18 JUNI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 3 van het koninklijk besluit van 10 juni 1996 houdende de oprichting en organisatie van Nasdaq Europe

VERSLAG AAN DE KONING Sire, Artikel 3, § 1, van het koninklijk besluit van 10 juni 1996 houdende de oprichting en organisatie van Nasdaq Europe somt op limitatieve wijze de verschillende categorieën van financiële instellingen op die in aanmerking komen om lid te worden van Nasdaq Europe.

Het bestaan van financiële instellingen die beschikken over een sui generis statuut dat niet behoort tot een van bovenvermelde categorieën zoals bijvoorbeeld bepaalde instellingen toegelaten om uitsluitend in eigen naam en voor eigen rekening te handelen, maar die niettegenstaande als lid worden toegelaten tot andere Europese gereglementeerde markten, heeft de beperking van de competitiviteit van de Belgische financiële plaats tot gevolg.

Bijgevolg heeft het koninklijk besluit dat U vandaag wordt voorgelegd ter ondertekening tot doel § 1 van artikel 3 van het voormelde koninklijk besluit op te heffen zodat Nasdaq Europe in alle vrijheid de verschillende categorieën van leden van de markt kan vaststellen in haar Reglement.

Bovendien lijkt het gepast te vermelden dat § 2 van hetzelfde artikel bepaalt dat « de modaliteiten en voorwaarden voor de toelating van de leden, evenals de bijzondere modaliteiten en voorwaarden voor de toelating van een lid als markthouder, worden vastgesteld in het Nasdaq Europe-Reglement ». Deze bepalingen worden goedgekeurd door de Minister van Financiën op advies van de Commissie voor het Bank- en Financiewezen.

Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Financiën, D. REYNDERS 18 JUNI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 3 van het koninklijk besluit van 10 juni 1996 houdende de oprichting en organisatie van Nasdaq Europe ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten, het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs, inzonderheid op artikelen 30 en volgende;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 juni 1996 houdende de oprichting en organisatie van Nasdaq Europe, inzonderheid artikel 3;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën;

Gelet op het advies van de Commissie voor het Bank- en Financiewezen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 7 juni 2002, met toepassing van artikel 84, lid 1, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het aangewezen is om, zonder verwijl, § 1 van artikel 3 van het koninklijk besluit van 10 juni 1996 houdende de oprichting en organisatie van Nasdaq Europe op te heffen om aan Nasdaq Europe toe te laten met meer flexibiliteit de verschillende categorieën van leden van de markt te definiëren in haar Reglement en, bijgevolg, instellingen toe te laten als lid van de markt die niet zijn beoogd door deze bepaling maar die niettemin zijn toegelaten tot andere Europese gereglementeerde markten;

Overwegende dat deze aanpassing zich opdringt met het oog op de versterking, in het belang van de beleggers, van het concurrentievermogen van de Belgische financiële plaats, met inbegrip van Nasdaq Europe;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 3 van het koninklijk besluit van 10 juni 1996 houdende de oprichting en organisatie van Nasdaq Europe wordt vervangen door de volgende bepaling : « Het ledenmaatschap, de modaliteiten en voorwaarden voor de toelating van de leden, evenals de bijzondere modaliteiten en voorwaarden voor de toelating van een lid als markthouder, worden vastgesteld in het Nasdaq Europe-Reglement. »

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op de dag dat het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 3.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 18 juni 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS