22 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 juni 1998 houdende vereenvoudiging van de loopbanen van de ambtenaren van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 november 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 april 1995;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 juni 1998 houdende vereenvoudiging van de loopbanen van de ambtenaren van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 maart 1999;

Gelet op het advies van de Directieraad van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur van 13 maart 2001;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 februari 2001;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 22 mei 2001;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van 9 april 2001;

Gelet op het protocol nr. 2001/6 van 17 oktober 2001 waarin de conclusies van de onderhandeling binnen het Sectorcomité VI "Verkeer en Infrastructuur", worden vermeld;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het noodzakelijk is, ingevolge de opwaardering van de loopbaan van de wegbrigadiers van niveau 3 naar niveau 2 en de schrapping van de graad van zendingsgelastigde in de personeelsformatie van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur, onverwijld over te gaan tot de wijziging van de rangen en de graadbenamingen van sommige bijzondere graden van dit Ministerie;

Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 22 juni 1998 houdende vereenvoudiging van de loopbanen van de ambtenaren van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 maart 1999, wordt aangevuld als volgt : « § 5. Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur wordt de volgende graad geschrapt : in rang 10 : zendingsgelastigde. »

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit, waarvan de bestaande tekst § 1 zal vormen, wordt aangevuld met een § 2, luidend als volgt : « § 2. Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur wordt de graad van wegbrigadier afgeschaft. »

Art. 3.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « § 5. In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de ambtenaren in de Rijksbesturen kunnen titularis zijn, wordt onder het opschrift "I. Alfabetische rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", en onder het opschrift "II. Alfabetische rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief personeel", de volgende graad ingevoegd

onder de rubriek "geschrapte graden" : in rang 10 : zendingsgelastigde. § 6. In dezelfde tabel en onder dezelfde opschriften, wordt de volgende graad ingevoegd onder de rubriek "afgeschafte graden" : in rang 30 : wegbrigadier. »

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand volgend op die gedurende welke het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.

Art. 5.Onze Minister van Mobiliteit en Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 januari 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT