20 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit houdende goedkeuring van de algemene regels inzake het doorlopen van de stage vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt, artikel 91, eerste lid, 5°, eerste streepje, ingevoegd bij de wet van 4 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/05/1999 pub. 01/10/1999 numac 1999009663 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt sluiten en gewijzigd bij de wet van 6 juli 2017 en artikel 91, vierde lid, ingevoegd bij de wet van 4 mei 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/05/1999 pub. 01/10/1999 numac 1999009663 bron ministerie van justitie Wet tot wijziging van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt sluiten en vernummerd bij de wet van 6 juli 2017;

Op de voordracht van de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De algemene regels inzake het doorlopen van de stage, aangenomen op 24 oktober 2000 en gewijzigd op 23 oktober 2007, 22 april 2008, 26 januari 2017 en 24 januari 2019 door de Nationale Kamer van notarissen, die bij dit besluit als bijlage zijn gevoegd, worden goedgekeurd.

Art. 2.De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 december 2019.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, K. GEENS

BIJLAGE BIJ HET KONINLIJK BESLUIT VAN 20 DECEMBER 2019 HOUDENDE GOEDKEURING VAN DE ALGEMENE REGELS INZAKE HET DOORLOPEN VAN DE STAGE VASTGESTELD DOOR DE NATIONALE KAMER VAN NOTARISSEN Algemene regels inzake het doorlopen van de stage Tekst aangenomen door de algemene vergadering van 24 oktober 2000 en gewijzigd door de algemene vergadering van 23 oktober 2007, van 22 april 2008, van 26 januari 2017 en van 24 januari 2019 INLEIDING Deze regels werden aangenomen door de algemene vergadering van de Nationale Kamer van notarissen in uitvoering van artikel 91, 5°, van de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt. HOOFDSTUK I: Algemeenheden Artikel 1: Definities Voor de toepassing van deze regels wordt bedoeld met: 1° de wet of de organieke wet op het notariaat: de wet van 25 ventôse jaar XI op het notarisambt;2° de Nationale Kamer: de Nationale Kamer van notarissen, zoals bedoeld in afdeling III van titel III van voormelde wet;3° de algemene vergadering: de algemene vergadering van de Nationale Kamer van notarissen, zoals bedoeld in artikel 92, § 1, 1°, van voormelde wet;4° het directiecomité: het directiecomité van de Nationale Kamer van notarissen, zoals bedoeld in artikel 92, § 1, 2°, van voormelde wet;5° de kamer van notarissen: de kamer van notarissen, zoals bedoeld in afdeling II van titel III van voormelde wet;6° de notaris: de notaris die het ambt uitoefent, hetzij als titularis, hetzij als geassocieerde notaris, hetzij als plaatsvervanger;7° de stagiair: de licentiaat of master in het notariaat die een functie binnen het notariaat wenst uit te oefenen. Art. 2: Bevoegdheden van de Nationale Kamer De bevoegdheden van de Nationale Kamer, waarvan sprake in deze regels, worden uitgeoefend door het directiecomité, met uitzondering van de bevoegdheden die de uitsluitende bevoegdheid zijn van de algemene vergadering. HOOFDSTUK II: Stage in het algemeen Art. 3: Doel van de stage De stage heeft tot doel de stagiair voor te bereiden op het behalen van de titel van kandidaat-notaris door in te staan voor het voortzetten van zijn theoretische, praktische en deontologische vorming.

Art. 4: Tableau van de stagiairs - Inschrijving De Nationale Kamer houdt een tableau van stagiairs bij met de lijst van alle stagiairs.

Iedere stagiair die zijn stage aanvangt, moet binnen een maand aan de Nationale Kamer een aanvraag tot inschrijving op het tableau van de stagiairs opsturen, samen met een kopie (recto-verso) van de identiteitskaart evenals een kopie van het diploma van licentiaat of master in het notariaat en een kopie van de stageovereenkomst. Hij geeft de naam van de stagemeester aan en de datum van de aanvang van de stage.

De stagiair is ertoe gehouden, binnen de maand, iedere wijziging aangaande zijn woonplaats en/of zijn stagemeester schriftelijk mee te delen aan de Nationale Kamer.

Art. 5: Voornaamste activiteit (artikel 36, § 1, eerste lid, van de ventôsewet) Met "voornaamste activiteit" wordt bedoeld een stage van minstens dertig uur per week bij een stagemeester.

Art. 6: Stagemeester Kan stagemeester zijn: a) in België: een notaris; een ontvanger Rechtszekerheid; een universiteitsprofessor aan een rechtsfaculteit bij wie de kandidaat assistent is; een advocaat die voldoet aan de voorwaarden vastgesteld door de balie waarvan hij lid is; b) in geval van stage in het buitenland: een persoon die als notaris optreedt; een universiteitsprofessor aan een rechtsfaculteit bij wie de kandidaat assistent is.

Art. 7: Stage bij verschillende stagemeesters Een stage die bij verschillende stagemeesters gedaan wordt, gebeurt opeenvolgend of gelijktijdig. In dat laatste geval mag de stage niet gelijktijdig bij meer dan twee stagemeesters worden gedaan.

Art. 8: Vraag om advies door de stagiair De stagiair mag de Nationale Kamer om advies vragen betreffende de geldigheid van de modaliteiten van zijn stage: aanvang van de stage, cumul, het gelijktijdig uitoefenen van meerdere activiteiten, berekening van de duur, enz... Het advies moet gegeven worden binnen zestig dagen volgend op de aanvraag.

Art. 9: Schorsing van de stage De Nationale Kamer kan, op schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de stagiair, een schorsing van de stage toestaan voor een duur van maximum een jaar.

De Nationale Kamer oordeelt over het motief van de schorsing. Zij neemt een gemotiveerde beslissing binnen de maand na het verzoek.

Indien de stagiair zijn stage wenst te vervolgen vóór de afloop van de door de Nationale Kamer toegestane schorsingstermijn, moet hij deze daarvan op de hoogte brengen.

De Nationale Kamer noteert op het tableau van de stagiairs de periode(s) van de schorsing. HOOFDSTUK III: Plichten van stagemeesters en stagiairs Art. 10: Plichten van de stagemeester Door zijn opdracht te aanvaarden, verbindt de stagemeester zich ertoe aan de stagiair geleidelijk aan een zo volledig mogelijke kennis en praktijkervaring van het ambt te geven, en dit met betrekking tot alle domeinen van de notariële activiteit. Hij volgt hierbij zowel de bepalingen van de Notariële Deontologische Code, waaronder artikel 28, als de eventuele aanbevelingen van de Nationale Kamer.

Art. 11: Plichten van de stagiair De stagiair vervult met zorg de opdrachten en werkzaamheden waarmee de stagemeester hem belast. Hij moet de regels van de notariële deontologie naleven en de eventuele aanbevelingen van de Nationale Kamer inzake de stage volgen.

Art. 12: Stageovereenkomst De stagemeester en de stagiair ondertekenen, naast de arbeidsovereenkomst of de overeenkomst van zelfstandig medewerker, een stageovereenkomst volgens het model bepaald door de Nationale Kamer, en waarvan een kopie wordt overgemaakt aan de Nationale Kamer bij de aanvraag tot inschrijving op het stagetableau. HOOFDSTUK IV: Stageattesten en stagecertificaten Art. 13: Stageattesten Overeenkomstig artikel 36, § 4, van de wet vloeit de verantwoording van de stageperiode voort uit de attesten die opgesteld worden door de stagemeester(s).

Iedere stagemeester stelt op eerste verzoek van de stagiair een stageattest op van de termijn waarin de stage werd vervuld, met bevestiging dat de stage als voornaamste activiteit van de stagiair werd verricht. Dit attest wordt uitgereikt uiterlijk binnen een maand na het einde van de stage. Het attest wordt in twee exemplaren bezorgd aan de stagiair en een derde exemplaar wordt overgezonden aan de Nationale Kamer.

In geval van aanhoudende weigering, overlijden van de stagemeester of in geval van onmogelijkheid een stageattest uit te reiken, zal dit uitgereikt worden door de voorzitter van de kamer van notarissen van de provincie waar de stage is vervuld. Voor een stage uitgeoefend in het buitenland, wordt het stageattest uitgereikt door de voorzitter van de Nationale Kamer van notarissen.

Art. 14: Stagecertificaat Overeenkomstig artikel 36, § 4, van de wet, wordt het stagecertificaat uitgereikt door de Nationale Kamer.

De stagiair die een aanvraag van stagecertificaat indient, moet bij zijn aanvraag een kopie (recto-verso) van zijn identiteitskaart voegen.

Het stagecertificaat wordt opgesteld in de taal van het diploma van licentiaat of master in het notariaat van de stagiair.

Een duplicaat van het stagecertificaat kan slechts verkregen worden bij de Nationale Kamer op kosten van de aanvrager.

Art. 15: Houders van een stagecertificaat De houder van een stagecertificaat mag aan de stagecommissie vragen één keer per jaar gehoord te worden.

Wat betreft de procedure die men in dat geval moet volgen, volgt de commissie de regels inzake de werking van de stagecommissies. HOOFDSTUK V: Informatie van de provinciale kamers Art. 16: Informatieprocedure De Nationale Kamer deelt binnen een maand na ontvangst een kopie van de aanvraag tot inschrijving van de stagiair of van de mededeling van wijziging van woonplaats of van stagemeester mee aan de kamer van notarissen van de provincie waarin de stage wordt uitgeoefend. Ze stelt haar eveneens in kennis van elke beslissing om de stage te schorsen.

Voor een stage uitgeoefend in het buitenland, moet de informatie niet gestuurd worden naar een provinciale kamer.

Gezien om gevoegd te worden bij Ons koninklijk besluit van 20 december 2019 houdende goedkeuring van de algemene regels inzake het doorlopen van de stage vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, K. GEENS