gepubliceerd op 31 december 1999
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 juni 1998 tot uitvoering van artikel 37, § 16bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
20 DECEMBER 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 juni 1998 tot uitvoering van artikel 37, § 16bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op de artikelen 33, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 18 november 1996 en 25 april 1997, en 37, § 16bis, ingevoegd bij de wet van 20 december 1995 en vervangen door de wet van 22 februari 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 juni 1998 tot uitvoering van artikel 37, § 16bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 8, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 december 1998;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, uitgebracht op 11 oktober 1999;
Gelet op het advies van de Algemene raad van de verzekering voor geneeskundige verzorging, uitgebracht op 29 november 1999;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, uitgebracht op 7 december 1999;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Overwegende dat in artikel 8 van het voormeld koninklijk besluit van 2 juni 1998 is bepaald dat dat besluit ophoudt van toepassing te zijn op 1 januari 2000, dat de voor de chronisch zieken genomen maatregel die bestaat uit een jaarlijks forfait van 10 000 BEF dat onder bepaalde voorwaarden wordt toegekend aan personen die zich in een fysieke afhankelijkheidssituatie bevinden en daardoor blootstaan aan hogere kosten inzake geneeskundige verzorging, vanaf die datum niet meer kan worden toegepast; dat evenwel is beslist die maatregel te verlengen en dat dit besluit dus zo spoedig mogelijk moet worden genomen en bekendgemaakt opdat de betrokken administraties in kennis worden gesteld van de voormelde beslissing en de toepassing ervan onverwijld mogelijk wordt gemaakt;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 8 van het koninklijk besluit van 2 juni 1998 tot uitvoering van artikel 37, § 16bis, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 december 1998, worden de woorden "en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2000" geschrapt.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 december 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, F. VANDENBROUCKE