Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 18 juni 2013
gepubliceerd op 01 juli 2013

Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de afwezigheden van het overheidspersoneel

bron
federale overheidsdienst personeel en organisatie
numac
2013002024
pub.
01/07/2013
prom.
18/06/2013
ELI
eli/besluit/2013/06/18/2013002024/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

18 JUNI 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van sommige bepalingen betreffende de afwezigheden van het overheidspersoneel


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, artikel 11, § 1, tweede lid, vervangen bij de wet van 22 juli 1993 en gewijzigd bij de wet van 24 december 2002;

Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken, artikel 4, § 2, 1° ;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen;

Gelet op de adviezen van de inspecteurs van Financiën, gegeven op 12 maart 2013;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 27 maart 2013;

Gelet op het protocol nr. 682 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten van 29 mei 2013;

Gelet op advies 53.174/2 van de Raad van State, gegeven op 6 mei 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Volksgezondheid, van de Minister belast met Ambtenarenzaken en van de Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Wijziging van het koninklijk besluit van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel

Artikel 1.Artikel 12 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel, vervangen bij het koninklijk besluit van 14 juni 2007, wordt aangevuld als volgt : « § 6. Elke machtiging tot cumulatie wordt ambtshalve opgeschort wanneer de ambtenaar afwezig is wegens ziekte, wegens een arbeidsongeval, wegens een ongeval op weg van of naar het werk of wegens een beroepsziekte, wanneer hij in disponibiliteit wegens ziekte is of werkt volgens het stelsel van de verminderde prestaties wegens medische redenen.

De opschorting van de machtiging heeft geen effect op de duur ervan. ».

Art. 2.Artikel 106 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 november 1967, 26 mei 1975, 27 juli 1981, 30 maart 1983, 19 november 1998, 13 mei 1999 en 17 januari 2007, wordt aangevuld als volgt : « 8° wanneer hij het onderzoek door het Bestuur van de medische expertise in het kader van de vroegtijdige oppensioenstelling wegens gezondheidsredenen belemmert of weigert. ». HOOFDSTUK II. - Wijziging van het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen

Art. 3.Artikel 1, § 3, van het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 mei 1999, 10 juni 2002, 12 december 2002, 23 oktober 2003, 12 oktober 2005, 17 januari 2007, 7 december 2008, 14 november 2011 en 20 juli 2012, wordt aangevuld als volgt : « 15° de controle van de afwezigheden ten gevolge van een arbeidsongeval, een ongeval op de weg van en naar het werk en een beroepsziekte. ».

Art. 4.In artikel 2, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk van 17 januari 2007 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 14 november 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 14/11/2011 pub. 28/11/2011 numac 2011002051 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit houdende wijziging van diverse reglementaire bepalingen betreffende de arbeidsherverdeling en de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten, worden de woorden « artikel 48bis, artikel 52, eerste lid, artikel 53, § 2, artikel 62 en 63 » vervangen door de woorden « artikel 48bis, artikel 53, § 1 en § 3, en artikel 63 ».

Art. 5.In artikel 10 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 31 januari 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 31/01/2009 pub. 05/02/2009 numac 2009002005 bron federale overheidsdienst personeel en organisatie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten, worden de woorden « van 64 tot 65 jaar » vervangen door de woorden « vanaf 64 jaar ».

Art. 6.In hetzelfde besluit wordt een artikel 48ter, ingevoegd luidende : «

Art. 48ter.De voorzitter van het directiecomité, de secretaris-generaal of hun afgevaardigde brengt de betrokken ambtenaar op de hoogte van de beslissing tot aanvraag van een onderzoek in het kader van de vroegtijdige oppensioenstelling wegens gezondheidsredenen bij het Bestuur van de medische expertise. ».

Art. 7.In hetzelfde besluit wordt een artikel 48quater, ingevoegd luidende : «

Art. 48quater.Indien het Bestuur van de medische expertise de voorzitter van het directiecomité, de secretaris-generaal of hun afgevaardigde meedeelt dat een ambtenaar een onderzoek in het kader van de vroegtijdige oppensioenstelling wegens gezondheidsredenen heeft belemmerd of geweigerd, dan nodigt de voorzitter van het directiecomité, de secretaris-generaal of hun afgevaardigde de ambtenaar uit om de redenen hiervan mee te delen binnen de veertien dagen.

Indien de ambtenaar geen gevolg geeft aan deze vraag om toelichting te geven of geen geldige reden kan aantonen, wordt hij in non-activiteit gezet vanaf de dag waarop hij het onderzoek heeft belemmerd of geweigerd tot de dag van herneming van het werk. ».

Art. 8.In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk IXter ingevoegd met titel « Controle van de afwezigheden ten gevolge van een arbeidsongeval, een ongeval op de weg van en naar het werk en een beroepsziekte, bestaand uit een artikel 68bis luidende als volgt : «

Art. 68bis.Het Bestuur van de medische expertise wordt belast met de controle van de afwezigheden ten gevolge van een arbeidsongeval, een ongeval op de weg van en naar het werk en een beroepsziekte.

De controle gebeurt volgens de modaliteiten bepaald in artikel 62, § 1 en § 2, eerste tot derde lid.

Het artikel 64 is van toepassing. ». HOOFDSTUK III. - Slotbepaling

Art. 9.De ministers zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 18 juni 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister belast met Ambtenarenzaken, K. GEENS De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, H. BOGAERT

^