22 JUNI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bepaling van de voorwaarden waarin het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten kan beslissen tot het opzetten van een pilootproject inzake preventie teneinde de verergering van rugaandoeningen te voorkomen

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970, inzonderheid op artikel 6bis, ingevoegd bij de wet van 22 december 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bepaling van de voorwaarden waarin het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten kan beslissen tot het opzetten van een pilootproject inzake preventie teneinde de verergering van rugaandoeningen te voorkomen, inzonderheid op de artikelen 2, 1° en 3;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten van 14 december 2005;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 februari 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 20 april 2006;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat, met het oog op de verwerving van bijkomende ervaring en het garanderen van het welslagen van het pilootproject, het van belang is dat dit laatste verlengd wordt;

Overwegende dat ten aanzien van het pilootproject zo snel mogelijk in een reglementaire basis moet worden voorzien, gezien de rechtsonzekerheid voorvloeiend uit het feit dat het oorspronkelijke koninklijk besluit van 16 juli 2004 op juridisch vlak een einde heeft genomen;

Overwegende dat het ook absoluut noodzakelijk is de potentiële rechthebbenden en hun werkgevers zo snel mogelijk te informeren van deze verlenging;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 2, 1°, van het koninklijk besluit van 16 juli 2004 tot bepaling van de voorwaarden waarin het Beheerscomité van het Fonds voor de beroepsziekten kan beslissen tot het opzetten van een pilootproject inzake preventie teneinde de verergering van rugaandoeningen te voorkomen wordt vervangen als volgt: « 1° het pilootproject richt zich tot de personen die onder de toepassing van de wetten betreffende de schadeloosstelling voor beroepsziekten, gecoördineerd op 3 juni 1970 vallen en die tewerkgesteld zijn in een ziekenhuis, een psychiatrische ziekenhuis, een rust- en verzorgingstehuis, een rusthuis of in de diensten van de thuisverzorging; ».

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgende lid : « In afwijking op het eerste lid, wordt het pilootproject aangevat in de loop van het jaar 2005 verlengd tot 28 februari 2007. »

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 maart 2006.

Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 juni 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, R. DEMOTTE De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN