gepubliceerd op 26 oktober 2005
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, betreffende het protocolakkoord voor de jaren 2003-2004
23 SEPTEMBER 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, betreffende het protocolakkoord voor de jaren 2003-2004 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, betreffende het protocolakkoord voor de jaren 2003-2004.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 september 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003 Protocolakkoord voor de jaren 2003-2004 (Overeenkomst geregistreerd op 5 april 2004 onder het nummer 70644/CO/102.09) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is toepasbaar op alle werkgevers, werklieden en werksters die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk. HOOFDSTUK II. - Arbeidstijdverkorting
Art. 2.Met ingang van 1 juli 2003 wordt de arbeidstijd verkort van 36 u. 40 tot 36 u.00 gemiddeld op jaarbasis.
De overgang van 36 u. 40 naar 36 u. 00 zal gebeuren zonder loonverlies, volgens de modaliteiten (zoals een verkorting van de dagelijkse en/of wekelijkse arbeidsduur en/of de toekenning van compensatierustdagen) bepaald op het niveau van de onderneming in functie van de imperatieven inzake optimale organisatie van de productie, op initiatief van de directie en met naleving van de overlegprocedures waarin is voorzien voor de wijziging van de arbeidstijdregelingen. Dit mag geen individuele werkoverlast teweegbrengen.
Art. 3.Impact op de arbeidsorganisatie.
Als de overgang van 36 u 40 naar 36 u 00 gebeurt door de toekenning van compensatiedagen, wordt voor deze dagen een planning opgemaakt.
Deze planning en de organisatie van de arbeidstijdverkorting worden besproken in de ondernemingsraden en, bij gebreke daarvan, met de vakbondsafvaardigingen, zonder uitsluitingsmaatregel over nieuwe aanpassingen van de arbeidstijdregeling.
Art. 4.Impact op de tewerkstelling.
Tijdens de toepassingsduur van de overeenkomst 2003-2004 zal een inspanning voor de tewerkstelling worden geleverd door de ondernemingen die ten minste 100 werklieden tewerkstellen in het Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk, volgens modaliteiten die worden bepaald door specifieke ondernemingsovereenkomsten.
De problemen betreffende het tewerkstellingsvolume in de ondernemingen ingevolge de arbeidstijdverkorting en de problemen betreffende de strikte naleving van de arbeidstijdregelingen zullen worden onderzocht door de Ondernemingsraad. HOOFDSTUK III. - Educatief verlof en vakbondsopleiding
Art. 5.De afwezigheden wegens educatief verlof en vakbondsopleiding worden vooraf bekendgemaakt binnen de wettelijke en conventionele termijnen teneinde de continuïteit van de dienst te waarborgen. HOOFDSTUK IV. - Absenteïsme
Art. 6.De vermindering van het absenteïsme zal paritair als doelstelling worden nagestreefd, met bijzondere aandacht voor de frekwentie van de afwezigheden wegens ziekte en ongeval. HOOFDSTUK V. - Opleiding
Art. 7.De bijdrage van 0,10 pct. voor de risicogroepen zal voor de jaren 2003 en 2004 worden geïnd door het "Sectoraal Paritair Opleidingsfonds".
Dit fonds zal haar activiteiten voortzetten inzake opvolging van de besteding van de geïnde bijdragen en inzake bevordering van de opleiding. HOOFDSTUK VI. - Brugpensioen
Art. 8.a) Leeftijd voor voltijds brugpensioen Het voltijds brugpensioenstelsel voor werknemers van 58 jaar en ouder die ten minste 25 jaar beroepsloopbaan als loontrekkende kunnen bewijzen wordt verlengd tot 30 juni 2005.
In het kader van de wettelijke mogelijkheden wordt het voltijds brugpensioenstelsel voor werknemers van 56 jaar en ouder in 2003 en 2004 die op het einde van hun arbeidsovereenkomst 33 jaar beroepsloopbaan kunnen bewijzen als loontrekkend werknemer, waarvan 20 jaar in een ploegenstelsel met nachtprestaties, zoals bepaald in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van de Nationale Arbeidsraad van 23 maart 1990, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990, verlengd tot 31 december 2004. b) Tijdskrediet en voltijds brugpensioen Voor de berekening van de aanvullende vergoeding voor voltijds brugpensioen wordt het halftijds tijdskrediet gelijkgesteld met een voltijdse tewerkstelling wat de werknemers betreft die minimaal 15 jaar in de onderneming tewerkgesteld zijn geweest in een voltijds arbeidsstelsel en die hun prestaties voor de eerste keer verminderen na 50 jaar ten vroegste 5 jaar voor de leeftijd van voltijds brugpensioen.c) Halftijds brugpensioen In het kader van de wettelijke mogelijkheden wordt het halftijds brugpensioenstelsel voor werknemers van 55 jaar en ouder die 25 jaar beroepsloopbaan als loontrekkende kunnen bewijzen tijdens de periode die gedekt is door deze overeenkomst, verlengd tot 31 december 2004. Dit stelsel zal echter slechts toepasbaar zijn in de ondernemingen waarin organisatieregels (variabele uurroosters, aanstelling voor andere functies, behoud van het basisloon, vervanging van afwezigen,...) werden bepaald. HOOFDSTUK VII. - Verlenging van de basisovereenkomst
Art. 9.De bepalingen opgenomen in de basiscollectieve overeenkomst van 21 juni 2001, die niet specifiek zijn voor 2001-2002 en niet gewijzigd door deze overeenkomst, worden verlengd onder dezelfde voorwaarden tot 31 december 2004, met uitzondering van artikel 70 van deze overeenkomst die werd gesloten voor onbepaalde tijd. HOOFDSTUK VIII. - Duur van het akkoord
Art. 10.Deze collectieve overeenkomst wordt gesloten voor een duur van twee jaar, van 1 januari 2003 tot 31 december 2004, met uitzondering van artikel 8, a), 1ste lid dat zal ophouden van kracht te zijn op 30 juni 2005.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 september 2005.
De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE