gepubliceerd op 29 september 2006
Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd « 100 years », een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij, ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van het B.O.I.C.
15 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd « 100 years », een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij, ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van het B.O.I.C.
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 19 april 2002 tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij, inzonderheid op artikel 3, § 1, eerste lid, en op artikel 6, § 1, 1° en 3°, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Overwegende dat het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité in 2006 haar honderdjarig bestaan viert; dat de uitgifte door de Nationale Loterij van een aan deze gebeurtenis gewijd krasbiljet tot doel heeft de activiteiten van de sportclubs te ondersteunen;
Overwegende dat de evolutie van het gedrag van het publiek de Nationale Loterij tot de vaststelling heeft gebracht dat de aantrekkingskracht van de vormen van de door haar georganiseerde openbare loterijen, inzonderheid met biljetten, sneller afneemt dan vroeger, waardoor de levensduur van dergelijke vormen van loterijen sterk wordt verkort;
Overwegende dat een dergelijke verminderde aantrekkingskracht een versnelde vernieuwing van de genoemde vormen van loterijen onontbeerlijk maakt teneinde aan de verwachtingen van de deelnemers te kunnen beantwoorden;
Overwegende dat een versneld aanbod van nieuwe vormen van loterijen met biljetten deel uitmaakt van de opdracht van de Nationale Loterij, in haar hoedanigheid van sociaal verantwoordelijke en professionele aanbieder van speelplezier, om het gedrag van de deelnemers te kanaliseren in de richting van spelen waarvan het verslavingsrisico gering is;
Overwegende dat deze kanalisatieopdracht tot het takenpakket behoort waarmee de Belgische Staat de Nationale Loterij heeft belast, krachtens het beheerscontract dat tussen beide partijen werd gesloten;
Overwegende dat de Nationale Loterij absoluut zeer dringend de vereiste maatregelen moet treffen om deze sociale doelstelling na te komen;
Overwegende dat één van bovengenoemde maatregelen bestaat in de lancering van de vorm van loterij die door dit besluit wordt bekrachtigd;
Overwegende dat de concretisering van deze maatregel belangrijke voorbereidende werkzaamheden vereist, zowel op technisch als op organisatorisch vlak, die onverwijld van start moeten gaan;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gewettigd door de bovenstaande overwegingen;
Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Dit reglement is van toepassing op de door de Nationale Loterij uitgegeven loterij met biljetten, genaamd « 100 years ». « 100 years » is een loterij met biljetten waarvan de loten uitsluitend zonder trekking worden toegewezen door middel van de vermelding op het biljet zelf, volgens een door het toeval bepaalde verdeling, dat een lot al of niet verkregen is. De vermelding in kwestie zit verborgen onder een door de speler af te krassen ondoorzichtige deklaag.
Deze publieke krasloterij kenmerkt zich door het feit dat zij verbonden is aan de uitgifte van krasbiljetten die, in tegenstelling tot deze bedoeld in het eerste lid, niet bestemd zijn voor het publiek, maar voor de sportclubs bedoeld in het vierde lid. De biljetten van deze parallelle uitgifte wijzen allen een lot toe waarvan het bedrag kan verschillen van het ene biljet tot het andere.
Het toegewezen lot zit verborgen onder een door de sportclubs af te krassen ondoorzichtige deklaag.
Onder « sportclubs » wordt verstaan : 1° de clubs die geaffilieerd zijn aan de Vlaamse, Franstalige en Duitstalige liga's, lid van nationale sportbonden die een effectief lid zijn van de vereniging zonder winstoogmerk « Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité »;2° de clubs die lid zijn van de nationale sportbonden die een effectief lid zijn van de vereniging zonder winstoogmerk « Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité »;
Art. 2.§ 1. Het aantal biljetten van elke uitgifte wordt door de Nationale Loterij vastgesteld hetzij op 2 500 000, hetzij op veelvouden van 2 500 000.
De verkoopprijs van een biljet is vastgelegd op 2,50 euro.
Per uitgifte van 2 500 000 voor het publiek bestemde biljetten is het lotenplan vastgesteld volgens de bepalingen van artikel 3.
De verkoop van de voor het publiek bestemde biljetten gebeurt uitsluitend via het kanaal van de sportclubs bedoeld in artikel 1, vierde lid. Wanneer dit evenwel nodig is, kan de Nationale Loterij beslissen een beroep te doen op andere distributiekanalen. § 2. De sportclubs bedoeld in artikel 1, vierde lid, bevoorraden zich met voor het publiek bestemde biljetten bij, hetzij de « Delhaize De Leeuw » supermarkten van de categorie « F1 », hetzij de kantoren van « De Post » die uitgerust zijn met een « Altura »-terminal van de Nationale Loterij.
De voor het publiek bestemde biljetten zijn voorverpakt in cellofaan per 50 biljetten, zodanig dat elke uitgifte van 2 500 000 voor het publiek bestemde biljetten systematisch uit 50 000 pakjes bestaat. Al deze pakjes bevatten één bijkomend krasloterijbiljet dat verschilt van hetgene dat bedoeld is in § 1. Dit 51e biljet, dat gratis is en op generlei wijze bestemd is om aangeboden of verkocht te worden aan het publiek, is exclusief voorbehouden aan de sportclub die het pakje verwerft. In totaal worden er dus per uitgifte van 2 500 000 biljetten bestemd voor het publiek, 50 000 biljetten uitgegeven die bestemd zijn voor de sportclubs.
Per uitgifte van 50 000 voor de sportclubs bestemde biljetten, wordt het lotenplan vastgesteld in overeenstemming met de bepalingen van artikel 4.
De bevoorrading van de sportclubs qua biljetten moet verplicht per volledig(e) pakje(s) gebeuren. De verkoop van onvolledige pakjes is in geen enkel geval toegelaten.
Art. 3.Per uitgifte van 2 500 000 voor het publiek bestemde biljetten is het totaal aantal loten vastgesteld op 832 915, welke verdeeld zijn volgens de hieronder afgebeelde tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 4.Alle 50 000 biljetten die bestemd zijn voor de sportclubs wijzen een lot toe, waarbij de verdeling vastgesteld is volgens de hieronder afgebeelde tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 5.§ 1. Op de voorkant van de voor het publiek bestemde biljetten bevindt zich een speelzone die bedekt is met een ondoorzichtige deklaag waarop vijf grafische elementen die een Olympische medaille voorstellen, gedrukt staan.
Nadat de speler de ondoorzichtige deklaag afgekrast heeft die de speelzone bedoeld in het eerste lid bedekt, verschijnen er vijf grafische elementen die het silhouet van een atleet in actie voorstellen en die kunnen verschillen en gekozen zijn uit een reeks van veertien mogelijke grafische elementen.
Onder de speelzone bedoeld in het eerste lid komt een winstzone voor die bedekt is met een ondoorzichtige deklaag waarop, tussen andere aanduidingen en grafische elementen, de vermelding « 100 years » is afgedrukt.
Nadat de speler de ondoorzichtige deklaag afgekrast heeft die de winstzone bedoeld in het derde lid bedekt, verschijnt er steeds hetzij een variabel lotenbedrag, opgesteld in Arabische cijfers, dat voorkomt onder diegene die bedoeld zijn in artikel 3, hetzij de vermelding « VIP » die het lot in natura, dat niet omruilbaar in speciën is behalve in geval van overmacht, toewijst en die de reis naar en het verblijf te Peking voor 2 personen ter gelegenheid van de Olympische Spelen van 2008 voorstelt.
Het voor het publiek bestemde biljet waarvan de speelzone na het krassen twee identieke grafische elementen bevat, is winnend en geeft recht op, hetzij het lot waarvan het bedrag vermeld staat in de winstzone, hetzij het lot in natura bedoeld in het vierde lid indien de vermelding « VIP » afgedrukt staat in de winstzone. Elk voor het publiek bestemd biljet waarvan de speelzone geen twee identieke grafische elementen bevat, is steeds niet winnend. § 2. Op de voorkant van de voor de sportclubs bestemde biljetten bevindt zich uitsluitend een winstzone die bedekt is met een ondoorzichtige deklaag waarop, tussen andere aanduidingen en grafische elementen, de vermelding « 100 years » is afgedrukt.
Nadat de sportclub de ondoorzichtige deklaag die de winstzone bedoeld in het eerste lid bedekt, afgekrast heeft, verschijnt er steeds een lotenbedrag, opgesteld in Arabische cijfers, dat voorkomt onder diegene die bedoeld zijn in artikel 4.
Art. 6.Op de voor- of op de achterkant van de biljetten kunnen de volgende vermeldingen staan, uitsluitend voor de controle en het administratieve beheer van deze biljetten : 1° een reeks zichtbare cijfers;2° een reeks cijfers, bedekt met een ondoorzichtige deklaag;3° één of twee zichtbare streepjescodes.
Art. 7.Onder de in de artikelen 5 en 6 bedoelde ondoorzichtige deklagen kunnen er controlevermeldingen staan in elke door de Nationale Loterij nuttig geachte vorm.
Alleen de Nationale Loterij heeft het recht om, ter controle, de in het eerste lid bedoelde ondoorzichtige deklagen van de onverkochte biljetten af te krassen.
Art. 8.§ 1. Teneinde te waarborgen dat de toewijzing van de loten uitsluitend wordt bepaald door het toeval, wordt elke vorm van stelselmatigheid vermeden bij het drukken van de vermeldingen die op deze loten betrekking hebben, en mogen de biljetten uiterlijk geen enkel verschil vertonen waarmee om het even welk element kan worden onthuld.
In afwijking van het eerste lid kan er een procédé worden voorzien om te garanderen dat de biljetten waarmee kleine lotenbedragen worden toegewezen, evenwichtig worden verdeeld over alle gedrukte biljetten. § 2. Op de voor- of op de achterkant van de biljetten worden er cijfers en/of letters vermeld ter identificatie van de uitgifte waartoe deze biljetten behoren. Het aantal uitgiften wordt vastgelegd door de Nationale Loterij.
Art. 9.Onder voorbehoud van wat in het tweede lid bepaald wordt, zijn de loten betaalbaar aan de houder tegen afgifte van de winnende biljetten, vanaf de aankoop van de biljetten tot en met de laatste dag van een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren.Deze afgifte kan, hetzij bij de kantoren van De Post die uitgerust zijn met een « Altura »-terminal van de Nationale Loterij, hetzij bij de « Delhaize De Leeuw » supermarkten van de categorie « F1 », hetzij en zonder dat zij hiertoe verplicht zijn bij de verkopers, andere dan de voormelde, die onder het traditioneel distributienet van de openbare loterijen georganiseerd door de Nationale Loterij vallen.
De loten in speciën van 10.000 euro en de loten in natura die de reis naar en het verblijf te Peking voor 2 personen ter gelegenheid van de Olympische Spelen van 2008 voorstellen zijn uitsluitend betaalbaar ten zetel van de Nationale Loterij. Van de houder van een biljet wordt een identiteitsbewijs vereist wanneer het gaat om, hetzij een voor het publiek bestemd biljet dat het voormelde lot in natura wint, hetzij een voor de sportclubs bestemd biljet dat een lot van 10.000 euro wint.
Art. 10.Voor elke biljettenuitgifte worden de afsluitingsdatum van de verkoop en de daarmee samenhangende afsluitingsdatum van de uitbetaling van de loten bekendgemaakt door de Nationale Loterij met alle door haar nuttig geachte middelen.
Art. 11.De loten die niet binnen de in artikel 9 vastgelegde termijn worden opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.
Art. 12.Klachten over de uitbetaling van de loten moeten, op straffe van verval, binnen de in artikel 9 bedoelde termijn van twee maanden worden ingediend. Ze moeten per aangetekende brief aan de Nationale Loterij worden gericht of in ruil voor een ontvangstbewijs bij de Nationale Loterij worden afgegeven.
Elke klacht moet vergezeld gaan van het betrokken biljet. Op de keerzijde van het biljet moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden.
Art. 13.Het is alle minderjarigen verboden deel te nemen.
Art. 14.De Nationale Loterij erkent slechts één eigenaar van een winnend biljet, namelijk de houder ervan. De staving van de identiteit wordt evenwel geëist : 1° als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is.In dat geval wordt het biljet door de Nationale Loterij ingehouden totdat ze een beslissing heeft genomen, en ontvangt de houder van het biljet een bewijs van afgifte; 2° als dat noodzakelijk is voor de door de Nationale Loterij vastgelegde betalingswijze van de loten;3° als het vermoeden bestaat dat de houder van het biljet minderjarig is;4° als het vermoeden bestaat dat de houder het biljet op onrechtmatige wijze heeft verworven;5° als om het even welke wettelijke bepaling daarin voorziet.
Art. 15.Geen enkel bezwaar noch verzet wordt aanvaard bij diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een ten gunste van de houder opgesteld bewijs van afgifte.
Elk bedrog dat wordt gepleegd om een lot uitgekeerd te krijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, geeft aanleiding tot een klacht bij het parket.
De Nationale Loterij en de tussenpersonen van haar distributienet respecteren de anonimiteit van de deelnemers, behalve wanneer laatstgenoemden daaraan verzaken.
Art. 16.De biljetten kunnen verklarende, reglementaire en informatieve vermeldingen bevatten gericht aan de deelnemers en, bij wijze van uitzondering, publicitaire vermeldingen ten voordele van derden waarmee de Nationale Loterij op commercieel vlak samenwerkt ter promotie van de door huidig besluit bedoelde openbare loterij.
Art. 17.In het kader van promotieacties die door de Nationale Loterij alleen of samen met derden worden georganiseerd, kunnen er extra loten in natura of in speciën worden toegekend, hetzij door een trekking, hetzij door een wedstrijd. De voorwaarden van deze promotie-acties worden door de Nationale Loterij bepaald en bekendgemaakt met alle door haar nuttig geachte middelen.
Het is minderjarigen verboden deel te nemen aan de in het eerste lid bedoelde promotieacties.
Art. 18.Dit besluit treedt in werking op 2 oktober 2006.
Art. 19.Onze Minister van Begroting en Onze Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 15 september 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE De Staatssecretaris voor Overheidsbedrijven, B. TUYBENS