22 MAART 2013. - Koninklijk besluit houdende toekenning van vergoedingen aan de gezinnen die deelnemen aan het tijdsbudgetonderzoek

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 4 juli 1962Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/07/1962 pub. 01/02/2007 numac 2006001011 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de openbare statistiek sluiten betreffende de openbare statistiek, artikel 16, gewijzigd bij de wet van 1 augustus 1985;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 augustus 2012;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 17 augustus 2012;

Gelet op het advies 52.650/1 van de Raad van State, gegeven op 21 januari 2013 in toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Bij de geselecteerde huishoudens worden alle huishoudleden van 12 jaar en ouder uitgenodigd om deel te nemen aan het tijdsbestedingsonderzoek. De huishoudleden die erin toegestemd hebben om deel te nemen, zijn gehouden te antwoorden op de vragen uit de gezins- en individuele vragenlijst. Tevens zijn alle personen die deelnemen gehouden gedurende één dag in de week en één weekenddag hun tijdsbesteding te noteren op de door de Algemene Directie Statistiek en Economische informatie bepaalde wijze.

Art. 2.De personen die hebben deelgenomen ontvangen een vergoeding van 15 euro op voorwaarde dat alle vragen werden beantwoord, de tijdsregistratie volledig werd uitgevoerd en de validiteit ervan werd gecontroleerd door de bevoegde diensten van de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie.

Art. 3.Er worden geen vergoedingen uitgekeerd aan personen die onjuiste of ontoereikende antwoorden hebben gegeven.

Art. 4.De vergoedingen voor alle deelgenome personen van een huishouden worden uitbetaald aan de referentiepersoon van het huishouden die de schuldvordering ondertekend heeft en opgestuurd heeft naar de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 6.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 maart 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, J. VANDE LANOTTE