gepubliceerd op 28 mei 2014
Koninklijk besluit tot bepaling van de inwerkingtreding van de wet van 19 april 2014 houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen, en van de wet van 19 april 2014 tot organisatie van de verhaalmiddelen tegen sommige beslissingen van de FSMA genomen met toepassing van boek VII of van boek XV van het Wetboek van economisch recht, en tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten
19 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot bepaling van de inwerkingtreding van de wet van 19 april 2014 houdende invoeging van boek VII "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen, en van de wet van 19 april 2014 tot organisatie van de verhaalmiddelen tegen sommige beslissingen van de FSMA genomen met toepassing van boek VII of van boek XV van het Wetboek van economisch recht, en tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 19 april 2014 houdende invoeging van boek VII. "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen, artikel 58;
Gelet op de wet van 19 april 2014 tot organisatie van de verhaalmiddelen tegen sommige beslissingen van de FSMA genomen met toepassing van boek VII of van boek XV van het Wetboek van economisch recht, en tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, artikel 4;
Gelet op het verzoek tot spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat de SEPA-verordening nr. 260/2012 van 14 maart 2012 vanaf 1 februari 2014 in werking treedt en onmiddellijk in het nationaal recht toepassing moet vinden;
Gelet op het advies nr. 55.918/1 van de Raad van State, gegeven op 7 april 2014, met toepassing van het artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat de Raad van State in zijn advies stelde dat de gegeven motivering enkel op artikel 1 van het ontwerp lijkt te kunnen worden betrokken en niet op de artikelen 2 tot 4, die immers pas in werking treden op 1 januari of 1 juli 2015, al naar het geval en dat de hoogdringendheid derhalve enkel ten aanzien van de bepalingen die de betalingsdiensten betreffen kan worden ingeroepen;
Overwegende dat deze redenering niet kan gevolgd worden;
Overwegende dat de regelen inzake betalingsdiensten ook een onmiddellijke impact hebben op de kredietverstrekking;
Overwegende dat hierbij onder meer kan verwezen worden naar de bepalingen bedoeld in artikel VII.12, laatste lid, dat op zijn beurt de informatie inzake de overschrijding van een geoorloofde debetstand op een rekening regelt;
Overwegende dat de inwerkingtreding van het ontworpen boek VII een geheel vormt en dat het voor de ganse sector van essentieel belang is dat er een zicht zou zijn op de inwerkingtreding van de volledige regelgeving met het oog op de noodzakelijke informatica-aanpassingen die hiermee gepaard gaan en het anticiperen op de mogelijke toezichtsmaatregelen;
Op de voordracht van de Minister van Economie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De volgende bepalingen van de wet van 19 april 2014 houdende invoeging van boek VII. "Betalings- en kredietdiensten" in het Wetboek van economisch recht, houdende invoeging van de definities eigen aan boek VII en van de straffen voor de inbreuken op boek VII, in de boeken I en XV van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere bepalingen, treden in werking de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad : 1° de artikelen 1 en 2;2° boek VII, titel 2 en boek VII, titel 3, zoals ingevoegd bij artikel 3;3° boek VII, titel 5, hoofdstuk 1, zoals ingevoegd bij artikel 3;4° boek VII, titel 6 en titel 7, met uitzondering van art.VII.220, zoals ingevoegd bij artikel 3; 5° artikel VII.215 zoals ingevoegd bij artikel 3; 6° boek XV, titel 1, hoofdstuk 2, afdeling 2, onderafdeling 1, zoals ingevoegd bij artikel 4, met uitzondering van artikel XV.18, § 2; 7° artikel 8; 8° artikel XV.89, zoals ingevoegd bij artikel 13; 9° de artikelen 26, 27, 28, 1°, 29, 31, 32, 33, 39, 41 tot 52, 53, 5° tot 7°, 54, §§ 1 en 2, 55 tot 58.
Art. 2.De volgende bepalingen van dezelfde wet treden in werking op 1 april 2015 : 1° boek VII, titel 4, hoofdstukken 1 tot 3, zoals ingevoegd bij artikel 3;2° boek VII, titel 5, hoofdstukken 2 en 3, zoals ingevoegd bij artikel 3; 3° de artikelen XV.87, XV.88 en XV.90 zoals ingevoegd bij artikel 13; 4° de artikelen 15 tot 25, 35 en 37;5° artikel 53, 1° tot 4°, behalve voor wat betreft de artikelen 74 tot 79, 101, § 1, 1° et 2°, en 106 tot 108, van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet en de artikelen 37 en 43 tot 44 van de wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet die op 1 juli 2015 worden opgeheven;6° artikel 54, § 3.
Art. 3.De volgende bepalingen van dezelfde wet treden in werking op 1 juli 2015 : 1° boek VII, titel 4, hoofdstuk 4, en art.VII.220, zoals ingevoegd bij artikel 3; 2° de artikelen XV.18, § 2, XV. 18/1, XV. 18/2 en XV.18/3, zoals ingevoegd bij artikel 4; 3° de artikelen 5, 6 en 7, 9 tot 12; 4° artikel XV.91, zoals ingevoegd bij artikel 13; 5° de artikelen 14, 28, 2°, 30, 34, 36, 38, 40, en 54, §§ 4 tot 7.
Art. 4.De bepalingen van de wet van 19 april 2014 tot organisatie van de verhaalmiddelen tegen sommige beslissingen van de FSMA genomen met toepassing van boek VII of van boek XV van het Wetboek van economisch recht, en tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten, en de bepalingen ingevoegd bij deze wet in het Wetboek van economisch recht, treden in werking op 1 juli 2015.
Art. 5.De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 april 2014.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, J. VANDE LANOTTE