gepubliceerd op 29 november 2023
Koninklijk besluit tot vaststelling van tegemoetkomingen aan federale gezondheidszorgsectoren in de kost voor ondersteuning van het zorgpersoneel
15 SEPTEMBER 2023. - Koninklijk besluit tot vaststelling van tegemoetkomingen aan federale gezondheidszorgsectoren in de kost voor ondersteuning van het zorgpersoneel
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de programmawet van 2 januari 2001, inzonderheid de artikel 59quater, ingevoegd bij de wet van 10 december 2009;
Gelet op het advies van de Commissie voor Begrotingscontrole van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, uitgebracht op 21 juni 2023 met toepassing van artikel 2, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 20 van 13 mei 2020 houdende tijdelijke maatregelen in de strijd tegen de COVID-19-pandemie en ter verzekering van de continuïteit van zorg in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging;
Gelet op het advies van het Comité van de geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, uitgebracht op 26 juni 2023 met toepassing van artikel 2, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 20 van 13 mei 2020 houdende tijdelijke maatregelen in de strijd tegen de COVID-19-pandemie en ter verzekering van de continuïteit van zorg in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 13 juli 2023;
Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting van 25 juli 2023;
Gezien de impactanalyse van de regelgeving, uitgevoerd overeenkomstig artikels 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op de adviesaanvraag aan de Raad van State binnen een termijn van 30 dagen, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Overwegende dat de adviesaanvraag is ingeschreven op 6 september 2023 op de rol van de afdeling Wetgeving van de Raad van State onder het nummer 74.433/2;
Gelet op de beslissing van de afdeling Wetgeving van 6 september 2023 om binnen de gevraagde termijn geen advies te verlenen, met toepassing van artikel 84, § 5, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken, en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° RIZIV: het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering zoals bedoeld in artikel 10 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;2° Fonds Sociale Maribel van de Overheidssector: het Fonds Sociale Maribel bedoeld in artikel 35, § 5, C, 2°, a) van de wet van 29 juni 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/06/1981 pub. 31/05/2011 numac 2011000295 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits type wet prom. 29/06/1981 pub. 02/09/2014 numac 2014000386 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 29/06/1981 pub. 17/11/2015 numac 2015000647 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers, ingesteld bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid;3° Fonds Sociale Maribel voor gezondheidsinrichtingen- en diensten: het fonds sociale maribel zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 18 juli 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/07/2002 pub. 22/08/2002 numac 2002022549 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector sluiten houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;4° federale gezondheidssectoren: hieronder worden de volgende werkgevers bedoeld die vallen onder de toepassing van de Sociale Maribel: a) De centra waarmee het Verzekeringscomité van het RIZIV op voorstel van het College van Artsen-directeurs, in uitvoering van artikel 22, 6° van de wet, gecoördineerd op 14 juli 1994, een overeenkomst heeft afgesloten, met uitsluiting van de centra binnen de ziekenhuizen;b) de diensten voor thuisverpleging;c) de medische huizen;d) de diensten voor het bloed van het Rode Kruis van België;e) de ziekenhuizen;f) de forensisch psychiatrische centra.
Art. 2.Het RIZIV kent de volgende tegemoetkoming toe in de kosten voor het ondersteunen van zorgpersoneel voor administratieve en/of logistieke taken: a) Een bedrag van 5.793.131,25 euro te storten aan het Fonds Sociale Maribel van de Overheidssector bij de RSZ ten bate van werkgevers binnen de openbare federale gezondheidssectoren die administratief en/of logistiek personeel ter beschikking stellen ter ondersteuning van zorgpersoneel; b) Een bedrag van 14.206.868,75 euro te storten aan het Fonds Sociale Maribel voor gezondheidsinrichtingen- en-diensten 330 ten bate van de werkgevers binnen de private federale gezondheidssectoren die administratief en/of logistiek personeel ter beschikking stellen ter ondersteuning van het zorgpersoneel.
Art. 3.De bedragen zoals bedoeld in artikel 2 worden door het RIZIV gestort binnen de maand na inwerkintreding van dit besluit. Zij worden ten laste gelegd van de begroting van de geneeskundige verzorging van 2023.
Art. 4.De fondsen zoals bedoeld in artikel 2 maken tegen uiterlijk 31 december 2024 aan het RIZIV een rapport over waaruit de aanwending blijkt van de tegemoetkomingen. Indien daaruit blijkt dat middelen niet zijn aangewend, worden ze binnen de maand na mededeling van het verslag teruggestort aan het RIZIV.
Art. 5.Dit besluit treedt in werking de dag volgend op de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.
Art. 6.De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 september 2023.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE