gepubliceerd op 06 februari 2015
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar
13 JANUARI 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 januari 2015.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 2014 Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 17 juli 2014 onder het nummer 122566/CO/203) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is toepasselijk op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven.
Met "bedienden" worden de mannelijke en vrouwelijke bedienden verstaan. HOOFDSTUK II. - Bepalingen
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten bij toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers, indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975, van het koninklijk besluit van 7 december 1992Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/12/1992 pub. 26/05/2000 numac 2000016127 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 1991 houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de commautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden. - Gedeeltelijke vernietiging sluiten betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen en het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot vaststelling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het Generatiepact en de besluiten die dit besluit wijzigen of vervangen.
Art. 3.§ 1. De bedienden die 58 jaar en ouder zijn, kunnen aanspraak maken op de regeling die is ingevoerd door de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 1974 voor zover het aantal jaren van hun verleden beroepsloopbaan overeenkomst met de geldende wetgeving. § 2. De bedienden op wie de voorwaarden bedoeld in § 1 van toepassing zijn en die over tenminste vijftien jaar anciënniteit beschikken, ontvangen een werkgeverstoelage van 70 pct. die wordt berekend conform collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17.
Art. 4.Overeenkomstig § 6 van artikel 2 van het koninklijk besluit van 7 december 1992Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/12/1992 pub. 26/05/2000 numac 2000016127 bron ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 december 1991 houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de commautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden. - Gedeeltelijke vernietiging sluiten betreffende het recht van ontslagen werknemers van 58 jaar en ouder op werkloosheidsuitkeringen, mag de opzeggingstermijn of de door de opzeggingsvergoeding gedekte periode van de ontslagen bedienden een einde nemen buiten de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, voor zover de ontslagen bedienden de leeftijd voorzien in deze collectieve arbeidsovereenkomst bereikt hebben tijdens haar geldigheidsduur.
Art. 5.Voor de uitvoering van artikel 4 moet de volgende procedure worden gevolgd : a) de werkgever betekent het ontslag aan de bediende binnen de termijn, die is vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978);b) de uitvoering van punt a) moet geschieden in het raam van de procedure van overleg die is bepaald in artikel 10, 1ste en 2de lid van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 1974 (collectieve arbeidsovereenkomst nr.17); c) de berekening gebeurt op basis van het werkelijke en op 3.780,69 EUR vastgelegde loon (basis 1 januari 2014).
Art. 6.Met toepassing van de artikelen 4bis, 4ter en 4quater van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, wordt het recht op de aanvullende vergoeding toegekend aan de werknemers die ontslagen werden in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden ten laste van de vorige werkgever, wanneer deze werknemers het werk als loontrekkende hervatten bij een andere werkgever dan die welke hen ontslagen heeft en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.
Het recht op de aanvullende vergoeding toegekend aan de werknemers die ontslagen zijn in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt eveneens behouden ten laste van de vorige werkgever in geval van uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit, op voorwaarde dat deze activiteit niet uitgeoefend wordt voor rekening van de werkgever die hen ontslagen heeft of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.
De werknemers beoogd in dit artikel behouden het recht op de aanvullende vergoeding zodra een einde werd gemaakt aan hun tewerkstelling in het kader van een arbeidsovereenkomst of aan de uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit. Zij leveren in dit geval aan hun vorige werkgever (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel) het bewijs van hun recht op werkloosheidsuitkeringen.
In het geval beoogd in de vorige paragraaf mogen werknemers geen twee of meer aanvullende stelsels cumuleren. Wanneer zij zich in de omstandigheden bevinden om verscheidene aanvullende stelsels te genieten, behouden zij het recht op het stelsel dat toegekend werd door de werkgever die hen ontslagen heeft (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel). HOOFDSTUK III. - Geldigheid
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2014 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2014.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 13 januari 2015.
De Minister van Werk, K. PEETERS