Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 juni 1998
gepubliceerd op 23 juli 1998

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen, betreffende de toekenning van een recht op beroepsloopbaanonderbreking

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1998012498
pub.
23/07/1998
prom.
23/06/1998
ELI
eli/besluit/1998/06/23/1998012498/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 JUNI 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen, betreffende de toekenning van een recht op beroepsloopbaanonderbreking (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen, betreffende de toekenning van een recht op beroepsloopbaanonderbreking.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 juni 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juni 1997 Toekenning van een recht op beroepsloopbaanonderbreking (Overeenkomst geregistreerd op 19 september 1997 onder het nummer 45268/CO/138) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters, hierna "werklieden" genoemd, van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen ressorteren.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen en het koninklijk besluit van 24 februari 1997 houdende nadere voorwaarden tot de tewerkstellingsakkoorden in toepassing van de artikelen 7, § 2, 30, § 2 en 33 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen. HOOFDSTUK II. - Recht op beroepsloopbaanonderbreking

Art. 3.§ 1. Met inachtname van § 2 hierna, is deze collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing op de werklieden die zijn tewerkgesteld ter uitvoering van een arbeidsovereenkomst en die zijn bedoeld in artikel 99, eerste lid van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, alsook op de werkgevers die hen tewerkstellen en die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het vervaardigen van en de handel in zakken in jute of in vervangingsmaterialen ressorteren. § 2. Uitgesloten zijn, de werknemers vermeld in het koninklijk besluit van 10 februari 1965 tot aanwijzing van de personen die met een leidende functie of met een vertrouwenspost zijn bekleed in de particuliere sector van 's lands bedrijfsleven, voor de toepassing van de wet betreffende de arbeidsduur.

Art. 4.De in artikel 1 genoemde werklieden hebben het recht de bepalingen van de artikelen 100 en 102 van de voornoemde herstelwet van 22 januari 1985 te genieten, voor zover de desbetreffende onderbrekingsperioden in totaal niet meer bedragen dan 3 jaar, berekend op grond van de loopbaan.

De onderbrekingsperioden mogen worden genomen met een minimum van drie maanden en met een maximum van één jaar; de minimale duur van drie maanden is niet vereist wanneer het om een verlenging gaat.

Art. 5.De organisatieregels worden vastgesteld door de ondernemingsraad overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr 9 van 9 maart 1972 houdende ordening van de in de Nationale Arbeidsraad gesloten nationale akkoorden en collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de ondernemingsraden.

Bij ontstentenis van een ondernemingsraad worden de regels vastgelegd in gemeen overleg tussen de werkgever en de vakbondsafvaardiging van de onderneming of, bij ontstentenis daarvan, in gemeen overleg tussen de werkgever en de betrokken werklieden.

De betrokken werklieden zijn werklieden tewerkgesteld in de technische bedrijfseenheid in de zin van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven. HOOFDSTUK III. - Formaliteiten

Art. 6.§ 1. De werknemer die het voordeel van deze overeenkomst wenst te genieten, brengt twee maanden van tevoren zijn werkgever hiervan op de hoogte.

Hij stelt zijn werkgever in kennis van de datum waarop de onderbreking van de beroepsloopbaan ingaat alsook van de duur van de onderbreking.

De termijn van twee maanden kan in gemeen overleg tussen de werkgever en de werknemer worden verminderd.

Dezelfde procedure geldt wanneer het om een verlenging gaat. § 2. In geval van vermindering van de arbeidsprestaties en overeenkomstig de bepalingen van artikel 11 bis van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, wordt de arbeidsovereenkomst schriftelijk vastgesteld. Deze schriftelijke overeenkomst vermeldt de overeengekomen deeltijdse arbeidsregeling en het overeengekomen werkrooster. HOOFDSTUK IV. - Geldigheidsduur

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur en treedt in werking op 1 januari 1997 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1998.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 juni 1998.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^