23 JUNI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, betreffende de solidarisering van de vergoeding voor mechanische gereedschappen (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de bosontginningen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003, gesloten in het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, betreffende de solidarisering van de vergoeding voor mechanische gereedschappen.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 juni 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de bosontginningen Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 oktober 2003 Solidarisering van de vergoeding voor mechanische gereedschappen (Overeenkomst geregistreerd op 8 januari 2004 onder het nummer 69198/CO/125.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werklieden die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de bosontginningen.

Met "werklieden" bedoelt men : de werklieden en werksters.

Met "Bosuitbatingsfonds" bedoelt men : het "Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen". HOOFDSTUK II. - Juridisch kader

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in het kader van artikel 3, § 1, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 oktober 1996 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, "Fonds voor bestaanszekerheid van de bosontginningen" genaamd, en tot vaststelling van zijn statuten en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2003. HOOFDSTUK III. - Toekenningsvoorwaarden

Art. 3.Er wordt een vergoeding mechanische gereedschappen toegekend, die een forfaitaire terugbetaling is van de gereedschapskosten die de werknemer heeft gemaakt in het kader van de uitoefening van zijn beroep.

Art. 4.§ 1. Om recht te hebben op de vergoeding voor mechanische gereedschappen, moet de arbeider tijdens het referentiejaar (kalenderjaar die voorafgaat aan het toekenningsjaar) lonen tegen 108 pct. hebben verdiend.

Het bedrag van deze lonen aan 108 pct., wordt voor het kalenderjaar 2002 vastgelegd op 10.000 EUR. Dit bedrag wordt gekoppeld aan de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen.

Het bedrag wordt vermenigvuldigd met het indexcijfer van de maand januari van het toekenningsjaar en gedeeld door het indexcijfer van de maand januari van het referentiejaar.

Het bekomen bedrag wordt tot de hogere euro afgerond. § 2. Voor de berekening van het in paragraaf l bedoelde loon wordt rekening gehouden met de dagen van ziekte en ongeval. HOOFDSTUK IV. - Bedrag van de vergoeding voor mechanische gereedschappen

Art. 5.Vanaf het toekenningsjaar 2003 (lonen 2002) wordt het bedrag van de vergoeding vastgesteld op 13,725 pct. van de brutolonen aan 108 pct. die de arbeider heeft ontvangen tijdens het referentiejaar. HOOFDSTUK V. - Tijdstip van uitbetaling

Art. 6.De vergoeding voor mechanische gereedschappen wordt uitbetaald in de loop van de maand december van het toekenningsjaar. HOOFDSTUK VI. - Geldigheidsduur

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2003 en is gesloten voor onbepaalde duur. Vanaf haar inwerkingtreding vervangt zij de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 november 1997, geregistreerd op 29 februari 1998 onder het nr. 47065/CO/125.01 (koninklijk besluit van 10 augustus 1998).

Zij kan worden opgezegd door iedere ondergetekende partij mits betekening aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de bosontginningen, per aangetekende brief, van een opzeggingstermijn van drie maanden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 juni 2004.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE