gepubliceerd op 13 augustus 2002
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 houdende vaststelling van de normen waaraan een functie « mobiele urgentiegroep » moet voldoen om te worden erkend
15 JULI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 houdende vaststelling van de normen waaraan een functie « mobiele urgentiegroep » (MUG) moet voldoen om te worden erkend
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, inzonderheid op artikel 68, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 april 1997 en op artikel 69, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1994 en 14 januari 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 april 1995 waarbij sommige bepalingen van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, toepasselijk worden verklaard op de functie « mobiele urgentiegroep », gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 juli 2002;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 houdende vaststelling van de normen waaraan een functie « mobiele urgentiegroep » (MUG) moet voldoen om te worden erkend, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 28 april 1999 en 9 februari 2001;
Gelet op het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen, uitgebracht op 6 juni 2002;
Gelet op het verzoek tot spoedbehandeling, gemotiveerd door het feit dat de huidige regeling inzake programmatie en erkenningsnormen voor de functie « mobiele urgentiegroep » en de fusie van de ziekenhuizen, in uitvoering van de wet op ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, enerzijds, en de reglementering inzake de uitvoering van de wet van 8 juli 1964 op de dringende geneeskundige hulpverlening, anderzijds, niet de mogelijkheid biedt tot het garanderen van een voldoende aantal en een adequate spreiding van de mobiele urgentiegroepen over het territorium van het gehele Rijk; dat een recente statistische studie heeft uitgewezen overeenkomstig welke criteria de mobiele urgentiegroepen, in uitvoering van beide voornoemde wetten, zouden moeten worden toegewezen; dat dienvolgens, en gelet op de zware gevolgen die een onvoldoende aantal en gebrekkige spreiding van de mobiele urgentiegroepen kan hebben, bij absolute hoogdringendheid de voornoemde reglementeringen moeten worden aangepast; dat de Ministerraad op 7 juni 2002 het ontwerp van koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regelen inzake het maximumaantal en tot vaststelling van de programmatiecriteria die van toepassing zijn op de functie « mobiele urgentiegroep », heeft goedgekeurd; dat dit ontwerp bij toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, voor advies is overgemaakt; dat de nieuwe programmatiecriteria echter niet zullen kunnen worden toegepast zonder een aanpassing van de andere elementen van voornoemde reglementering; dat derhalve de aanpassing van onder meer het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 houdende vaststelling van de normen waaraan een functie « mobiele urgentiegroep » (MUG) moet voldoen om te worden erkend, bij absolute hoogdringendheid geboden is;
Gelet op het advies van de Raad van State nr. 33.710/3, gegeven op 26 juni 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid en van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 houdende vaststelling van de normen waaraan een functie « mobiele urgentiegroep » (MUG) moet voldoen om te worden erkend, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° Het eerste lid wordt vervangen door de volgende bepaling : « Om te worden erkend en erkend te blijven, moet de MUG-functie tegelijkertijd zijn opgenomen in de werking van de dringende geneeskundige hulpverlening en moet deze voldoen aan de erkenningsnormen van dit besluit.» 2° Het tweede lid wordt vervangen door de volgende bepaling : « Een MUG-functie kan slechts worden erkend indien zij wordt uitgebaat door een ziekenhuis of een associatie die op dezelfde vestigingsplaats een erkende functie « gespecialiseerde spoedgevallenzorg » uitbaat die is opgenomen in de werking van de dringende geneeskundige hulpverlenging.»
Art. 2.In artikel 3, § 2, 1°, van hetzelfde besluit, worden de woorden « maximum 5 km » vervangen door de woorden « maximum 8 km ».
Art. 3.Onze Minister van Volksgezondheid en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 juli 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, Mevr. M. AELVOET De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE