22 JUNI 1998. - Koninklijk besluit houdende vereenvoudiging van de loopbanen van de ambtenaren van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 mei 1996;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 oktober 1996;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 september 1994 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen die behoren tot de niveaus 2, 3 en 4;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 april 1995 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen die behoren tot de niveaus 1 en 2+, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 juni 1996 en 4 oktober 1996;

Gelet op het advies van de Directieraad van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur van 12 en 27 december 1995;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 25 september 1997;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 17 november 1997;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 17 november 1997;

Gelet op het protocol van 6 mei 1998 waarin de conclusies van de onderhandeling binnen het Sectorcomité VI "Verkeer en Infrastructuur" worden vermeld;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het van belang is, ingevolge de vereenvoudiging van de loopbaanstructuren, onverwijld over te gaan tot de vaststelling van de rangen en graadbenamingen van de bijzondere graden van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur;

Op de voordracht van Onze Minister van Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Organieke bepalingen

Artikel 1.§ 1. Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden de volgende graden opgericht : in rang 29 : zeevaartinspecteur in rang 29 : zendingsgelastigde in rang 29 : waterschout in rang 28 : hoofdcontroleur (Luchtvaart) in rang 28 : adjunct-waterschout in rang 27 : verificateur-boekhouding 1e klasse in rang 26 : eerste controleur (Luchtvaart) in rang 26 : verificateur-boekhouding in rang 22 : hoofdcontroleur (Vervoer te Land) in rang 22 : eerste luitenant der zeevaartpolitie in rang 22 : luitenant der zeevaartpolitie in rang 22 : vliegtuigbestuurder in rang 22 : hoofdscheepsmeter in rang 20 : scheepsmeter in rang 20 : controleur (Vervoer te land) in rang 20 : agent der zeevaartpolitie in rang 32 : hoofdwerktuigkundige (Luchtvaart) in rang 30 : wegbrigadier in rang 30 : werktuigkundige (Luchtvaart) § 2. Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden de volgende graden opgericht : in rang 13 : hoofdzeevaartinspecteur (dek) in rang 10 : inspecteur (Luchtvaart) in rang 10 : waterschout in rang 10 : zendingsgelastigde in rang 10 : zeevaartinspecteur (dek) in rang 28 : zeevaartinspecteur (machines) in rang 28: hoofdscheepvaartdeskundige in rang 28 : eerstaanwezend controleur (Luchtvaart) in rang 26: scheepvaartdeskundige in rang 26 : controleur (Luchtvaart) in rang 26: agent-technicus der zeevaartpolitie in rang 26: officier-werktuigkundige A in rang 20 : adjunct-controleur (Luchtvaart)

Art. 2.§ 1. Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden de volgende graden geschrapt : in rang 24 : organisatiemonitor 1e klasse in rang 24 : eerste hydrografisch assistent (afgeschafte graad) in rang 24 : eerste scheikundige in rang 22 : administratief adjunct in rang 22 : eerste technisch opsteller in rang 22 : eerste tekenaar (Luchtvaart) in rang 22 : scheikundige in rang 22 : publiciteitstechnicus (afgeschafte graad) in rang 21 : eerste technisch helper (afgeschafte graad) in rang 21 : administratief adjunct 2e klasse (afgeschafte graad) in rang 20 : technisch opsteller in rang 20 : technisch beambte scheikundige in rang 34 : voorman-technicus (Verkeerswezen) in rang 32 : eerste technicus (Verkeerswezen) in rang 32 : werkopzichter (afgeschafte graad) in rang 30 : schipper in rang 30 : technicus (Verkeerswezen) in rang 30 : precisiewerkman D in rang 44 : eerste vakman A in rang 43 : eerste werkman (Verkeerswezen) in rang 43 : eerste vakman in rang 42 : geschoold werkman B in rang 42 : werkman (Verkeerswezen) in rang 42 : geschoold werkman C voor scheepswerk in rang 41 : geschoold werkman A in rang 40 : hulparbeider B in rang 40 : hulpwerkman (Verkeerswezen) § 2. Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden de volgende graden geschrapt : in rang 25 : zendingsgelastigde in rang 25 : zeevaartinspecteur in rang 25 : waterschout in rang 25 : hoofdvliegtuigbestuurder in rang 25 : vliegtuigbestuurder in rang 24 : adjunct- waterschout in rang 24 : adjunct-inspecteur 1e klasse in rang 24 : eerste luitenant der zeevaartpolitie in rang 24 : hoofdscheepsmeter in rang 24 : hoofdcontroleur (Luchtvaart) in rang 23 : luitenant der zeevaartpolitie in rang 23 : verificateur-boekhouding 1e klasse in rang 22 : adjunct-inspecteur 2e klasse in rang 22 : eerste scheepsmeter in rang 22 : eerste controleur (Luchtvaart) in rang 22 : brigadier der zeevaartpolitie in rang 22 : verificateur-boekhouding in rang 20 : agent der zeevaartpolitie in rang 20 : scheepsmeter in rang 34 : speciaal controleur A in rang 34 : speciaal controleur in rang 34 : voorman-technicus (Luchtvaart) in rang 32 : speciaal adjunct-controleur in rang 32 : eerste technicus (Luchtvaart) in rang 30 : technicus (Luchtvaart) § 3. Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden de volgende graden geschrapt : in rang 15 : inspecteur-generaal van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 13 : rechtskundig adviseur in rang 13 : hoofdingenieur-directeur van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 12 : adjunct-adviseur-hoofd van dienst in rang 12 : eerstaanwezend ingenieur van bruggen en wegen-hoofd van dienst (afgeschafte graad) in rang 12 : eerstaanwezend inspecteur-hoofd van dienst in rang 11 : eerste waterschout in rang 11 : adjunct-rechtskundig adviseur in rang 11 : eerstaanwezend ingenieur van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 11 : eerstaanwezend inspecteur in rang 10 : ingenieur van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 10 : inspecteur in rang 29 : zendingsgelastigde in rang 29 : waterschout in rang 29 : zeevaartinspecteur in rang 28 : hoofdcontroleur (Luchtvaart) in rang 28 : adjunct-waterschout in rang 27 : verificateur-boekhouding 1e klasse in rang 26 : eerste controleur (Luchtvaart) in rang 26 : verificateur-boekhouding in rang 20 : controleur (Luchtvaart)

Art. 3.Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur wordt de graad van adjunct-controleur (Luchtvaart) afgeschaft na toepassing van artikel 6, § 3, en wordt de graad van officier-werktuigkundige A afgeschaft na de benoeming tot deze graad bij wege van de ambtshalve mobiliteit van de titularissen van de graad van officier-werktuigkundige A bij de Regie voor Maritiem Transport.

Art. 4.§ 1. In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", de volgende graden ingevoegd :

in rang 29 : zeevaartinspecteur in rang 29 : zendingsgelastigde in rang 29 : waterschout in rang 28 : hoofdcontroleur (Luchtvaart) in rang 28 : adjunct-waterschout in rang 27 : verificateur-boekhouding 1e klasse in rang 26 : eerste controleur (Luchtvaart) in rang 26 : verificateur-boekhouding in rang 22 : hoofdcontroleur (Vervoer te Land) in rang 22 : eerste luitenant der zeevaartpolitie in rang 22 : luitenant der zeevaartpolitie in rang 22 : vliegtuigbestuurder in rang 22 : hoofdscheepsmeter in rang 20 : scheepsmeter in rang 20 : controleur (Vervoer te land) in rang 20 : agent der zeevaartpolitie in rang 30 : wegbrigadier In dezelfde tabel worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", de volgende graden ingevoegd : in rang 32 : hoofdwerktuigkundige (Luchtvaart) in rang 30 : werktuigkundige (Luchtvaart) § 2. In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", de volgende graden ingevoegd :

in rang 13 : hoofdzeevaartinspecteur (dek) in rang 10 : inspecteur (Luchtvaart) in rang 10 : waterschout in rang 10 : zendingsgelastigde in rang 10 : zeevaartinspecteur (dek) in rang 28 : zeevaartinspecteur (machines) in rang 28 : hoofdscheepvaartdeskundige in rang 28 : eerstaanwezend controleur (Luchtvaart) in rang 26 : scheepvaartdeskundige in rang 26 : agent-technicus der zeevaartpolitie in rang 26: officier-werktuigkundige A in rang 26 : controleur (Luchtvaart) in rang 20 : adjunct-controleur (Luchtvaart)

Art. 5.§ 1. In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", de volgende graden ingevoegd

onder de rubriek "geschrapte graden" : in rang 24 : organisatiemonitor 1e klasse in rang 24 : eerste hydrografisch assistent (afgeschafte graad) in rang 24 : eerste scheikundige in rang 22 : administratief adjunct in rang 22 : eerste technisch opsteller in rang 22 : scheikundige in rang 22 : publiciteitstechnicus (afgeschafte graad) in rang 22 : eerste tekenaar (Luchtvaart) in rang 21 : eerste technisch helper (afgeschafte graad) in rang 21 : administratief adjunct 2e klasse (afgeschafte graad) in rang 20 : technisch opsteller in rang 20 : technisch beambte scheikundige In dezelfde tabel en onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", worden de volgende graden ingevoegd onder de rubriek "geschrapte graden" : in rang 34 : voorman-technicus (Verkeerswezen) in rang 32 : eerste technicus (Verkeerswezen) in rang 32 : werkopzichter (afgeschafte graad) in rang 30 : technicus (Verkeerswezen) in rang 30 : schipper in rang 30 : precisiewerkman D in rang 44 : eerste vakman A in rang 43 : eerste werkman (Verkeerswezen) in rang 43 : eerste vakman in rang 42 : geschoold werkman B in rang 42 : werkman (Verkeerswezen) in rang 42 : geschoold werkman C voor scheepswerk in rang 41 : geschoold werkman A in rang 40 : hulparbeider B in rang 40 : hulpwerkman (Verkeerswezen) § 2. In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", de volgende graden ingevoegd

onder de rubriek "geschrapte graden" : in rang 25 : zendingsgelastigde in rang 25 : zeevaartinspecteur in rang 25 : waterschout in rang 25 : hoofdvliegtuigbestuurder in rang 25 : vliegtuigbestuurder in rang 24 : adjunct- waterschout in rang 24 : adjunct-inspecteur 1e klasse in rang 24 : eerste luitenant der zeevaartpolitie in rang 24 : hoofdscheepsmeter in rang 24 : hoofdcontroleur (Luchtvaart) in rang 23 : luitenant der zeevaartpolitie in rang 23 : verificateur-boekhouding 1e klasse in rang 22 : adjunct-inspecteur 2e klasse in rang 22 : eerste scheepsmeter in rang 22 : eerste controleur (Luchtvaart) in rang 22 : brigadier der zeevaartpolitie in rang 22 : verificateur-boekhouding in rang 20 : agent der zeevaartpolitie in rang 20 : scheepsmeter in rang 34 : speciaal controleur A in rang 34 : speciaal controleur in rang 32 : speciaal adjunct-controleur In dezelfde tabel en onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling C, Meesters-, Vak- en Dienstpersoneel", worden de volgende graden ingevoegd onder de rubriek "geschrapte graden" : in rang 34 : voorman-technicus (Luchtvaart) in rang 32 : eerste technicus (Luchtvaart) in rang 30 : technicus (Luchtvaart) § 3. In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, worden onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", de volgende graden ingevoegd

onder de rubriek "geschrapte graden" : in rang 15 : inspecteur-generaal van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 13 : rechtskundig adviseur in rang 13 : hoofdingenieur-directeur van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 12 : adjunct-adviseur-hoofd van dienst in rang 12 : eerstaanwezend ingenieur van bruggen en wegen-hoofd van dienst (afgeschafte graad) in rang 12 : eerstaanwezend inspecteur-hoofd van dienst in rang 11 : eerste waterschout in rang 11 : adjunct-rechtskundig adviseur in rang 11 : eerstaanwezend ingenieur van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 11 : eerstaanwezend inspecteur in rang 10 : ingenieur van bruggen en wegen (afgeschafte graad) in rang 10 : inspecteur in rang 29 : zendingsgelastigde in rang 29 : waterschout in rang 29 : zeevaartinspecteur in rang 28 : hoofdcontroleur (Luchtvaart) in rang 28 : adjunct-waterschout in rang 27 : verificateur-boekhouding 1e klasse in rang 26 : eerste controleur (Luchtvaart) in rang 26 : verificateur-boekhouding in rang 20 : controleur (Luchtvaart) In dezelfde tabel en onder dezelfde opschriften wordt de volgende graad ingevoegd onder de rubriek "afgeschafte graden" : in rang 20 : adjunct-controleur (Luchtvaart) in rang 26 : officier-werktuigkundige A HOOFDSTUK II. - Overgangsbepalingen

Art. 6.§ 1. De ambtenaren die titularis zijn van één van de graden opgenomen in de linkerkolom, worden ambtshalve benoemd tot de graad die tegenover elk van hen vermeld is in de rechterkolom : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld In afwijking van § 2 van onderhavig artikel worden de ambtenaren titularis van de graad van adjunct-inspecteur 1e klasse, tewerkgesteld bij het Algemeen Secretariaat, het Bestuur van de Maritieme Zaken en van de Scheepvaart en het Bestuur van de Verkeersreglementering en Infrastructuur met uitzondering van de Dienst Wegveiligheid, ambtshalve benoemd tot de graad van bestuurschef.

In afwijking van § 2 van onderhavig artikel worden de ambtenaren titularis van de graad van speciaal controleur, tewerkgesteld bij het Bestuur van de Maritieme Zaken en van de Scheepvaart, ambtshalve benoemd tot de graad van klerk.

De ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot een graad van de niveaus 4, 3 en 2 behouden in hun nieuwe graad de graadanciënniteit verkregen in de graad waarvan zij titularis waren.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot een graad van rang 22, worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in een graad van rang 24 geacht verricht te zijn in de graad van rang 22.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die in een graad van rang 20 worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 22, 21 en 20 geacht verricht te zijn in de graad van rang 20.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die in een graad van rang 30 worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 34, 33, 32 en 30 geacht verricht te zijn in de graad van rang 30.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die in de graad van beambte (rang 42) worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 44, 43, 42, 41 en 40 geacht verricht te zijn in de graad van beambte (rang 42).

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die in de graad van geschoold arbeider (rang 42) worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 44, 43 en 42 geacht verricht te zijn in de graad van de rang 42.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die in de graad van arbeider (rang 40) worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van rang 41 en 40 geacht verricht te zijn in de graad van de rang 40.

De door deze ambtenaren verkregen weddeanciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal. § 2. De ambtenaren die titularis zijn van één van de graden opgenomen in de linkerkolom, worden ambtshalve benoemd tot de graad die tegenover elk van hen vermeld is in de rechterkolom : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld De ambtenaren die titularis zijn van de graden van inspecteur, eerstaanwezend inspecteur en eerstaanwezend inspecteur-hoofd van dienst en die op 31 juli 1995 niet tewerkgesteld zijn bij het Bestuur van de Luchtvaart, worden ambtshalve benoemd respectievelijk tot de graden van bestuurssecretaris, adjunct-adviseur en adjunct-adviseur-hoofd van dienst. Deze ambtenaren behouden in hun nieuwe graad de graadanciënniteit verkregen in de graad waarvan zij titularis waren.

De ambtenaren van niveau 2 die ambtshalve benoemd worden tot een graad van niveau 2+ behouden in hun nieuwe graad de graadanciënniteit verkregen in de graad waarvan zij titularis waren. Deze ambtenaren behouden in niveau 2+ de niveauanciënniteit verkregen in niveau 2.

De ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot een graad van de niveaus 3 en 2 behouden in hun nieuwe graad de graadanciënniteit verkregen in de graad waarvan zij titularis waren.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot een graad van rang 22 en die niet bedoeld zijn in het zesde en zevende lid van onderhavige paragraaf, worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in een graad van rang 24 geacht verricht te zijn in de graad van rang 22.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot de graad van vliegtuigbestuurder (rang 22), worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in de graden van hoofdvliegtuigbestuurder (rang 25) en vliegtuigbestuurder (rang 25) geacht verricht te zijn in de graad van vliegtuigbestuurder (rang 22).

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot de graad van luitenant der zeevaartpolitie (rang 22), worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in de graad van luitenant der zeevaartpolitie (rang 23) geacht verricht te zijn in de graad van luitenant der zeevaartpolitie (rang 22). Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die in een graad van rang 20 worden benoemd, worden de in aanmerking komende diensten die gepresteerd zijn in een graad van de rangen 22, 21 en 20 geacht verricht te zijn in de graad van rang 20.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot een graad van rang 30 en die niet bedoeld zijn in het tiende lid van onderhavige paragraaf, worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in een graad van de rangen 34, 33, 32 en 30 geacht verricht te zijn in de graad van rang 30.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot de graad van wegbrigadier (rang 30), worden enkel de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in de graden van speciaal controleur A (rang 34), speciaal controleur (rang 34) en speciaal adjunct-controleur (rang 32) geacht verricht te zijn in de graad van wegbrigadier (rang 30). De door deze ambtenaren verkregen weddeanciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal. § 3. De ambtenaren die titularis zijn van één van de graden opgenomen in de linkerkolom, worden ambtshalve benoemd tot de graad die tegenover elk van hen vermeld is in de rechterkolom : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld In afwijking van artikel 20, § 1, van het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden en de loopbaan van sommige personeelsleden van de rijksbesturen worden de ambtenaren titularis van de graden van inspecteur, eerstaanwezend inspecteur en eerstaanwezend inspecteur-hoofd van dienst tewerkgesteld bij het Bestuur van de Luchtvaart op 31 juli 1995, ambtshalve benoemd in de graad van inspecteur (Luchtvaart).

De ambtenaren van niveau 1 die ambtshalve benoemd worden tot een graad van niveau 1 behouden in hun nieuwe graad de graadanciënniteit verkregen in de graad waarvan zij titularis waren.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot een graad van rang 13, worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in een graad van de rangen 14 en 13 geacht verricht te zijn in de graad van rang 13.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot een graad van rang 10, worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in een graad van de rangen 12, 11 en 10 geacht verricht te zijn in de graad van rang 10.

De ambtenaren van niveau 2+ die ambtshalve benoemd worden tot een graad van niveau 2+ behouden in hun nieuwe graad de graadanciënniteit verworven in de graad waarvan zij titularis waren.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot de graad van zeevaartinspecteur (machines) (rang 28), worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in de graad van zeevaartinspecteur (rang 25) en zeevaartinspecteur (rang 29) geacht verricht te zijn in de graad van rang 28.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot de graad van eerstaanwezend controleur (Luchtvaart) (rang 28), worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in de graden van hoofdcontroleur (Luchvaart) (rang 24) en hoofdcontroleur (Luchtvaart) (rang 28) geacht verricht te zijn in de graad van rang 28.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot de graad van controleur (Luchtvaart) (rang 26) worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in de graden van eerste controleur (Luchtvaart) (rang 22) en eerste controleur (Luchtvaart) (rang 26) geacht verricht te zijn in de graad van rang 26.

Voor de berekening van de graadanciënniteit van de ambtenaren die ambtshalve benoemd worden tot de graad van boekhouder (rang 26) worden de in aanmerking komende diensten die verricht zijn in de graden van verificateur-boekhouding (rang 22), verificateur-boekhouding (rang 26), verificateur-boekhouding eerste klasse (rang 23) en verificateur-boekhouding eerste klasse (rang 27) geacht verricht te zijn in de graad van rang 26.

De ambtenaren titularis van de graad controleur (Luchtvaart) (rang 20) die ambtshalve benoemd worden tot de graad van adjunct-controleur (Luchtvaart) (rang 20) behouden in hun nieuwe graad de graadanciënniteit verkregen in de graad waarvan zij titularis waren.

De door deze ambtenaren verkregen weddeanciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddeschaal. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op de datum van inwerkingtreding van de personeelsformatie van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur die de nieuwe loopbanen integreert welke verbonden zijn met de niveaus 1 en 2+, met uitzondering van de artikelen 2, § 1, 5, § 1, en 6, § 1, die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 1994, met uitzondering van de artikelen 1, § 1, 2, § 2, 4, § 1, 5, § 2, en 6, § 2, die uitwerking hebben met ingang van 1 augustus 1995.

Art. 8.Onze Minister van Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 juni 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Vervoer, M. DAERDEN