gepubliceerd op 15 juli 2011
Koninklijk besluit betreffende de vorm van de aanvullende vergunning en de wijze waarop de aanvragen voor een aanvullende vergunning moeten worden ingediend en onderzocht inzake kansspelen
21 JUNI 2011. - Koninklijk besluit betreffende de vorm van de aanvullende vergunning en de wijze waarop de aanvragen voor een aanvullende vergunning moeten worden ingediend en onderzocht inzake kansspelen
VERSLAG AAN DE KONING Sire, 1. Inleiding Het huidige ontwerp van koninklijk besluit dat U wordt voorgelegd kadert in de ten uitvoerlegging van de
wet van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
07/05/1999
pub.
30/12/1999
numac
1999010222
bron
ministerie van justitie
Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers
sluiten op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers, hierna de Kansspelwet genoemd. Dit koninklijk besluit dient samen gelezen te worden met het koninklijk besluit betreffende de kwaliteitsvoorwaarden die door de aanvrager van een aanvullende vergunning dienen te worden vervuld.
De bedoeling is voort te bouwen op goed functionerende vergunningsprocedures, zoals reeds eerder uitgewerkt in desbetreffende regelgeving.
Er wordt rekening gehouden met de tekstuele suggesties van de Raad van State. Een aanpassing van de bijlagen is niet nodig aangezien voor elke aanvrager voldoende duidelijk is wat wordt bedoeld. Dit blijkt uit het geheel van de aanvraag dan wel uit de situatie van de aanvrager.
Met betrekking tot de opmerking van de Raad van State aangaande de administratieve vereenvoudiging dient te worden aangegeven dat het noodzakelijk is dat de Kansspelcommissie bepaalde voorwaarden opnieuw controleert. Sommige zaken worden opnieuw gevraagd omdat het tijdstip van de formaliteiten voor een vergunning van een reële wereld veelal niet hetzelfde tijdstip zal zijn als het moment waarop de aanvullende vergunning wordt aangevraagd 2. Artikelsgewijze bespreking Het artikel 1 bepaalt de wijzen van indienen.Bijlage I betreft het modelformulier voor de aanvraag van een aanvullende vergunning.
In artikel 2 wordt nader omschreven welke gegevens moeten worden medegedeeld, alsook de wijzigingen van deze gegevens.
Het artikel 3 voorziet een termijn van zes maanden voor de behandeling van de aanvraag.
Artikel 4 geeft nadere modaliteiten aan inzake kennisgeving en beslissing van de Kansspelcommissie.
In artikel 5 wordt nader bepaald dat het model van vergunning zichtbaar kan worden gemaakt voor de speler zodat deze altijd de mogelijkheid heeft om te zien of de website legaal vergund is. Het vergunningsnummer wordt niet gevraagd voor de natuurlijke personen omdat deze situatie praktisch niet voorkomt en als deze zou voorkomen de kansspelcommissie alsnog de nodige initiatieven kan nemen.
Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars, De Minister van Justitie, S. DE CLERCK De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister voor Ondernemen, V. VAN QUICKENBORNE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. A. TURTELBOOM De Staatssecretaris toegevoegd aan de Minister van Justitie, C. DEVLIES
Advies 49.081/2 van 12 januari 2011 van de afdeling Wetgeving van de Raad van State De Raad van State, afdeling Wetgeving, tweede kamer, op 21 december 2010 door de Staatssecretaris, toegevoegd aan de Minister van Justitie verzocht hem, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit « betreffende de vorm van de aanvullende vergunning en de wijze waarop de aanvragen voor een aanvullende vergunning moeten worden ingediend en onderzocht inzake kansspelen », heeft het volgende advies gegeven : Rekening houdend met het tijdstip waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht op het feit dat, wegens het ontslag van de regering, de bevoegdheid van deze laatste beperkt is tot het afhandelen van de lopende zaken. Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als zij te oordelen heeft of het vaststellen of wijzigen van een verordening noodzakelijk is.
Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/04/2003 pub. 14/05/2003 numac 2003000376 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van sommige aspecten van de wetgeving met betrekking tot de inrichting en de werkwijze van de afdeling wetgeving van de Raad van State type wet prom. 02/04/2003 pub. 16/04/2003 numac 2003000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale Kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, en van het Kieswetboek type wet prom. 02/04/2003 pub. 02/05/2003 numac 2003000309 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en tot regeling van de overdracht van sommige personeelsleden van de Dienst Veiligheid van de Staat op het gebied van de kernenergie sluiten, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.
Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.
Algemene opmerking Het ontwerp is uit taalkundig oogpunt vatbaar voor verbetering. De volgende passages moeten bij wijze van voorbeeld duidelijker en nauwkeuriger geredigeerd kunnen worden : 1° In de Nederlandse lezing van artikel 5 van het ontwerpbesluit moet « De uitgereikte vergunning » worden geschreven.In de Franse lezing schrijve men « La licence délivrée » in plaats van « La demande délivrée ». 2° De Franse lezing van punt A, III, 1, tweede alinea, derde streepje, van bijlage I, dat de gegevens inzake de financiële toestand van de natuurlijke personen betreft, inzonderheid hun inkomsten, moet in overeenstemming worden gebracht met de Nederlandse lezing.3° In punt A, III, 3, van diezelfde bijlage, dat de financiële toestand van de natuurlijke personen betreft, moet de Franse lezing in overeenstemming worden gebracht met de Nederlandse lezing.4° De bedoeling van de steller van het ontwerp zou wellicht beter tot uiting komen indien in punt C, 1, van diezelfde bijlage wordt verwezen naar de geëxploiteerde spelen, veeleer dan naar de ingerichte spelen.5° In punt C, 2, van diezelfde bijlage, dat de bij te voegen documenten betreft, slaan de vijfde en de zesde bullet, waarin respectievelijk sprake is van « de inrichting waar de server zich bevindt en de identificatie van de server(s) waarop de gegevens en de website-inrichting wordt beheerd » en « de naam van de website », niet op een document. Bijzondere opmerkingen Aanhef 1. De rechtsgrond is volgens de aanhef artikel 43/8, § 1, van de wet van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers sluiten op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers.Dit artikel machtigt de Koning niet uitdrukkelijk, in tegenstelling tot artikel 43/7, punt 2, dat de vergunningen klasse F1 en F2 betreft, de wijze te bepalen waarop de aanvragen om een vergunning moeten worden ingediend en onderzocht. De rechtsgrond van het voorliggende ontwerp is bijgevolg de algemene uitvoeringsbevoegdheid die artikel 108 van de Grondwet aan de Koning verleent. Derhalve moet de aanhef worden aangevuld met een eerste lid, waarin wordt verwezen naar artikel 108 van de Grondwet. 2. Het is de Raad van State niet duidelijk waarom de minister bevoegd voor de Nationale Loterij het voorliggende ontwerp zou voordragen en het bijgevolg mede zou ondertekenen en belast zou zijn met de uitvoering ervan. Dispositief Artikel 1 en bijlage I 1. De aanvullende vergunning voor spelen georganiseerd bij wege van een instrument van de informatiemaatschappij kan alleen worden toegekend aan een persoon die reeds houder is van een andere vergunning.Blijkbaar is met deze bijzonderheid geen rekening gehouden in het formulier gevoegd bij het ontwerp, waarin gevraagd wordt inlichtingen die reeds hadden moeten worden meegedeeld bij de toekenning van de vergunning waaraan de aanvullende vergunning verbonden is, opnieuw te bezorgen. Aldus gaat de steller van het ontwerp in tegen het beleid van administratieve vereenvoudiging. Hij wordt verzocht na te gaan of het niet mogelijk is nader rekening te houden met de gegevens waarover de Kansspelcommissie reeds beschikt. 2. Het is de Raad van State niet duidelijk waarom in bijlage I wordt gesteld dat indien de aanvraag door een rechtspersoon wordt ingediend, deze het nummer van de vergunning moet meedelen, een verplichting die niet geldt voor natuurlijke personen.3. In punt A, III, 1, tweede alinea, van bijlage I, dat de inkomsten van de betrokken natuurlijke personen betreft, is sprake van een aanvraag voor een vergunning F1.De steller van het ontwerp wordt verzocht na te gaan of deze vermelding correct is, dan wel of ze moet worden aangevuld met de overige categorieën van vergunningen waaraan een aanvullende vergunning kan aanhaken.
Artikel 7 De uitvoering van het besluit moet gewaarborgd blijven over de wisseling van ministers heen.
In de Franse lezing schrijve men bijgevolg niet « la Ministre », maar « le ministre ».
Bijlage II Artikel 5 van het ontwerp bepaalt dat de vergunning (1) waarvan het model wordt vastgelegd in bijlage II, « zichtbaar kan worden gemaakt voor de speler ». Opdat hij over de nodige dienstige informatie kan beschikken, wordt bijgevolg voorgesteld ook de datum te vermelden waarop de aanvullende vergunning is toegekend, alsook de datum van toekenning en de duur van de vergunning waarbij ze aanhaakt. Zulks is overigens meer in overeenstemming met de overige vergunningen uitgereikt door de Kansspelcommissie, waarop de datum van toekenning en de geldigheidsduur vermeld staan.
De kamer was samengesteld uit : de heren : Y. Kreins, kamervoorzitter, P. Vandernoot, Mevr. M. Baguet, staatsraden, Mevr. B. Vigneron, griffier.
Het verslag werd uitgebracht door de Heer Y. Delval, adjunct-auditeur.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van Mevr. M. Baguet.
De griffier, B. Vigneron.
De voorzitter, Y. Kreins. _______ Nota (1) Zie algemene opmerking 1°. 21 JUNI 2011. - Koninklijk besluit betreffende de vorm van de aanvullende vergunning en de wijze waarop de aanvragen voor een aanvullende vergunning moeten worden ingediend en onderzocht inzake kansspelen ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 108 van de Grondwet;
Gelet op de wet van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/05/1999 pub. 30/12/1999 numac 1999010222 bron ministerie van justitie Wet op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers sluiten op de kansspelen, de weddenschappen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers, artikel 43/8, §1, ingevoegd bij de wet van 10 januari 2010;
Gelet op het advies van de Kansspelcommissie, gegeven op 5 mei 2010;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 november 2010;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, d.d. 15 december 2010;
Gelet op de mededeling aan de Europese Commissie 2010/0802/B, op 23 december 2010, met toepassing van artikel 8, lid 1, van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij;
Gelet op advies 49.081/2 van de Raad van State, gegeven op 12 januari 2011, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Justitie, van de Minister van Financiën en bevoegd voor de Nationale Loterij, van de Minister van Volksgezondheid, van de Minister voor Ondernemen, van de Minister van Binnenlandse Zaken, van de Staatssecretaris toegevoegd aan de Minister van Justitie en op advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De aanvraag voor een aanvullende vergunning wordt ingediend op één van volgende wijzen : - bij een bij een ter post aangetekende brief gericht aan de Kansspelcommissie, hierna de Commissie genoemd, door middel van een formulier waarvan het model als bijlage I bij dit besluit is gevoegd.
Dit formulier wordt door de Commissie op eenvoudig verzoek toegezonden aan de aanvrager; - op elektronische wijze via het hiertoe door de bevoegde overheid ter beschikking gesteld voorschrift. In dit geval wordt de aangifte, die ingevuld en verstuurd werd overeenkomstig de daarin voorkomende aanduidingen, gelijkgesteld met een gewaarmerkte, gedagtekende en ondertekende aanvraag.
Art. 2.Een plan van de website bevattende de naam van de website, de opbouw van de website, de plaats waar de website zal worden beheerd, de aanduiding van de permanente contactmogelijkheden door de Commissie, en de verantwoordelijke voor het beheer van de website, wordt bij de vergunningsaanvraag gevoegd.
De Commissie wordt van elke wijziging op de hoogte gebracht.
Art. 3.De aanvraag wordt behandeld binnen een termijn van 6 maanden te rekenen vanaf de ontvangst van de ter post aangetekende brief of vanaf de ontvangst van de op elektronische wijze ingediende vergunningsaanvraag, bedoeld in artikel 1.
Art. 4.De kennisgeving van beslissing van de Commissie aan de betrokkene gebeurt bij een ter post aangetekende brief.
Bij een gunstige beslissing wordt een aanvullende vergunning bezorgd aan de betrokkene.
Art. 5.De uitgereikte vergunning, waarvan het model als bijlage II bij dit besluit is gevoegd, kan zichtbaar worden gemaakt voor de speler tijdens de exploitatie van de website.
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2011
Art. 7.De Minister bevoegd voor Justitie, de Minister bevoegd voor Financiën, de Minister bevoegd voor Volksgezondheid, de Minister bevoegd voor Ondernemen en de Minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 juni 2011.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Volksgezondeheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister voor Ondernemen, V. VAN QUICKENBORNE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. A. TURTELBOOM De Staatssecretaris toegevoegd aan de Minister van Justitie, C. DEVLIES
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 21 juni 2011, betreffende de vorm van de aanvullende vergunning en de wijze waarop de aanvragen voor een aanvullende vergunning moeten worden ingediend en onderzocht inzake kansspelen.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister voor Ondernemen, V. VAN QUICKENBORNE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. . TURTELBOOM De Staatssecretaris toegevoegd aan de Minister van Justitie, C. DEVLIES
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om gevoegd te worden bij Ons besluit van 21 juni 2011, betreffende de vorm van de aanvullende vergunning en de wijze waarop de aanvragen voor een aanvullende vergunning moeten worden ingediend en onderzocht inzake kansspelen.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Minister van Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister voor Ondernemen, V. VAN QUICKENBORNE De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. A. TURTELBOOM De Staatssecretaris toegevoegd aan de Minister van Justitie, C. DEVLIES