gepubliceerd op 31 maart 2006
Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 56, § 3bis van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
16 MAART 2006. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 56, § 3bis van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 56, § 3bis, ingevoegd bij de wet van 27 december 2005;
Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging, gegeven op 9 januari 2006;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 13 februari 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 10 maart 2006;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering kent vanaf 1 januari 2006 een financiële tegemoetkoming toe aan de FOD Justitie voor de verstrekkingen en de kosten, bedoeld in artikel 56, § 3bis, eerste en tweede lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, onder de voorwaarden die in dit besluit zijn bepaald.
Art. 2.De FOD Justitie bezorgt het RIZIV op de twintigste dag van de maand die volgt op het einde van elk kalenderkwartaal of, als die dag een zaterdag, een zondag of een feestdag is, op de eerstvolgende werkdag, een driemaandelijkse samenvattende factuur, die minstens de volgende elementen bevat : - het globale bedrag met betrekking tot de verstrekkingen, bedoeld in artikel 34 van dezelfde wet, toegekend naar aanleiding van een opname in een ziekenhuis, bedoeld in artikel 34, eerste lid, 6° van dezelfde wet, of van een daghospitalisatie, zoals bedoeld in de nationale overeenkomst tussen de verzekeringsinstellingen en de ziekenhuizen; - het bankrekeningnummer waarop de verschuldigde bedragen zullen worden gestort.
Art. 3.De FOD Justitie bezorgt het RIZIV op de twintigste dag van elke maand of, als die dag een zaterdag, een zondag of een feestdag is, op de eerstvolgende werkdag, een samenvattende factuur, die minstens de volgende elementen bevat : - het globale bedrag van de kosten, gelinkt aan de aflevering van de geneesmiddelen en de medische hulpmiddelen, die betrekking hebben op de voorgaande maand; - een gedetailleerde staat van de geneesmiddelen die aangekocht werden door de algemene directie van de gevangenis, waarop de datum van aankoop vermeld wordt en de apotheek die ze geleverd heeft; - het bankrekeningnummer waarop de verschuldigde bedragen zullen worden gestort.
Art. 4.Het RIZIV stort de verschuldigde bedragen op de bankrekening die op de factuur, bedoeld in artikels 2 en 3, staat vermeld, op de tiende dag van de maand die volgt op de maand waarin de factuur is verstuurd, of, als die dag een zaterdag, zondag of een feestdag is, op de eerstvolgende werkdag.
Art. 5.De FOD Justitie houdt alle bewijsstukken die betrekking hebben op de bedragen die op de factuur voorkomen, ter beschikking van de controlediensten van het RIZIV.
Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.
Art. 7.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 16 maart 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE