Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 18 mei 1998
gepubliceerd op 29 mei 1998

Koninklijk besluit tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden en de specifieke functies van het Ministerie van Binnenlandse Zaken

bron
ministerie van binnenlandse zaken
numac
1998000223
pub.
29/05/1998
prom.
18/05/1998
ELI
eli/besluit/1998/05/18/1998000223/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 MEI 1998. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden en de specifieke functies van het Ministerie van Binnenlandse Zaken


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 107, tweede lid, van de gecoördineerde Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries, inzonderheid het artikel 4, 2°, gewijzigd bij koninklijke besluiten van 14 september 1994 en 10 april 1995;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 juni 1996;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 30 september 1997;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 30 december 1997;

Gelet op het akkoord van Onze Minister van Ambtenarenzaken, gegeven op 30 december 1997;

Gelet op het protocol nr. 79/2 van 17 februari 1998 van het Sectorcomité I - Algemeen Bestuur;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het dringend karakter gemotiveerd wordt door het feit dat de reglementaire bepalingen in het huidige besluit op een dwingende wijze van kracht worden vanaf de inwerkingtreding van de nieuwe personeelsformatie dat de nieuw gecreëerde loopbanen voor de gesloten centra van de Dienst Vreemdelingenzaken integreert, ten einde binnen de vastgestelde termijnen te kunnen overgaan tot de aanwerving van het statutaire personeel dat vereist is in het kader van de opening van de nieuwe gesloten centra te Vottem en te Merksplas;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De weddeschaal van elk der bijzondere graden bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken wordt vastgesteld als volgt : A. Administratief personeel onderworpen aan het statuut van het Rijkspersoneel 1° Ambtenaren van niveau I a) De Centrumdirecteur geniet de weddeschaal 13A.b) De Hoofdingenieur-directeur (vlakke loopbaan in uitdoving) (rang 13) geniet de weddeschaal 13D.c) De Ingenieur (vlakke loopbaan in uitdoving) (rang 10) geniet de weddeschaal 10D. De ingenieur (vlakke loopbaan in uitdoving) die vier jaar graadanciënniteit heeft bekomt de weddeschaal 10E. 2° Ambtenaren van niveau II a) Operationeel adjunct (rang 22) : 746 487 - 1 112 975 31 x 10 676 22 x 14 232 22 x 28 463 102 x 24 907 (Kl.20 jaar - N.2 - G.A.) De operationeel adjunct die ten minste zes jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de volgende bijzondere weddeschaal bekomen : 851 145 - 1 217 634 31 x 10 676 22 x 14 232 22 x 28 463 102 x 24 907 (Kl. 20 jaar - N.2 - G.A.) b) Operationeel assistent (rang 20) : 546 922 - 884 947 31 x 10 676 12 x 10 676 12 x 14 232 22 x 28 463 92 x 24 907 (Kl.20 jaar - N.2 - G.A.) De operationeel assistent die vier jaar graadanciënniteit heeft, geniet de weddeschaal 20B. De operationeel assistent die slaagt in het examen voor verhoging in weddeschaal, bekomt de weddeschaal 20E. c) Veiligheidsassistent (rang 20) : 635 253 - 959 041 31 x 10 676 22 x 28 463 62 x 24 907 62 x 14 232 (Kl. 20 jaar - N.2 - G.A.) De veiligheidsassistent die tenminste acht jaar anciënniteit heeft kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de volgende weddeschaal verkrijgen : 684 383 - 1 008 171 31 x 10 676 22 x 28 463 62 x 24 907 62 x 14 232 (Kl. 20 jaar - N.2 - G.A.) d) De Adjunct-veiligheidsassistent (rang 20) geniet de weddeschaal 20A. De adjunct-veiligheidsassistent die 4 jaar graadanciënniteit heeft, geniet de weddeschaal 20B. 3° Ambtenaren van niveau III a) Operationeel agent (rang 30) : 30A De operationeel agent die vier jaar graadanciënniteit heeft, geniet de weddeschaal 30C. De operationeel agent die ten minste zes jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal 30F bekomen.

De operationeel agent die ten minste negen jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal 30H bekomen.

