gepubliceerd op 26 oktober 2017
Koninklijk besluit betreffende de Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid
13 OKTOBER 2017. - Koninklijk besluit betreffende de Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 37 van de Grondwet;
Gelet op de wet van 20 juli 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/07/1990 pub. 26/05/2011 numac 2011000307 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet ter bevordering van de evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende bevoegdheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten ter bevordering van de evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende bevoegdheid;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 26/06/2002 pub. 17/07/2002 numac 2002014186 bron ministerie van verkeer en infrastructuur Koninklijk besluit houdende oprichting van een Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid en een Interministerieel Comité voor de Verkeersveiligheid sluiten houdende oprichting van een Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid en een interministerieel Comité voor de Verkeersveiligheid;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 6 april 2017;
Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen;
Op de voordracht van de Minister van Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Binnen de Federale Overheidsdienst (FOD) Mobiliteit en Vervoer wordt een orgaan opgericht met de naam "Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid", hierna "de Commissie" genoemd.
Art. 2.De Commissie heeft als opdracht : 1) het organiseren van overleg op nationaal vlak tussen de verschillende bevoegde overheden en de belangenvertegenwoordigers van de groeperingen die betrokken zijn bij het wegverkeer en de verkeersveiligheid;2) het uitwisselen van informatie tussen de verschillende vertegenwoordigers;3) het formuleren van adviezen en aanbevelingen, hetzij op eigen initiatief, hetzij op vraag van de bevoegde overheden, over voorstellen tot wijziging van de verkeers- en vervoersreglementering;4) het formuleren van aanbevelingen ter bestemming van de actoren actief in het domein van verkeersveiligheid;5) het bevorderen van aanbevelingen op basis van studies in verband met verkeersveiligheid en accidentologie in het bijzonder; 6) het kennis nemen en het bespreken van de verkeersongevallenstatistieken en andere relevante gegevens m.b.t. de verkeersongevallen; 7) het kennis nemen en het bespreken van nationale en internationale studies en initiatieven met betrekking tot de verkeersveiligheid ;8) het inhoudelijk voorbereiden van de Staten-Generaal voor de Verkeersveiligheid, op verzoek van de bevoegde minister;9) het voorstellen van kwantitatieve doelstellingen inzake de verkeersongevallen en de verkeersslachtoffers.
Art. 3.De Commissie stelt een jaarlijks syntheseverslag op met de resultaten van haar werkzaamheden en haar aanbevelingen.
Het verslag wordt gepubliceerd op website van de FOD Mobiliteit en Vervoer.
Art. 4.De Commissie is samengesteld als volgt : 1) een vertegenwoordiger van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer;2) een vertegenwoordiger van Centrex Wegverkeer;3) een vertegenwoordiger van de federale wegpolitie;4) een vertegenwoordiger van de lokale politie, aangeduid door de Vaste Commissie van de Lokale Politie;5) een vertegenwoordiger van het College van procureurs-generaal;6) een vertegenwoordiger van de Algemene Directie Statistiek - Statistics Belgium van de Federale Overheidsdienst Economie;7) een vertegenwoordiger van Vias Institute;8) een vertegenwoordiger van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten;9) een vertegenwoordiger van l'Union des Villes et Communes de Wallonie;10) een vertegenwoordiger van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;11) een vertegenwoordiger van Assuralia;12) een vertegenwoordiger van verenigingen van voetgangers;13) een vertegenwoordiger van verenigingen van personen met beperkte mobiliteit;14) een vertegenwoordiger van de fietsverenigingen;15) een vertegenwoordiger van de gemotoriseerde tweewielersverenigingen;16) een vertegenwoordiger van de Belgische Federatie van de Automobiel- en Tweewielerindustrie, FEBIAC;17) een vertegenwoordiger van de Federatie van de technologische industrie, Agoria;18) een vertegenwoordiger van Touring;19) een vertegenwoordiger van VAB;20) een vertegenwoordiger van de Koninklijke Automobiel Club van België, RACB;21) een vertegenwoordiger van de Responsible Young Drivers;22) een vertegenwoordiger van de Vereniging van Ouders van Verongelukte Kinderen;23) een vertegenwoordiger van de Beroepsfederaties van de vervoers- en logistieke sector;24) een vertegenwoordiger van de Federatie van de Belgische Autobus- en Autocarondernemers en Reisorganisatoren, FBAA; Worden uitgenodigd om eveneens als lid deel uit te maken van de Commissie: 1) twee vertegenwoordigers van het Vlaams Gewest : 2) twee vertegenwoordigers van het Waals Gewest;3) twee vertegenwoordigers van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Elk lid mag zich laten vertegenwoordigen door een vervanger.
Art. 5.De Commissie wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de FOD Mobiliteit en vervoer of zijn plaatsvervanger.
De FOD Mobiliteit en Vervoer staat in voor het secretariaat van de Commissie.
De Commissie bepaalt haar intern reglement.
Art. 6.De voorzitter van de Commissie, of in geval van verhindering, zijn vervanger, roept de Commissie samen, stelt de agenda op, leidt de werkvergaderingen en brengt de bevoegde minister op de hoogte van de werkzaamheden.
De Commissie komt minstens vier maal per jaar samen.
Art. 7.De verslagen van de vergaderingen zijn openbaar.
Art. 8.De Commissie kan werkgroepen oprichten die belast zijn met specifieke opdrachten. De Commissie en de werkgroepen mogen alle personen wiens advies ze wensen in te winnen, raadplegen, uitnodigen op hun vergaderingen en betrekken bij hun werkzaamheden.
Art. 9.De deelname aan de werkzaamheden van de Commissie wordt niet vergoed.
Het budget dat nodig is voor de werking van de Commissie valt ten laste van de FOD Mobiliteit en Vervoer.
Art. 10.Het koninklijk besluit van 26 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 26/06/2002 pub. 17/07/2002 numac 2002014186 bron ministerie van verkeer en infrastructuur Koninklijk besluit houdende oprichting van een Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid en een Interministerieel Comité voor de Verkeersveiligheid sluiten houdende oprichting van een Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid en een Interministerieel Comité voor de Verkeersveiligheid wordt opgeheven.
Art. 11.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand na afloop van een termijn van tien dagen te rekenen van de dag volgend op de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 12.De minister bevoegd voor het Wegverkeer is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 oktober 2017.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit, Fr. BELLOT