Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 17 februari 2002
gepubliceerd op 20 april 2002

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, betreffende een sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2002012293
pub.
20/04/2002
prom.
17/02/2002
ELI
eli/besluit/2002/02/17/2002012293/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

17 FEBRUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, betreffende een sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, betreffende een sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Bruxelles, 17 februari 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999 Sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 (Overeenkomst geregistreerd op 30 juni 1999 onder het nummer 51133/COF/226) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en doel

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de punten I. 2 - Permanente vorming en I. 3 - Tewerkstelling, van het interprofessioneel akkoord van 8 december 1998, van afdeling IV, hoofdstuk II, van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor werkgelegenheid 1998 alsook van artikel 1, § 1, van het koninklijk besluit houdende de vormvoorwaarden waaraan de collectieve arbeidsovereenkomst en het akkoord betreffende vorming en tewerkstelling dienen te voldoen. HOOFDSTUK II. - Vorming

Art. 3.§ 1. De sectorale sociale partners engageren zich om een bijkomende inspanning te realiseren op het vlak van permanente vorming door : - de verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst tot bevordering van de tewerkstelling van risicogroepen; - de oprichting van een paritair beheerd vormingsfonds met als doel : - de bevordering van sectorale opleidingsinitiatieven; - de financiering van bedrijfsgerichte opleidingen; - de opleiding van risicogroepen. § 2. De raad van bestuur van het Sociaal Fonds van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, wordt belast met de concretisering van de doelstellingen bedoeld in § 1. HOOFDSTUK III. - Tewerkstellingsmaatregelen A . Definities

Art. 4.Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder : - "collectieve arbeidsovereenkomst nr. 56" : de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 56 tot instelling van een beperkt recht op onderbreking van de beroepsloopbaan gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 13 juli 1993; - "sectorale databank" : de gegevens van het Sociaal Fonds van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, betreffende de bedienden die de ontslagbegeleiding genieten bij toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 maart 1998 betreffende een regeling van ontslagbegeleiding en aanwervingspremies, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken.

B . Onderbreking van de beroepsloopbaan

Art. 5.In de ondernemingen die tijdens het vorig kalenderjaar gemiddeld ten minste 25 bedienden tewerk stelden wordt tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, het recht op gelijktijdige loopbaanonderbreking zoals geregeld door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 56, toegekend tot beloop van maximum 5 pct. van voormeld gemiddeld aantal bedienden.

Art. 6.§ 1. De duur van de loopbaanonderbreking waarvan sprake in artikel 5 moet minstens drie maanden bedragen. § 2. In afwijking van § 1, is de minimale duur van drie maand niet vereist in geval van verlenging van een onderbrekingsperiode en mits uitdrukkelijke toestemming van de werkgever.

Art. 7.De loopbaanonderbreking moet een aanvang nemen binnen de zes maanden volgend op de datum van de aanvraag van de bediende.

Art. 8.In afwijking van artikel 5 hiervoor kan de werkgever weigeren het recht op de loopbaanonderbreking toe te staan indien hij binnen een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de datum van de aanvraag, bewijst dat geen vervanger voor dezelfde functie kon gevonden worden noch via de VDAB, de BGDA of FOREm naargelang het geval, noch via de sectorale databank.

Art. 9.§ 1. Bedienden die de leeftijd van 55 jaar bereikt hebben en die hun arbeidsprestaties verminderen tot de helft van de normale arbeidstijdregeling in de onderneming, in het kader van de deeltijdse onderbreking van de beroepsloopbaan, hebben gedurende 36 maanden recht op een maandelijkse premie van 3 000 BEF ter aanvulling van de onderbrekingsuitkering in zover de vermindering van arbeidsprestaties ingaat na 30 juni 1999. § 2. De premie bedoeld in § 1 wordt betaald door de werkgever die deze kan terugvorderen bij het sociaal fonds van de sector. § 3. De raad van bestuur van het Sociaal Fonds van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken wordt belast met het vaststellen van de concrete uitvoeringsmodaliteiten van de bepalingen vervat in § 1 en § 2.

Art. 10.Bij afzonderlijke collectieve arbeidsovereenkomsten worden volgende tewerkstellingsmaatregelen uit het sectorakkoord 1997-1998 verdergezet : - voltijds brugpensioen vanaf 58 jaar; - de regeling van ontslagbegeleiding en aanwervingspremies. HOOFDSTUK IV. - Geldigheidsduur

Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1999; zij wordt gesloten voor de duur van twee jaar.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 17 februari 2002.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^