De operationeel agent die ten minste twaalf jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal 30I bekomen. b) Sectiechef (rang 32) 632 981 - 842 800 31 x 8 733 42 x 10 655 102 x 14 100 (R 32 - GA - Kl. 18 j.) c) veiligheidsbeambte (rang 30) 514 700 - 681 888 31 x 5 595 52 x 7 775 82 x 13 941 (R 30 - GA - Kl. 18 j.) De veiligheidsbeambte die 4 jaar graadanciënniteit heeft, geniet de volgende weddeschaal : 539 968 - 733 400 31 x 8 733 52 x 11 141 82 x 13 941 (R 30 - GA - Kl. 18 j.) De veiligheidsbeambte die ten minste 12 jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de volgende weddeschaal bekomen : 565 790 - 770 733 31 x 8 733 52 x 10 655 92 x 13 941 (R 30 - GA - Kl. 18 j.) B. Personeel onderworpen aan een ander statuut dan onder A vermeld 1° Voorzitter van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht 2 158 571 - 2 728 444 33 x 94 979 43 x 71 234 (Kl.24 jaar - N.1 - G.B.) 2° Provinciegouverneur Vast bedrag : 2 787 789 3° Arrondissementscommissaris en adjunct-arrondissementscommissaris De wedde van de arrondissementscommissaris en van de adjunct-arrondissementscommissaris wordt vastgesteld in de schaal 13A, na negen jaar graadanciënniteit in de schaal 13B, en na achttien jaar graadanciënniteit in de schaal 15A. In afwijking van het eerste lid blijft de wedde van de arrondissementscommissaris en van de adjunct-arrondissementscommissaris die dat ambt uitoefenden op 12 december 1987 en op dat ogenblik een anciënniteit gelijk aan of hoger dan acht jaar hadden, vastgesteld in de weddeschaal : 1 348 258 - 2 134 818 52 x 44 522 102 x 56 395 (Kl. 24 jaar - N.1 - G.B.) De arrondissementscommissaris en de adjunct-arrondissementscommissaris die dat ambt uitoefenden op 12 december 1987 en op het ogenblik van hun benoeming in deze graad, minder dan acht jaar anciënniteit hadden in de onder het tweede lid vermelde schaal, genieten, zonder dat er met hun reële anciënniteit rekening gehouden wordt, de schaal : 1 526 346 - 2 134 818 12 x 44 522 102 x 56 395 (Kl. 24 jaar - N.1 - G.B.) 4° Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de Staatlozen en Voorzitter van de Vaste Beroepscommissie voor Vluchtelingen 16A 5° Adjunct-commissaris voor de Vluchtelingen en de Staatlozen, Vaste Bijzitter van de Vaste Beroepscommissie voor Vluchtelingen en Vaste Secretaris voor het Preventiebeleid 15A 6° Adjunct-Vaste Secretaris voor het Preventiebeleid 13A Art.2. De volgende bijzondere geldelijke bepalingen zijn van toepassing : § 1. De ambtenaar benoemd in de graad van adjunct-adviseur, voorheen bekleed met de geschrapte graad van afdelingschef (provinciaal gouvernement), die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 988 491 - 1 484 491 31 x 24 933 112 x 38 291 (Kl. 24 jaar - N.1 - G.B.) § 2. De ambtenaar benoemd in de graad van bestuurschef, voorheen bekleed met de geschrapte graad van eerstaanwezend secretaris en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de weddeschaal 25/3. § 3. De ambtenaar benoemd in de graad van bestuurschef, voorheen bekleed met de geschrapte graad van eerste administratief secretaris die negen jaar graadanciënniteit heeft en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 915 474 - 1 278 785 31 x 10 676 22 x 14 232 22 x 28 463 92 x 24 907 12 x 21 730 (Kl. 20 jaar - N.2 - G.A.) § 4. De ambtenaar benoemd in de graad van bestuursassistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van secretaris-huismeester en die in dienst was op 1 januari 1994 behoudt het voordeel van de weddeschaal 21/3. § 5. De bestuursassistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van secretaris-huismeester waaraan de hiernavermelde bijzondere weddeschaal is verbonden, en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van deze schaal : 597 618 - 932 087 31 x 10 676 22 x 14 232 112 x 24 907 (Kl. 20 jaar - N.2 - G.A.) § 6. De ambtenaar benoemd in de graad van operationeel assistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van detachementschef (afgeschafte graad) en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de weddeschaal 23/2. § 7. De ambtenaar benoemd in de graad van klerk, voorheen bekleed met de geschrapte graad van eerste identificatiebeambte en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de weddeschaal 33/4. § 8. De ambtenaar benoemd in de graad van operationeel agent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van adjunct pelotonschef (afgeschafte graad) en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de weddeschaal 32/4. § 9. De ambtenaar benoemd in de graad van operationeel agent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van agent verreberichtgeving en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de weddeschaal 30/3. § 10. De ambtenaar benoemd in de graad van geschoold arbeider, voorheen bekleed met de geschrapte graad van sectiechef (afgeschafte graad) en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 574 765 - 664 415 31 x 4 342 22 x 6 042 102 x 6 454 (Kl. 18 jaar - N.4 - G.A.) § 11. De ambtenaar benoemd in de graad van geschoold arbeider, voorheen bekleed met de geschrapte graad van ploegchef (afgeschafte graad) en die in dienst was op 1 januari 1994, behoudt het voordeel van de weddeschaal 43/6.

Art. 3.Het koninklijk besluit van 5 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden en de specifieke functies van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 september 1997, wordt opgeheven.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op dezelfde dag als het koninklijk besluit van 9 maart 1998 houdende oprichting van zekere graden bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken.

Art. 5.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 18 mei 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, L. TOBBACK De Minister van Begroting, H. VAN ROMPUY.

^