gepubliceerd op 11 april 2008
Koninklijk besluit tot regeling van de concessie tot exploitatie van een goed, eigendom van de Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, aan de VZW « Syndicat d'Initiative de La Roche-en-Ardenne »
20 DECEMBER 2007. - Koninklijk besluit tot regeling van de concessie tot exploitatie van een goed, eigendom van de Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, aan de VZW « Syndicat d'Initiative de La Roche-en-Ardenne »
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen, zoals gewijzigd bij de wetten van 28 december 1973, 22 december 1989, 20 juli 1990, 15 januari 1999 en bij het koninklijk besluit van 18 november 1996, inzonderheid op artikel 2;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 1 maart 2007;
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De site van de vroegere burcht van La Roche-en-Ardenne, bestaande uit de goederen gelegen te La Roche, gekadastreerd 1e sectie A/1, nr. 196c, eigendom van de Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, hierna « de Regie » of « de concessiegever » genoemd, wordt, met het oog op de exploitatie ervan, in concessie gegeven aan de VZW « Syndicat d'Initiative de La Roche-en-Ardenne », hierna « de concessiehouder » genoemd. Deze concessie wordt verleend ter ondersteuning van de toeristische sector. Ze is privatief en is derhalve niet overdraagbaar zonder schriftelijke toestemming van de concessiegever.
Art. 2.De concessie wordt verleend voor een periode van negen jaar ingaand op 1 januari 2007 en eindigend op 31 december 2015. Om redenen van algemeen belang heeft de concessiegever op elk ogenblik de mogelijkheid de concessieovereenkomst eenzijdig te verbreken, zonder betaling van een schadevergoeding indien hij een opzegtermijn van zes maanden in acht neemt.
Art. 3.De modaliteiten van deze concessie zijn bepaald in het ontwerp van overeenkomst dat de bijlage A bij dit besluit vormt. Deze overeenkomst moet binnen de twee maand na de bekendmaking van dit besluit tussen de partijen afgesloten worden.
Art. 4.De Regie der Gebouwen is gemachtigd om de kosten van het gemeenrechtelijk onderhoud dat de eigenaar van het goed moet uitvoeren, ten laste te nemen van haar begroting en dit, voor zover die kosten niet kunnen worden gedekt met de gelden van het « Speciaal Fonds » dat gecreëerd wordt krachtens het artikel 3 van de af te sluiten overeenkomst.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 6.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 december 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS