17 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit waarbij de overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op 24 en 25 augustus 2006 op het grondgebied van verschillende gemeenten van de provincies Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Namen en Luxemburg als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen, inzonderheid op artikel 2, § 1, 1°, en § 2;

Overwegende dat hevige regenval heeft plaatsgevonden op 24 en 25 augustus 2006 op het grondgebied van verschillende gemeenten van de provincies Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Namen en Luxemburg;

Gelet op de aanvragen door de Gouverneurs voor de erkenning van de getroffen gemeenten als rampgebied;

Gelet op de adviezen van het Koninklijk Meteorologisch Instituut van België van 29 augustus en 1 september 2006 betreffende het voormelde natuurverschijnsel van 24 et 25 augustus 2006;

Overwegende dat de radaranalyse van de neerslagbeelden en de uitgevoerde pluviometrische grondmetingen aantonen dat deze neerslaghoeveelheden de in de ministeriële omzendbrief van 30 november 2001 vermelde drempels bereikt hebben op het grondgebied van verschillende gemeenten van de provincies Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Namen en Luxemburg;

Gelet op de verslagen van de Gouverneurs van de provincies Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Namen en Luxemburg betreffende de omvang van de schade, veroorzaakt door de overvloedige regenval van 24 en 25 augustus 2006;

Overwegende dat het verschijnsel schade veroorzaakt heeft voor minstens 1.250.000 euro in totaal en 5.000 euro per gezinsdossier;

Overwegende dat de regenval van 24 en 25 augustus 2006 derhalve een uitzonderlijk karakter heeft;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5 september 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 8 september 2006;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De overvloedige regenval die heeft plaatsgevonden op 24 en 25 augustus 2006 op het grondgebied van verschillende gemeenten van de provincies Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Namen en Luxemburg wordt beschouwd als een algemene ramp die de toepassing rechtvaardigt van artikel 2, § 1, 1°, van de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen.

Art. 2.De geografische uitgestrektheid van de ramp is beperkt tot de gemeenten waarvan de namen hieronder vermeld worden : Provincie Oost-Vlaanderen Aalter Assenede Deinze De Pinte Destelbergen Eeklo Evergem Gavere Gent Geraardsbergen Herzele Kaprijke Knesselare Kruishoutem Laarne Lierde Lochristi Lovendegem Maldegem Melle Merelbeke Moerbeke Nazareth Nevele Ninove Oosterzele Oudenaarde Ronse Sint-Laureins Sint-Lievens-Houtem Sint-Martens-Latem Waarschoot Wetteren Zingem Zomergem Zottegem Zulte Zwalm Provincie Namen Somme-Leuze Havelange Provincie Luxemburg Durbuy Provincie West-Vlaanderen Ruiselede

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 17 oktober 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL