gepubliceerd op 09 augustus 2006
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juli 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende diversiteit
15 JUNI 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juli 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende diversiteit (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juli 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende diversiteit.
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 juni 2006.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota's (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juli 2005 Diversiteit (Overeenkomst geregistreerd op 11 oktober 2005 onder het nummer 76711/CO/145) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf. HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen inzake diversiteit
Art. 2.De werkgevers- en werknemersorganisaties verbinden zich ertoe onder meer via de sociale fondsen die voor de groene sectoren opgericht zijn en onder meer via de overkoepelende vormings- VZW's die in de Franstalige Gemeenschap en in de Nederlandstalige Gemeenschap zijn opgericht, alle mogelijke initiatieven die gericht zijn op een evenredige arbeidsdeelname en op diversiteit in de ondernemingen te ondersteunen en te begeleiden.
Art. 3.De werkgevers- en werknemersorganisaties verbinden zich er toe om, vertrekkende van de ervaring opgedaan via enkele pilootprojecten, op een meer structurele basis initiatieven gericht op evenredige arbeidsdeelname en op diversiteit te promoten en te begeleiden.
Art. 4.De werkgevers- en werknemersorganisaties zullen bedrijven er toe aanzetten om een diversiteitsbeleid op te starten.
Bij het promoten van diversiteit in de onderneming kan een diversiteitsplan op bedrijfsniveau een bijkomende troef zijn.
De sociale partners zullen een sectoraal draaiboek ontwikkelen ten behoeve van de bedrijven die overwegen een diversiteitsplan af te sluiten. In dit draaiboek zullen een aantal frequently asked questions worden opgenomen, evenals mogelijke acties die kunnen overwogen worden, een lijst van vormingsverstrekkers en mogelijke ondersteunende partners waarop een beroep kan gedaan worden.
Verder zullen momenten voorzien worden van informatieverstrekking en ervaringsuitwisseling met ondernemingen die reeds met succes een diversiteitsplan hebben afgesloten. HOOFDSTUK III. - Non-discriminatiecode
Art. 5.De werkgevers- en werknemersorganisaties willen de individuele ondernemingen aanmoedigen om de volgende non-discriminatiecode toe te voegen aan het voor de onderneming geldend arbeidsreglement.
Dit model van non-discriminatiecode zal via de pers en via de kanalen die de sociale partners ter beschikking hebben verspreid worden.
De door de sociale partners aanvaarde non discriminatie luidt als volgt : « De onderneming engageert zich ertoe om in haar aanwervingspolitiek een open houding aan te nemen en maximaal te streven naar een evenredige arbeidsdeelname en diversiteit. Kandidaat-werknemers die behoren tot de verschillende kansengroepen kunnen rekenen op een correcte behandeling en op een eerlijke en correcte rekruteringsprocedure. Ook wat de verloning van de individuele onderneming betreft en wat de mogelijkheden aangaat inzake het volgen van een vorming of wat het in aanmerking komen voor één of andere promotie betreft, engageert de onderneming er zich toe om een neutraal en geobjectiveerd beleid na te streven.
Dit geldt eveneens bij de toepassing op ondernemingsvlak van het individueel en collectief arbeidsrecht. ». HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
Art. 6.De collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2005 en is gesloten voor een onbepaalde duur. Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd mits een opzegging van tenminste drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juni 2006.
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN