gepubliceerd op 22 februari 2008
Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 26 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders
20 DECEMBER 2007. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 26 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 14, § 2;
Gelet op de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers, inzonderheid op artikel 23, tweede lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikel 26, § 2;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 29 november 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 24 april 2007;
Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, gegeven op 27 april 2007;
Gelet op het advies nr. 43.296/1 van de Raad van State, gegeven op 3 juli 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Onze Minister van Werk en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 26, § 2, laatste lid, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, wordt vervangen door het volgende lid : « Het uitvaren van een vissersschip voor een duur van meer dan 4 uur, die 24 uur niet overschrijdt, wordt als één vaartdag beschouwd. Indien het uitvaren van een vissersschip een duur van 24 uur of een veelvoud van 24 uur overschrijdt, wordt de duur van die overschrijding in aanmerking genomen als een nieuwe vaartdag. ».
Art. 2.Onze minister bevoegd voor Sociale Zaken en Onze minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 december 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN De Minister van Sociale Zaken, D. DONFUT