13 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit houdende nadere regelen tot verrekening op 1 juli 2004 van de helft van de in 2002 en 2003 geregistreerde algebraïsche verschillen, zoals bedoeld in de artikelen 59 en 69 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 59, gewijzigd bij de wetten van 12 augustus 2000, 2 januari 2001, 19 juli 2001, 30 december 2001, 14 januari 2002, 22 augustus 2002 en 24 december 2002, en 69, gewijzigd bij de wetten van 24 december 1999, 10 augustus 2001, 30 december 2001, 22 augustus 2002, 24 december 2002 en 22 december 2003;

Gelet op het advies van de Nationale Commissie Geneesheren-Ziekenfondsen, gegeven op 26 april 2004;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV, gegeven op 3 mei 2004;

Gelet op het advies van de Algemene Raad van het RIZIV, gegeven op 3 mei 2004;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën gegeven op 4 juni 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 24 juni 2004;

Gelet op het advies n° 37.504/1 van de Raad van State, gegeven op 13 juli 2004, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De helft van de in 2002 en 2003 vastgestelde algebraïsche verschillen, zoals bedoeld in artikel 59 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, en betreffende het gedeelte dat slaat op de niet in een ziekenhuis opgenomen patiënten, wordt vanaf 1 juli 2004 opgenomen in het forfaitair honorarium per voorschrift, bedoeld in het koninklijk besluit van 24 september 1992 tot vaststelling van de nadere regelen betreffende de forfaitaire honoraria voor sommige verstrekkingen inzake klinische biologie, verleend aan niet in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden, alsmede de onderaanneming van deze verstrekkingen, en wel als volgt : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 2.De helft van de in 2002 en 2003 vastgestelde algebraïsche verschillen, zoals bedoeld in artikel 59 van de genoemde gecoördineerde wet en betreffende het gedeelte dat slaat op de in een ziekenhuis opgenomen patiënten, wordt vanaf 1 juli 2004 als volgt opgenomen in : 1° de opnameforfaits bedoeld in artikel 24 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2° de maxi- en superforfaits, zoals bedoeld in artikel 24 van de bijlage bij het genoemde koninklijk besluit van 14 september 1984 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art.3. De helft van de in 2002 en 2003 vastgestelde algebraïsche verschillen, zoals bedoeld in artikel 69 van de genoemde gecoördineerde wet, betreffende het gedeelte dat slaat op de niet in een ziekenhuis opgenomen patiënten, wordt vanaf 1 juli 2004 als volgt opgenomen in : 1° het forfaitair consultancehonorarium A, bedoeld in artikel 17 van de bijlage bij het genoemde koninklijk besluit van 14 september 1984 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2° het forfait per voorschrift, bedoeld in artikel 17 van de bijlage bij het genoemde koninklijk besluit van 14 september 1984 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art.4. De helft van de in 2002 en 2003 vastgestelde algebraïsche verschillen, zoals bedoeld in artikel 69 van de genoemde gecoördineerde wet en betreffende het gedeelte dat slaat op de in een ziekenhuis opgenomen patiënten, wordt vanaf 1 juli 2004 als volgt opgenomen in het forfaitair consultancehonorarium H, bedoeld in artikel 17 van de bijlage bij het genoemde koninklijk besluit van 14 september 1984 : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 5.Met betrekking tot het pseudocodenummer 592001 « Forfaitair honorarium per verpleegdag », bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 18 oktober 2002 tot uitvoering van artikel 57 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, betreffende de berekeningsregels voor de per verpleegdag bepaalde forfaitaire honoraria inzake klinische biologie, bedraagt de massa die in 2004 moet worden teruggevorderd euro 2.394.000 opdat rekening kan worden gehouden met de helft van de in 2002 en 2003 vastgestelde algebraïsche verschillen, zoals bedoeld in artikel 59 van de genoemde gecoördineerde wet.

Met betrekking tot het nomenclatuurcodenummer 460784 « forfaitaire honoraria per opneming voor verstrekkingen inzake medische beeldvorming, verleend aan in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden », bedoeld in het koninklijk besluit van 26 april 1999 tot bekrachtiging van het akkoord, dat op 25 januari 1999 door de Nationale Commissie geneesheren-ziekenfondsen is gesloten ter uitvoering van artikel 69 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördinneerd op 14 juli 1994, bedraagt de massa die in 2004 moet worden toegewezen euro 2.357.000, opdat rekening kan worden gehouden met de helft van de in 2002 en 2003 vastgestelde algebraïsche verschillen, zoals bedoeld in artikel 69 van de genoemde gecoördineerde wet.

Art. 6.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2004.

Art. 7.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Kos, 13 september 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE