gepubliceerd op 05 november 2021
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning aan sommige bejaarde arbeiders van een aanvullende vergoeding ten laste van Constructiv (1)
19 SEPTEMBER 2021. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning aan sommige bejaarde arbeiders van een aanvullende vergoeding (werkloosheid met bedrijfstoeslag) ten laste van Constructiv (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2021, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning aan sommige bejaarde arbeiders van een aanvullende vergoeding (werkloosheid met bedrijfstoeslag) ten laste van Constructiv.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 september 2021.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsbladvan 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het bouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juli 2021 Toekenning aan sommige bejaarde arbeiders van een aanvullende vergoeding (werkloosheid met bedrijfstoeslag) ten laste van Constructiv (Overeenkomst geregistreerd op 9 augustus 2021 onder het nummer 166262/CO/124) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteren en op de arbeiders die zij tewerkstellen.
In deze collectieve arbeidsovereenkomst verstaat men onder : - "arbeiders" : de arbeiders en arbeidsters; - "Constructiv" : het fonds voor bestaanszekerheid opgericht voor de sector van het bouwbedrijf (PC 124). HOOFDSTUK II. - Werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 62 jaar
Art. 2.Constructiv kent een maandelijkse aanvullende vergoeding toe aan de arbeiders die tussen de leeftijd van 62 en 65 jaar door een in artikel 1 bedoelde werkgever ontslagen zijn, behoudens omwille van dringende redenen.
Art. 3.Om recht te hebben op de aanvullende vergoeding, moeten de in artikel 2 bedoelde arbeiders aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° de leeftijd van 62 jaar hebben bereikt op het ogenblik van de beëindiging van de overeenkomst;2° elke door de ter zake toepasselijk reglementering niet toegelaten beroepsactiviteit hebben stopgezet;3° werkloosheidsuitkeringen genieten;4° ten minste 10 jaar van hun beroepsloopbaan doorgebracht hebben in dienst van één of meerdere van de in artikel 1 bedoelde ondernemingen;5° ten minste 5 legitimatiekaarten "rechthebbende" hebben ontvangen tijdens de laatste 10 jaar vóór de op inactiviteitsstelling of 7 kaarten in de loop van de laatste 15 jaar;6° voldoen aan de criteria, bepaald in het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag.
Art. 4.Voor de toepassing van artikel 3, 4° wordt als "beroepsloopbaan" beschouwd : de prestaties en de gelijkgestelde periodes welke in aanmerking worden genomen voor het toekennen van een legitimatiekaart.
Art. 5.De arbeidsovereenkomst van de in artikel 2 bedoelde arbeiders moet een einde nemen tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
De opzeggingstermijn of de door de opzeggingsvergoeding gedekte periode van de ontslagen arbeiders, bedoeld in artikel 2, mag evenwel een einde nemen buiten de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, voor zover deze arbeiders de minimumleeftijd van 62 jaar hebben bereikt tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK III. - Bedrag van de aanvullende vergoeding
Art. 6.§ 1. De maandbedragen van de aanvullende vergoeding ten laste van Constructiv, bedoeld in het hoofdstuk II, worden vastgesteld op :
Ouvriers avec charge de famille/ Arbeiders met gezinslast
Autres ouvriers /Overige arbeiders
Cat. I
319,10 EUR
193,27 EUR
Cat. IA
344,07 EUR
214,44 EUR
Cat. II
352,87 EUR
220,95 EUR
Cat. IIA
389,50 EUR
252,24 EUR
Cat. III
399,22 EUR
260,43 EUR
Cat. IV
444,73 EUR
298,32 EUR
Chef d'équipe B/ Ploegbaas B
522,93 EUR
364,82 EUR
Contremaître/ Meestergast
597,62 EUR
431,33 EUR
In de bovenstaande tabel wordt verstaan onder : - "Cat. I" : de arbeiders waarvan het uurloon lager is dan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie IA; - "Cat. IA" : de arbeiders waarvan het uurloon minstens gelijk is aan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie IA, maar lager dan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie II; - "Cat. II" : de arbeiders waarvan het uurloon minstens gelijk is aan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie II, maar lager dan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie IIA; - "Cat. IIA" : de arbeiders waarvan het uurloon minstens gelijk is aan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie IIA, maar lager dan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie III; - "Cat. III" : de arbeiders waarvan het uurloon minstens gelijk is aan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie III, maar lager dan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie IV; - "Cat. IV" : de arbeiders waarvan het uurloon minstens gelijk is aan het conventioneel uurloon van de arbeider van categorie IV; - "Ploegbaas B" : de arbeiders die gedurende 10 jaar ononderbroken ten minste de kwalificatie ploegbaas B hebben genoten; - "Meestergast" : de arbeiders die gedurende 10 jaar ononderbroken ten minste de kwalificatie meestergast hebben genoten; - "Arbeiders met gezinslast'' : de arbeiders die behoren tot de categorie "werknemers die samenwonen met een echtgenoot of echtgenote die niet over een beroepsinkomen beschikt", zoals gedefinieerd in artikel 110, § 1, 1° van het
koninklijk besluit van 25 november 1991Relevante gevonden documenten
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
06/11/2020
numac
2020015855
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel V
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
05/11/2018
numac
2018014576
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel I
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
24/05/2019
numac
2019012364
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel II
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
14/12/2020
numac
2020043849
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel VI
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
04/11/2021
numac
2021033562
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel VIII
sluiten houdende de werkloosheidsreglementering.
Het toepasselijke maandbedrag wordt bepaald op basis van het uurloon van de arbeider vermeld in de DmfA-aangifte van het kwartaal waarin zijn arbeidsovereenkomst een einde heeft genomen. § 2. Voor de arbeiders van wie het recht op een aanvullende vergoeding ten laste van Constructiv is geopend op basis van een voorgaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake SWT, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, worden de maandbedragen van de aanvullende vergoeding vanaf 1 juli 2021 vastgesteld zoals bepaald in § 1, voor zover hun SWT een aanvang heeft genomen na 31 december 2017.
Indien hun SWT een aanvang heeft genomen op een datum voorafgaand aan 1 januari 2018, worden de maandbedragen van de aanvullende vergoeding vanaf 1 juli 2021 als volgt vastgesteld :
Ouvriers avec charge de famille/ Arbeiders met gezinslast
Autres ouvriers/ Overige arbeiders
Cat. I
263,63 EUR
167,78 EUR
Cat. IA
298,75 EUR
178,96 EUR
Cat. II
310,11 EUR
199,00 EUR
Cat. IIA
343,12 EUR
215,64 EUR
Cat. III
352,78 EUR
234,75 EUR
Cat. IV
400,26 EUR
264,84 EUR
Chef d'équipe B/ Ploegbaas B
476,70 EUR
332,80 EUR
Contremaître/ Meestergast
552,96 EUR
401,29 EUR
In de bovenstaande tabel wordt onder de gebruikte categorieën hetzelfde verstaan als bepaald in § 1. § 3. Het bedrag van de aanvullende vergoeding, bedoeld in § 1 en § 2, die uitgekeerd wordt in de maand december, wordt verhoogd met : - 122,50 EUR voor de arbeiders die behoren tot de categorie "werknemers met gezinslast", zoals gedefinieerd in artikel 110, § 1 van het
koninklijk besluit van 25 november 1991Relevante gevonden documenten
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
06/11/2020
numac
2020015855
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel V
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
05/11/2018
numac
2018014576
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel I
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
24/05/2019
numac
2019012364
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie - Deel II
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
14/12/2020
numac
2020043849
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel VI
type
koninklijk besluit
prom.
25/11/1991
pub.
04/11/2021
numac
2021033562
bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
Koninklijk besluit houdende de werkloosheidsreglementering. - Officieuze coördinatie in het Duits van de federale versie. - Deel VIII
sluiten houdende de werkloosheidsreglementering; - 61,25 EUR voor de overige arbeiders.
Art. 7.Constructiv neemt, naast de aanvullende vergoeding, ook de bijzondere werkgeversbijdragen verschuldigd in de stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag ten laste, bedoeld in hoofdstuk VI van titel XI van de wet houdende diverse bepalingen (I) van 27 december 2006. HOOFDSTUK IV. - Procedure en algemene bepalingen
Art. 8.De aanvraag tot toekenning van de aanvullende vergoeding moet worden ingediend bij Constructiv door toedoen van een vakbondsorganisatie die deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft ondertekend of door de betrokkene rechtstreeks bij middel van een bijzonder formulier.
De aanvraag moet vergezeld gaan van de documenten tot staving van het recht op de aanvullende vergoeding.
Art. 9.Het beheerscomité bedoeld in artikel 21 van de statuten van Constructiv bepaalt de praktische modaliteiten en de procedure die moet worden gevolgd bij het indienen en het behandelen van de aanvragen tot toekenning.
Art. 10.De patronale dienst bedoeld in artikel 12 van de statuten van Constructiv is belast met de administratieve, boekhoudkundige en financiële organisatie van de verrichtingen die voortvloeien uit de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Art. 11.De aanvullende vergoeding kan niet gecumuleerd worden met andere voordelen van bestaanszekerheid, met uitzondering van de promotievergoeding.
Art. 12.De bijzondere gevallen die niet op grond van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, worden door de meest gerede partij voorgelegd aan het beheerscomité bedoeld in artikel 21 van de statuten van Constructiv.
Bij enige moeilijkheid rond de toegang in het regime "werkloosheid met bedrijfstoeslag", kan de meest gerede partij deze problematiek bij het verzoeningsbureau van het paritair comité aanhangig maken nadat de lokale verzoeningsprocedure werd uitgeput. HOOFDSTUK V. - Financiering
Art. 13.De aanvullende vergoeding wordt gefinancierd door de forfaitaire bijdrage verschuldigd aan Constructiv (collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juni 2004 tot vaststelling van de forfaitaire bijdrage aan Constructiv). HOOFDSTUK VI. - Specifieke maatregelen
Art. 14.Aan de werkgever die, in toepassing van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, overgaat tot de vervanging van een werkloze met bedrijfstoeslag, wordt aanbevolen behoudens geldige reden een jongere van minder dan 26 jaar aan te werven.
Art. 15.Het is verboden werklozen met bedrijfstoeslag tewerk te stellen in de ondernemingen bedoeld in artikel 1 of hen als uitzendkracht ter beschikking te stellen van deze ondernemingen.
Art. 16.In afwijking op de toekenningsvoorwaarden bepaald in hoofdstuk II, betaalt Constructiv de aanvullende vergoeding verder uit in geval van werkhervatting door de in artikel 2 bedoelde arbeiders tijdens de periode van werkloosheid met bedrijfstoeslag.
Dit geldt tevens voor de werkloze met bedrijfstoeslag die tijdelijk zijn stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag schorst om in een opleidingscentrum (erkend door Constructiv) bijkomende vorming te geven aan werkzoekenden en werknemers.
De uitbetaling neemt in ieder geval een einde op het ogenblik dat de in de artikel 2 bedoelde arbeiders de wettelijke pensioenleeftijd bereiken.
Ingeval er, in strijd met het verbod, toch werkhervatting zou zijn bij dezelfde werkgever die de arbeider heeft ontslagen om reden van werkloosheid met bedrijfstoeslag, vordert Constructiv van die werkgever de terugbetaling van de werkgeversbijdragen die op de doorbetaalde aanvullende vergoeding verschuldigd zijn. HOOFDSTUK VII. - Geldigheidsduur
Art. 17.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een bepaalde duur. Ze treedt in werking op 1 juli 2021 en houdt op van kracht te zijn op 30 september 2021.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 september 2021.
De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE