15 FEBRUARI 2012. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van koophandel te Brussel

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, het artikel 88, § 1, gewijzigd bij de wetten van 15 juli 1970, 17 mei 2006 en 3 december 2006;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 oktober 1970 tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van koophandel te Brussel;

Gelet op het advies van de eerste voorzitter van het hof van beroep te Brussel van 4 februari 2011, van de eerste voorzitter van het arbeidshof te Brussel van 11 februari 2011, van de procureur-generaal bij het hof van beroep Brussel van 7 maart 2011, van de voorzitter van de rechtbank van koophandel te Brussel van 31 januari 2011, van de procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel van 28 februari 2011, van de hoofdgriffier van de rechtbank van koophandel te Brussel van 1 februari 2011, van de stafhouder van de Nederlandse Orde van advocaten te Brussel van 15 maart 2011 en van de stafhouder van de Franstalige Orde van advocaten te Brussel van 21 februari 2011;

Op de voordracht van de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De rechtbank van koophandel bestaat uit 38 kamers.

De eerste, de derde, de vierde, de vierde buitengewoon, de zesde, de zevende, de achtste, de negende, de negende buitengewoon, de tiende, de tiende buitengewoon, de elfde, de elfde buitengewoon, de twaalfde, de dertiende, de veertiende, de vijftiende, de zestiende, de zeventiende, de achttiende kamer werken in het Frans.

De tweede, de vijfde, de negentiende, de negentiende buitengewoon, de twintigste, de twintigste buitengewoon, de éénentwintigste, de éénentwintigste buitengewoon, de tweeëntwintigste, de drieëntwintigste, de drieëntwintigste buitengewoon, de vierentwintigste, de vijfentwintigste, de vijfentwintigste buitengewoon, de negentwintigste, de negentwintigste buitengewoon, de dertigste en de dertigste buitengewoon werken in het Nederlands.

Art. 2.De zaken worden ingeleid als volgt : § 1. Voor de Franstalige gedingen : 1. voor de eerste kamer, wanneer de vordering de 8.750 euro te boven gaat of onbepaald is, of wanneer het gaat om vorderingen in hoger beroep of vorderingen tot minnelijke schikking; 2. voor de derde kamer, wanneer de vordering niet hoger is dan 8.750 euro of wanneer het gaat om vorderingen in hoger beroep; 3. voor de vierde kamer, wanneer het gaat om vorderingen inzake faillissement en voor de vierde kamer buitengewoon wanneer het gaat om sluiting van het faillissement;4. voor de zesde kamer, wanneer het gaat om vorderingen inzake gerechtelijke reorganisatie. § 2. Voor de Nederlandstalige gedingen : 1. voor de tweede kamer, zonder onderscheid van het bedrag of wanneer het gaat om vorderingen in hoger beroep of vorderingen tot minnelijke schikking;2. voor de vijfde kamer, wanneer het gaat om vorderingen inzake faillissement en vorderingen inzake gerechtelijke reorganisatie. De pleidooien in hoger beroep worden gehouden vòòr de zevende en achtste kamers voor zaken in het Frans en vòòr de negentiende kamer voor zaken in het Nederlands.

De pleidooien in eerste aanleg worden gehouden vòòr de negende tot de achttiende kamer voor zaken in het Frans en vòòr de negentiende buitengewoon tot de dertigste kamer buitengewoon voor zaken in het Nederlands.

Art. 3.De dagen van de zittingen worden vastgesteld als volgt : 1. de vierde, de negende, de twaalfde, de veertiende, de negentiende, de twintigste, en de vijfentwintigste kamer buitengewoon : op maandag;2. de vierde kamer buitengewoon : op maandag te 14 uur;3. de vijfde (faillissement), de achtste, de negende buitengewoon, de tiende, de vijftiende, de twintigste, de drieëntwintigste buitengewoon en de dertigste kamer buitengewoon : op dinsdag;4. de derde, de zesde, de zevende, de zestiende, de negentiende kamer buitengewoon, de eenentwintigste, de vierentwintigste en de dertigste kamer : op woensdag;5. de eerste, de tiende buitengewoon, de elfde buitengewoon, de dertiende, de zeventiende, de éénentwintigste buitengewoon, de tweeëntwintigste en de negenentwintigste kamer buitengewoon : op donderdag;6. de tweede, de vijfde, de elfde, de achttiende, de drieëntwintigste, de vijfentwintigste en de negentwintigste kamer : op vrijdag. De vorderingen met betrekking tot de ontbindingen worden genomen in het Frans door de derde kamer, elke laatste woensdag van de maand, en in het Nederlands door de tweede kamer, elke laatste woendag van de maand, te 14 u. 30 m.

De zittingen in kortgeding worden gehouden op dinsdag en donderdag voor de zaken in elk van de twee talen.

De zittingen met betrekking tot vordering tot staking worden gehouden op maandag in het Frans en op woensdag in het Nederlands.

De andere bevoegdheden van de voorzitter worden gehouden de laatste vrijdag van de maand.

De handelsonderzoeken worden in het Frans gehouden door vijf kamers, waarvan één zetelt op maandag, twee op dinsdag of woensdag en twee op vrijdag, en in het Nederlands één kamer die zetelt op woensdag.

Het bureau voor rechtsbijstand zetelt elke maandag in het Frans en elke dinsdag in het Nederlands.

Art. 4.De kamers kunnen, naargelang van de behoeften van de dienst, buitengewone zittingen houden, waarvan zijzelf de dagen en de uren bepalen in overeenstemming met de voorzitter van de rechtbank.

Art. 5.Indien de behoeften van de dienst het vergen kan de voorzitter van de rechtbank, na advies van de procureur des Konings te hebben ingewonnen, beslissen dat één of meer kamers bijkomende zittingen zullen houden op de dagen en uren die hij vaststelt.

Art. 6.De voorzitter van de rechtbank kan ook, na het advies van de procureur des Konings te hebben ingewonnen, voorlopig het aantal en de bevoegdheden van de kamers wijzigen.

In dit geval, alsmede in het geval van artikel 5, wordt zijn beschikking ter griffie aangeplakt en onmiddellijk ter kennis gebracht van de eerste voorzitter van het Hof van Beroep.

Art. 7.De zittingen vangen aan om 9 uur, behalve de vierde kamer buitengewoon die begint om 14 uur.

De zittingen duren ten minste drie uren, rolregeling en uitspraak van vonnissen niet inbegrepen.

Art. 8.De voorzitter van de rechtbank bepaalt, na het advies van de procureur des Konings te hebben ingewonnen, dag en uur van de vakantiezittingen en wijst de magistraten aan die er zitting dienen te nemen.

De voorzitter van de rechtbank kan te allen tijde die lijst wijzigen wegens de behoeften van de dienst.

Art. 9.Het koninklijk besluit van 22 oktober 1970 tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van koophandel van Brussel wordt opgeheven.

Art. 10.Dit reglement treedt in werking op de dag van de publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Art. 11.De Minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 februari 2012.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM