t(e) van 80 pct. en met een indexatie van de rente. 15.3. Fiscale lasten Alle belastingen of taksen die thans of in de toekomst van toepassing zijn op de contracten en op alle sommen die om één of andere reden omwille van deze contacten verschuldigd zijn, kunnen door integrale ten laste gelegd worden van de inrichter, de onderneming, de aangeslotene of de begunstigde. 16. Gevolgen van de wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer De onderneming, de inrichter of de aangeslotene verstrekt een aantal persoonsgegevens aan integrale om het sectorale pensioenstelsel te beheren.Iedere persoon van wie persoonlijke gegevens bewaard worden, heeft het recht om inzage en verbetering ervan te verkrijgen.
Hij dient zich in dat geval schriftelijk te richten tot integrale, ter attentie van de dienst beheer "sectorale pensioenstelsels", place Saint-Jacques 11, bus 101, te 4000 Luik, met toevoeging van een kopie van de identiteitskaart.
Integrale behandelt deze gegevens vertrouwelijk. Ze mogen uitsluitend gebruikt worden voor het beheer van het sectorale pensioenstelsel. 17. Beëindiging van de overeenkomst De overeenkomst waarin het beheer van het sectorale pensioenstelsel aan integrale toevertrouwd wordt, kan opgezegd worden in geval van niet-betaling van de premies, in geval van gemeenschappelijk akkoord tussen de inrichter en integrale, of door beslissing van één der partijen.De opzegging moet gebeuren door middel van een aangetekende brief, of door afgifte van de opzeggingsbrief tegen ontvangstbewijs van de partij waaraan de beslissing tot opzeg betekend werd.
De betaling van de premies zal stopgezet worden en de uitkeringen worden in verhouding verminderd. De rechten van de aangeslotenen zullen berekend worden zoals bij een beëindiging van de arbeidsovereenkomst van de aangeslotene.
Integrale deelt de opzegging van de overeenkomst en de gevolgen hiervan schriftelijk mee aan de aangeslotenen. 18. Wijziging van de groepsverzekering De inrichter kan mits in acht name van de informatieprocedures opgelegd door de wet, dit reglement wijzigen, of de bijdragen verminderen, onderbreken of schorsen. Iedere wijziging aan het reglement moet het voorwerp uitmaken van een collectieve arbeidsovereenkomst.
Wijzigingen aan het reglement kunnen niet met terugwerkende kracht gebeuren en mogen niet tot gevolg hebben dat de hele of een gedeelte van de premies teruggestort wordt aan de onderneming of de inrichter, noch dat de verworven reserve die voor iedere aangeslotene voorzien was op het ogenblik van de aanpassing zou verminderen.
In geval van een wijziging van de pensioenbelofte ten gevolge van een aanpassing van de actualisatieregels, moet de verworven reserve na de wijziging minstens gelijk zijn aan deze die bestond op het ogenblik van de wijziging.
De wijziging wordt vastgelegd in een bijlage aan het reglement, die van kracht wordt op de in de bijlage voorziene ingangsdatum, voorzover zij door de inrichter en integrale ondertekend werd.
De inrichter dient een kopie van de bijlage van wijziging aan iedere aangeslotene die het aanvraagt over te maken. De inrichter kan deze informatie ook elektronisch versturen. Hij kan hiervoor ook mandaat geven aan een derde. 19. Overdracht van de groepsverzekering De groepsverzekering kan afgekocht worden door de inrichter met het oog op een overdracht van wiskundige reserves naar een andere pensioeninstelling die het pensioenstelsel uitvoert. Het financieringsfonds wordt met de reserves mee overgedragen, tenzij de inrichter beslist om de tegoeden te verdelen over de contracten van de aangeslotenen. In dat geval worden de tegoeden proportioneel verdeeld in verhouding tot de individuele reserves van de aangeslotenen.
Er wordt geen enkele inhouding verricht op de over te dragen verworven reserves met inbegrip van de verworven winstdelingen. Er wordt enkel een wachttijd voorzien tussen de aanvraag van overdracht van de reserves en de daadwerkelijke overdracht. Deze vaste wachttijd bedraagt : - 0 maanden voor een bedrag van 1,5 miljoen EUR; - 3 maanden voor het gedeelte tussen 1,5 miljoen EUR en 2,5 miljoen EUR; - 6 maanden voor het gedeelte tussen 2,5 miljoen EUR en 6 miljoen EUR; - 9 maanden voor het gedeelte tussen 6 miljoen EUR en 12 miljoen EUR;
Indien het bedrag van de over te dragen reserves meer bedraagt dan 12 miljoen EUR dient er een akkoord te bestaan tussen de inrichter en integrale over de modaliteiten van de overdracht. Er ken een uittredings- en liquidatievergoeding ten laste gelegd worden van de inrichter. Zij houdt rekening met de samenstelling van de dekkingswaarden van de wiskundige reserve, en per categorie ervan met het verschil tussen het marktrendement op het ogenblik van de overdracht en het rendement van die waarden in functie van hun beleggingsduur, evenals met de aan de overdracht verbonden kosten.
Deze bedragen zijn gekoppeld aan de gezondheidsindex. Ze worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de index die van kracht was tijdens de voorgaande maand december ten opzichte van het indexcijfer van kracht in december 2000.
De feitelijke overdracht wordt onderworpen aan de voorafgaande toestemming van de Commissie van het bank-, financie- en assurantiewezen, die zich hiertegen kan verzetten indien het financiële evenwicht van integrale zou bedreigd worden. 20. Failliet, stopzetting van de activiteiten of ontbinding van de onderneming In geval van failliet, stopzetting van activiteiten of ontbinding van de onderneming wordt de betaling van de premies stopgezet met ingang op de datum van dit gebeuren en de uitkeringen worden in verhouding verminderd.Tenzij de verworven reserves overgedragen worden naar een andere pensioeninstelling, worden de door de aangeslotene verworven reserves, wat betreft het sectorale pensioenstelsel, op individuele contracten beheerd, en zullen dezelfde regels toegepast worden als deze voorzien in artikel 11 dat handelt over het vertrek van de aangeslotene vóór de einddatum. De rechten van de aangeslotene zullen berekend worden zoals bij een vervroegde uittreding van de aangeslotene.
Indien er onbetaalde premies zijn op het moment van het gebeuren, zal integrale een schuldvordering indienen. De aangeslotene zal zich eventueel tegen de onderneming kunnen keren in het geval dat de premies onbetaald blijven. Integrale kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor het aanzuiveren van het tekort in plaats van de onderneming.
Integrale stelt de aangeslotene schriftelijk op de hoogte van de premievrijstelling en de gevolgen hiervan. 21. Het financieringsfonds Samen met het sectorale pensioenstelsel wordt er een financieringsfonds opgericht. 21.1. Inkomsten van het financieringsfonds Het fonds kan worden gefinancierd door : - de eventuele voorlopige premies; - de eventuele afkoopwaarden van de aangeslotenen die, wanneer ze de einddatum bereiken, niet voldoen aan de voorwaarde van één jaar aansluiting zoals bepaald in artikel 11; - niet-uitgekeerde kapitalen overlijden; - eventuele stortingen van de onderneming om op basis van een financieringsplan, verwachte toekomstige lasten te financieren; - de winstverdeling die integrale toekent. 21.2. Bestemming van het financieringsfonds Het financieringsfonds kan gebruikt worden : - om de eventuele definitieve pensioentoelagen te betalen; - om patronale bijdragen van de onderneming te betalen; - om een aanvulling van de uitkeringen te financieren; - om achterstallige patronale bijdragen te betalen; - om de lopende renten te verhogen. 21.3. Eigendom en beheer van het financieringsfonds Het fonds dient enkel voor financieren van het sectorale pensioenstelsel en de tegoeden van het fonds mogen nooit, zelfs niet gedeeltelijk, teruggestort worden noch aan de onderneming noch aan de inrichter.
Het fonds is in handen van en wordt beheerd door integrale en ontvangt hetzelfde globaal rendement (prorata temporis), dat aan de wiskundige reserves toegekend wordt. 21.4. Vereffening van het financieringsfonds Wanneer de groepsverzekering beëindigd wordt, onder het financieringsfonds daarna verdeeld onder de aangeslotenen, rekening houdend met de bepalingen van het koninklijk besluit betreffende de levensverzekeringsactiviteit. 22. Koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de toekenning van extralegale voordelen aan werknemers en aan bedrijfsleiders De bepalingen voorzien in het voormelde koninklijk besluit van 14 november 2003 zijn van toepassing op deze algemene voorwaarden.23. Verdeling van het resultaat van integrale De contracten delen in het resultaat in overeenstemming met de bepalingen van het voormelde koninklijk besluit van 14 november 2003. 23.1. Uitkering bij leven Jaarlijks op 1 juli verdeelt integrale de voorziening voor winstdeling en ristorno's onder de aangeslotenen en de renteniers.
Aan iedere aangeslotene en rentenier wordt een gedeelte van deze voorziening uitgekeerd, in verhouding tot het aandeel van de opgebouwde wiskundige reserve van hun contract in verhouding tot het totaal van de wiskundige reserves. 23.2. Uitkering bij overlijden Jaarlijks stelt integrale in functie van het resultaat vast met welk percentage de voorziene prestaties in geval van overlijden verhoogd zullen worden 24. Geschillen en toepasselijk recht Op het reglement van de groepsverzekering en de ermee verbind houdende contracten is het Belgische recht van toepassing. De geschillen tussen de partijen in verband ermee behoren tot de bevoegdheid van de Belgische rechtbanken.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 september 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN