gepubliceerd op 21 juni 2017
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 april 2014 betreffende de humanitaire hulp
14 JUNI 2017. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014015110 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit betreffende de humanitaire hulp sluiten betreffende de humanitaire hulp
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de Grondwet, artikel 108;
Gelet op de wet van 19 maart 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/03/2013 pub. 12/04/2013 numac 2013015084 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet betreffende de Belgische Ontwikkelingssamenwerking sluiten betreffende de Belgische Ontwikkelingssamenwerking, de artikelen 29 en 30, gewijzigd bij de artikelen 16 en 17 van de wet van 9 januari 2014 en de artikelen 12 en 13 van de wet van 16 juni 2016;
Gelet op het koninklijk besluit van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014015110 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit betreffende de humanitaire hulp sluiten betreffende de humanitaire hulp;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 oktober 2016;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 15 maart 2017;
Gelet op het advies nr. 61.192/4 van de Raad van State, gegeven op 19 april 2017;
Op de voordracht van de Minister van Ontwikkelingssamenwerking, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 april 2014Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/04/2014 pub. 07/05/2014 numac 2014015110 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit betreffende de humanitaire hulp sluiten betreffende de humanitaire hulp, gewijzigd bij koninklijk besluit van 29 juni 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de bepalingen onder 2°, 3° en 5° worden opgeheven;2° onder 9° worden de woorden "van internationale humanitaire organisaties" opgeheven; 3° onder 10° wordt de "." Vervangen door ";"; 4° het artikel wordt aangevuld met de bepalingen onder 11° tot 15°, luidende: "11° "HIB": Humanitarian Impact Bond, een programma waarbij de betaling van de subsidie aan de Belgische humanitaire NGO of de internationale humanitaire organisatie geschiedt na het einde van het programma in functie van de behaalde resultaten, die beoordeeld worden op basis van de indicatoren vermeld in het besluit tot toekenning van de subsidie;12° "humanitaire actor" : de Belgische humanitaire NGO, de internationale humanitaire NGO, UNRWA en de organisaties die erkend zijn als partnerorganisatie van de Belgische multilaterale samenwerking of die erkenning genieten voor hun humanitair werk door lid of observator te zijn van het IASC, en die minstens aan één van de volgende twee voorwaarden voldoen: a) de organisatie heeft de Gedragscode voor de Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maan-beweging ondertekend;b) de organisatie heeft de VN-resoluties van de Algemene Vergadering tot vaststelling van de humanitaire principes bij de uitvoering van hun activiteiten onderschreven;13° "humanitair netwerk": netwerk van humanitaire actoren;14° "humanitair certificatiesysteem": certificatiesysteem dat door de humanitaire actoren werd uitgewerkt en dat gericht is op het verbeteren van de kwaliteit, de doeltreffendheid en de accountability van de humanitaire acties; 15° "mandaat": verwijst naar de VN-organisaties, opgericht bij resoluties van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties die hun missie bevatten."
Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij koninklijk besluit van 29 juni 2015, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de bepaling onder 1° vervangen als volgt: "1° door de Minister erkend zijn als organisatie van de civiele maatschappij;"; 2° in paragraaf 1, 3°, worden de woorden"of door gecertificeerd te zijn door HAP" vervangen door "of ieder ander humanitair certificatiesysteem" ;3° in paragraaf 2, 2°, worden de woorden "of door gecertificeerd te zijn door HAP" vervangen door "of ieder ander humanitair certificatiesysteem" ;4° paragraaf 3 wordt vervangen als volgt: " § 3.Tot de categorie van de internationale humanitaire organisaties behoren: 1° UNRWA;2° de organisaties die erkend zijn als partner van de Belgische multilaterale samenwerking of die erkenning genieten voor hun humanitair werk door lid of observator te zijn van IASC, en die minstens aan één van de volgende twee voorwaarden voldoen: a) de organisatie heeft de Gedragscode voor de Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maan-beweging ondertekend;b) de organisatie heeft de VN-resoluties van de Algemene Vergadering tot vaststelling van de humanitaire principes bij de uitvoering van hun activiteiten onderschreven;3° de organisaties zonder winstoogmerk, die lid zijn van humanitaire netwerken of waarvan de leden humanitaire actoren zijn of die geprivilegieerde partnerschappen hebben met humanitaire actoren in het licht van de paragrafen 1, 2 en 4, die humanitaire goederen ontwikkelen of strategische humanitaire acties uitvoeren;5° paragraaf 4 wordt vervangen als volgt: " § 4.Tot de categorie van de organisaties die de internationale humanitaire donorfondsen beheren, behoren: 1° ECHO;2° de consortia van Belgische of internationale humanitaire niet-gouvernementele organisaties; 3° de organisaties die erkenning genieten voor hun humanitair werk door lid of observator te zijn van IASC en die een fonds beheren of medebeheren met een andere internationale organisatie, om gemeenschappelijke financiering van de humanitaire hulp mogelijk te maken."
Art. 3.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "publiceert hij een oproep" vervangen door de woorden "stelt hij een financieel kader op";2° in het tweede lid worden de woorden "De oproep" vervangen door de woorden "Het financieel kader";3° in het tweede lid, 1°, worden de woorden "die in aanmerking komt voor de oproep" vervangen door de woorden "die door de Minister in aanmerking worden genomen, op grond van de humanitaire noden, hun statuut, missie en hun aanwezigheid op het terrein" Art.4. In artikel 5 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 2 vervangen als volgt: " § 2. In het kader van een project of een programma kan de Minister voorwaardelijke of onvoorwaardelijke giften in de vorm van bonnen (vouchers) of in speciën aan slachtoffers toestaan, voor zover dit past in het kader van een humanitaire actie die is gericht op het verzekeren van de bescherming van en de bijstand aan slachtoffers van humanitaire crisissen door het voorzien in de vitale behoeften en de verbetering van de levensomstandigheden van de getroffen bevolkingsgroepen."
Art. 5.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, 2°, worden de woorden "het mandaat en de missie" ingevoegd tussen het woord "overeenkomstig" en de woorden "de statuten";2° in paragraaf 1 wordt de bepaling onder 3° opgeheven;3° het artikel wordt aangevuld met een paragraaf 4, luidende: " § 4.De in de paragrafen 1 tot 3 vermelde documenten moeten slechts één keer per jaar aan de administratie worden voorgelegd, bij de indiening van de eerste subsidieaanvraag."
Art. 6.In artikel 7 van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt: "2° de verwachte kwaliteit, rekening houdend met voorgaande evaluaties en audits;"
Art. 7.In artikel 8 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1 wordt de bepaling onder 4° vervangen als volgt: "4° de voorziene resultaten;"; 2° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt: " § 2.De overeenkomst tot toekenning van de subsidie voor een programma of een project bevat minstens de volgende gegevens: 1° het bedrag van de subsidie;2° de begin- en einddatum van het programma of project en de modaliteiten van de verlenging;3° de procedures en de gebruiksmodaliteiten van de subsidie en de narratieve en financiële rapportage over het gebruik van de subsidie overeenkomstig de artikelen 13, 14 en 18;4° de procedures en de modaliteiten voor het behandelen van problemen die zich stellen tijdens de uitvoering;5° de meldingsmodaliteiten in geval van fraude of actieve of passieve corruptie; 6° de eventuele overlegmomenten."; 3° in paragraaf 3 wordt de bepaling onder 1° /1 ingevoegd, luidende: "1° /1 de duur van de bijdrage;"; 4° in paragraaf 3 wordt de bepaling onder 3° /1 ingevoegd, luidende: "3° /1 de meldingsmodaliteiten in geval van fraude of actieve of passieve corruptie;"
Art. 8.In artikel 9 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in het eerste lid worden de woorden "van de Belgische humanitaire NGO's" opgeheven;2° in het eerste lid wordt het woord "drie" vervangen door het woord "twee"; 3° in het eerste lid, 2° wordt ";" vervangen door "."; 4° in het eerste lid wordt de bepaling onder 3° opgeheven;5° het tweede lid wordt vervangen als volgt: "Wanneer de programma's een HIB betreffen, wordt de uitkering van de subsidie uitgesteld tot op het einde van het programma.Het bedrag van de subsidie zal afhangen van de op dat moment behaalde resultaten. "
Art. 9.Artikel 12 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art. 10.In artikel 14, § 1 van hetzelfde besluit worden de bepalingen onder 1° en 9° opgeheven.
Art. 11.In de Nederlandstalige versie van hetzelfde besluit wordt het opschrift van de afdeling 2 van hoofdstuk 5 vervangen als volgt: "Afdeling 2. De internationale humanitaire organisaties en de internationale humanitaire organisaties die internationale humanitaire donorfondsen beheren"
Art. 12.In artikel 16, § 3 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen als volgt: " § 3. Indien de goede uitvoering van het programma of het project dit vereist, kan de organisatie maximum vijftien procent van het bedrag van de algemene budgetrubrieken tussen hen verplaatsen. Indien de goede uitvoering van het programma dit vereist, kan de organisatie maximum vijftien procent van de budgetrubrieken verplaatsen tussen specifieke doelstellingen en landen."
Art. 13.Artikel 17 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een paragraaf 3, luidende: " § 3. De eigendom van de goederen aangekocht ten laste van de financiering van het project of het programma, wordt overgedragen aan de lokale partner. Indien de administratie hierin uitdrukkelijk heeft toegestemd, kan een andere humanitaire organisatie die is belast met de continuïteit van de in het kader van het project of het programma uitgevoerde activiteiten, de eigendom verkrijgen bij het werkelijke einde van het project of programma."
Art. 14.Artikel 18 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt: " § 1. De Belgische humanitaire NGO's en de internationale humanitaire NGO's leggen de volgende documenten voor: 1° een eindverslag ter verantwoording van het gebruik van de subsidie van een project;2° een voortgangsverslag en een eindverslag ter verantwoording van het gebruik van de subsidie van een programma. In afwijking van het eerste lid, 2°, leggen de Belgische humanitaire NGO's een eindverslag voor ter verantwoording van het gebruik van de subsidie toegekend voor een HIB. Het voortgangsverslag bevat de volgende stukken: 1° een narratief rapport over de resultaten, waarin de volgende elementen worden uitgewerkt: a) een bijwerking van de indicatoren die het mogelijk maken te evalueren in welke mate de resultaten daadwerkelijk werden behaald;b) een gedetailleerde beschrijving van de uitgevoerde activiteiten en de behaalde resultaten;c) een beschrijving van de activiteiten die moesten worden stopgezet of gewijzigd en de redenen voor die veranderingen;2° een overzicht van de inkomsten en de uitgaven van het programma per begrotingspost en per specifieke doelstelling op basis van de boekhoudkundige staten. Het eindverslag bevat de volgende stukken: 1° een narratief rapport over de resultaten, waarin de volgende elementen worden uitgewerkt: a) een bijwerking van de indicatoren aan de hand waarvan kan worden beoordeeld in welke mate de resultaten daadwerkelijk werden behaald;b) een gedetailleerde beschrijving van de uitgevoerde activiteiten en de behaalde resultaten;c) een beschrijving van de activiteiten die moesten worden stopgezet of gewijzigd en de redenen voor die veranderingen;d) een overzicht van de verzoeken tot wijziging van de met de administratie gesloten basisovereenkomst en de redenen die eraan ten grondslag liggen;2° een overzicht van de inkomsten en de uitgaven van het programma of het project per begrotingspost en per specifieke doelstelling op basis van de boekhoudkundige staten;3° een eindevaluatie van het gebruik van de subsidie;4° een extern auditverslag. § 2. De internationale humanitaire organisaties en de organisaties die internationale humanitaire donorfondsen beheren, leggen de rapporten en de audits van de uitvoering die in hun statuten en interne reglementen zijn vermeld voor.
In afwijking van het eerste lid, leggen de internationale humanitaire organisaties eveneens een eindverslag voor ter verantwoording van het gebruik van de subsidie toegekend voor een HIB. § 3. De administratie gebruikt de Europees of internationaal erkende standaarden betreffende rapportage en audit, zoals die van ECHO, IASC of de Core Humanitarian Standard on Quality and Accountability en gaat op basis van de rapportage, de audit en de evaluatie na of de subsidie voldoende verantwoord werd.
Art. 15.In hetzelfde besluit wordt de bijlage vervangen als volgt: "Bijlage. Niet subsidieerbare kosten De volgende kosten komen niet in aanmerking als subsidieerbare kosten : 1° de boekhoudkundige verrichtingen die geen betalingen inhouden, tenzij ze voortkomen uit een wettelijke verplichting ten laste van het project of programma;2° de voorzieningen voor risico's en kosten, verliezen, schulden of eventuele toekomstige schulden;3° de schulden en de debiteureninteresten;4° dubieuze schuldvorderingen, met inbegrip van de werkelijke of geschatte verliezen voortvloeiend uit niet-invorderbare te ontvangen bedragen en andere betwistingen, evenals de juridische kosten verbonden aan hun terugvordering;5° de verliezen uit wisselkoers;6° de leningen aan derden;7° de waarborgen en borgtochten;8° de kosten die al ten laste genomen zijn door een andere subsidie;9° de facturen opgesteld door andere organisaties voor reeds gesubsidieerde goederen en diensten;10° de contracten voor onderaanneming of consultancy voor essentiële taken van het project of programma die tot de "core business" behoren van de gesubsidieerde organisatie;11° de uitbesteding via diensten- of consultancycontracten aan de personeelsleden, aan de leden van de beheerraad of de algemene vergadering van de gesubsidieerde organisatie;12° de onderverhuring van welke aard dan ook aan zichzelf;13° de kosten verbonden aan een vergoeding in geval van schade voortvloeiend uit de burgerlijke aansprakelijkheid van de organisatie;14° de opzegvergoedingen voor de niet gepresteerde opzegperiode;15° de uitgaven verbonden aan de expatriëring (verhuis, installatiepremie, vliegtuigtickets voor de partner en de personen ten laste) voor contracten van minder dan zes maanden;16° de aankoop van alcoholhoudende dranken, van tabak en van hun afgeleide producten.
Art. 16.De minister bevoegd voor Ontwikkelingssamenwerking is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brsussel, 14 juni 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Ontwikkelingssamenwerking, A. DE CROO