14 MEI 2000. - Koninklijk besluit houdende rangschikking van de gemeenten in uitvoering van artikel 5, eerste lid, van de nieuwe gemeentewet

VERSLAG AAN DE KONING Sire, De artikelen 8 en 16 van de nieuwe gemeentewet stellen respectievelijk het aantal gemeenteraadsleden en het aantal schepenen vast op basis van het aantal inwoners per gemeente.

Overeenkomstig artikel 5 van de nieuwe gemeentewet, zoals het vervangen is door de wet van 14 mei 2000, bepaalt dit besluit, voor elke gemeente, het aantal gemeenteraadsleden en schepenen op basis van het bevolkingscijfer dat blijkt uit het Rijksregister van de natuurlijke personen op 1 januari 1999.

Dat is de wettelijke grondslag en het onderwerp van het ontwerp van koninklijk besluit dat ik voorleg aan de handtekening van Uwe Majesteit.

Artikel 5, eerste lid, van de nieuwe gemeentewet, vervangen door de wet van 14 mei 2000, bepaalt immers dat de rangschikking van de gemeenten door de Koning in overeenstemming gebracht wordt met het bevolkingscijfer bij elke volledige vernieuwing van de gemeenteraden, en dat het aantal inwoners dat in overweging genomen moet worden, het aantal personen is die ingeschreven zijn in het Rijksregister van de natuurlijke personen die hun hoofdverblijfplaats hebben in de betrokken gemeente op 1 januari van het jaar vóór dat van de gewone vernieuwing van de gemeenteraden.

Voor zover artikel 5 van de nieuwe gemeentewet vervangen werd door de voormelde wet van 14 mei 2000, en aangezien het aantal gemeenteraadsleden en schepenen voortaan bepaald wordt op basis van het bevolkingscijfer dat niet meer blijkt uit de tienjaarlijkse volkstelling maar uit het Rijksregister van de natuurlijke personen, heft het ontworpen besluit artikel 1 van het koninklijk besluit op van 14 augustus 1992 houdende rangschikking van de gemeenten in uitvoering van artikel 5, eerste lid, van de nieuwe gemeentewet.

Wat de volgende gemeenteraadsverkiezingen betreft, die zullen plaatsvinden op 8 oktober 2000, wordt de bepaling van het aantal gemeenteraadsleden en schepenen per gemeente vastgesteld rekening houdend met het bevolkingscijfer dat blijkt uit het Rijksregister van de natuurlijke personen op 1 januari 1999.

De bevolkingscijfers werden vastgesteld bij het ministerieel besluit van 14 mei 2000 tot vaststelling per provincie en per gemeente van de bevolkingscijfers op 1 januari 1999.

De tabel die bij dit ontwerp van besluit gevoegd is, bepaalt het aantal gemeenteraadsleden en schepenen per gemeente.

Het ontwerp van besluit heeft geen reglementaire draagwijdte; het gaat immers om een administratieve akte van verklarende aard, waarbij ten opzichte van de wettelijke bepalingen die ze ten uitvoer brengt een bevoegdheid wordt aangewend die een volstrekt gebonden bevoegdheid is.

Luidens artikel 3, § 1, eerste lid, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, is de raadpleging van zijn afdeling wetgeving voor ontwerpen van besluiten slechts vereist als die van reglementaire aard zijn; het ontwerp van besluit hoeft dan ook niet aan de Raad van State voorgelegd te worden voor een met redenen omkleed advies.

Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

14 MEI 2000. - Koninklijk besluit houdende rangschikking van de gemeenten in uitvoering van artikel 5, eerste lid, van de nieuwe gemeentewet ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid op artikel 5, eerste lid, zoals het vervangen is door de wet van 14 mei 2000;

Gelet op de bevolkingscijfers die vastgesteld zijn door het ministerieel besluit van 14 mei 2000 tot vaststelling per provincie en per gemeente van de bevolkingscijfers op 1 januari 1999;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De gemeenten van het Rijk worden gerangschikt en het aantal gemeenteraadsleden en schepenen per gemeente wordt bepaald overeenkomstig de tabel die bij dit besluit gevoegd is.

Art. 2.Worden opgeheven : 1° artikel 1 van het koninklijk besluit van 14 augustus 1992 houdende rangschikking van de gemeenten in uitvoering van artikel 5, eerste lid, van de nieuwe gemeentewet;2° de bijlage van hetzelfde besluit, voor zover ze het aantal schepenen en gemeenteraadsleden vaststelt.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking bij de volgende volledige vernieuwing van de gemeenteraden.

Art. 4.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 mei 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

Bijlage Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 14 mei 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, A.DUQUESNE _______ Nota * De wijzigingen van de klasse, van het aantal schepenen en van het aantal raadsleden ten opzichte van die bepaald bij het koninklijk besluit van 14 augustus 1992 zijn met een asterisk aangeduid.