gepubliceerd op 26 februari 2007
Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 1793, tweede lid, van het Wetboek diverse rechten en taksen
13 FEBRUARI 2007. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 1793, tweede lid, van het Wetboek diverse rechten en taksen
VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het besluit dat U ter ondertekening wordt voorgelegd regelt de tenuitvoerlegging van artikel 1793 van het Wetboek diverse rechten en taksen (in het kort WDRT). Artikel 1793 van het Wetboek diverse rechten en taksen - ingevoegd bij artikel 144 van de programmawet van 27 december 2005 (Belgisch Staatsblad, 30 december 2005, editie 2) - legt aan de Belgische en buitenlandse verzekeringsondernemingen die levensverzekeringsverrichtingen in België doen, de verplichting op om in het kader van de jaarlijkse taks op de verzekeringsverrichtingen, jaarlijks en vóór 1 juni, een staat in te dienen die betrekking heeft op de levensverzekeringsverrichtingen van het voorgaande jaar.
Hetzelfde artikel bepaalt bovendien welke gegevens in deze jaarlijkse staat moeten worden opgenomen. Het tweede lid van artikel 1793 WDRT geeft aan de Koning de bevoegdheid om het bevoegde kantoor aan te duiden en om het model en de wijze van indiening van deze jaarlijkse staat vast te stellen.
Er moet worden opgemerkt dat in de programmawet van 27 december 2005 nog wordt gesproken van artikel 1793 van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen. Welnu, bij wet van 19 december 2006 tot omvorming van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen tot het Wetboek diverse rechten en taksen, tot opheffing van het Wetboek der zegelrechten en houdende verscheidene andere wetswijzigingen (Belgisch Staatsblad, 29 december 2006, editie 6) werd het opschrift van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen vervangen door het opschrift "Wetboek diverse rechten en taksen". Voormelde wet van 19 december 2006 is in werking getreden op 1 januari 2007.
De Raad van State merkt in zijn advies 41.675/2 van 15 december 2006 op dat het ontwerp niet het model van de staat vaststelt, noch de wijze van indiening, waarvoor het niet voldoende is zonder meer te verwijzen naar een procedure die wordt vastgelegd door de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde.
Evenwel, de ontworpen tekst betreft slechts de bevoegdheidsoverdracht van een secundair element van de procedure en niet van de gehele procedure op zich. Uit de economie van artikel 1793 WDRT en van artikel 1, tweede lid, van dit koninklijk besluit volgt duidelijk dat de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde in feite enkel bevoegd is om het model van het webformulier en het xml-bestand vast te leggen, alsmede om aan de gebruiker op te leggen over welk digitaal certificaat hij moet beschikken en al de andere praktische vereisten om aan het nieuwe elektronische systeem te kunnen deelnemen. Met andere woorden, het gaat slechts om een zeer beperkte bevoegdheid - een detailmaatregel - zodat de opmerking van de Raad van State niet wordt gevolgd. De bedoeling van deze werkwijze is om snel te kunnen inspelen en efficiënt te kunnen reageren op eventuele wijzigingen van de technische vereisten die door de professionele gebruikers van de toepassingen - webformulier of XML-bestand - aan de fiscale overheid worden gevraagd in het kader van deze gegevensuitwisseling.
Deze werkwijze werd trouwens ook toegepast bij koninklijk besluit van 13 mei 2005 tot wijziging van de Algemene Verordening op de met het zegel gelijkgestelde taksen betreffende de jaarlijkse staat inzake de taks op het lange termijnsparen (Belgisch Staatsblad, 24 mei 2005, editie 2).
Hierbij wordt opgemerkt dat bij koninklijk besluit van 21 december 2006 tot omvorming van de algemene verordening op de met het zegel gelijkgestelde taksen tot het uitvoeringsbesluit van het Wetboek diverse rechten taksen, tot opheffing van het regentsbesluit tot uitvoering van het Wetboek der zegelrechten en houdende verscheidene andere wijzigingen aan uitvoeringsbesluiten (Belgisch Staatsblad, 29 december 2006, editie 6) het opschrift van de Algemene Verordening op de met het zegel gelijkgestelde taksen vervangen werd door het opschrift "uitvoeringsbesluit van het Wetboek diverse rechten en taksen". Dit koninklijk besluit is in werking getreden op 1 januari 2007.
Bij de voormelde wijziging werd in artikel 227, § 2, tweede lid, van het uitvoeringsbesluit bepaald dat de jaarlijkse staat inzake de taks op het lange termijnsparen moet ingediend worden via een beveiligde internetverbinding en volgens een procedure die wordt vastgelegd door de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde. En voordien bij de invoering van deze taks bij koninklijk besluit van 30 juni 1993 tot wijziging van de Algemene Verordening op de met het zegel gelijkgestelde taksen (Belgisch Staatsblad, 9 juli 1993) werd de bevoegdheid tot het vastleggen van het model van de staat en van de informatiedrager eveneens reeds toegekend aan de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde. Met andere woorden zowel in 1993 als in 2005 werd al de keuze gemaakt om snel en efficiënt te kunnen reageren op de noodwendigheden van de markt, zijnde de professionele gebruikers - financiële instellingen en verzekeringsondernemingen - en gebruik te maken van de meest actuele informaticatoepassingen. De huidige procedure inzake de indiening van de jaarlijkse staat voor de jaarlijkse taks op het lange termijnsparen is dan ook tot stand gekomen na interacties en testsessies met deze professionele spelers.
Toen is ook gebleken dat de huidige informaticatoepassingen steeds verder en sneller evolueren en dat er bovendien snel gereageerd moet worden op bepaalde wijzigingen om een maximum aan gebruikers tijdig te kunnen bereiken. Het meest aangewezen middel hiervoor is door gebruik te maken van een ministerieel besluit of van een administratieve circulaire.
Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS
ADVIES 41.675/2 VAN DE AFDELING WETGEVING VAN DE RAAD VAN STATE De Raad van State, afdeling wetgeving, tweede kamer, op 14 november 2006 door de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën verzocht hem, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit "tot uitvoering van artikel 1793, tweede lid, van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen", heeft op 6 december 2006 het volgende advies gegeven : Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de afdeling wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het voorontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.
Wat deze drie punten betreft, geeft het voorontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.
De tweede zin van artikel 1793, tweede lid, van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen bepaalt dat het model van de staat, de wijze van indiening en het bevoegde kantoor bij koninklijk besluit worden vastgesteld.
Dit ontwerp stelt niet het model van de staat vast, noch de wijze van indiening, waarvoor het niet voldoende is zonder meer te verwijzen naar een procedure die wordt vastgelegd door de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde.
Het ontwerp moet bijgevolg worden aangevuld.
Gelet op de strekking ervan (1), betreft het immers geen detailmaatregel waarvan ontwerpen aan de minister of aan diens gemachtigde kan worden overgelaten. Voorts is het moeilijk denkbaar dat het ontworpen koninklijk besluit achteraf wordt aangevuld, vermits de staat moet worden ingediend binnen een door de wetgever vooraf bepaalde termijn.
De kamer was samengesteld uit : de Heren Y. Kreins, kamervoorzitter Ph. Hanse, J. Jaumotte, staatsraden, H. Bosly, assessor van de afdeling wetgeving, Mevrouw B. Vigneron, griffier.
Het verslag werd uitgebracht door de H. J. Regnier, eerste auditeur-afdelingshoofd.
De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst werd nagezien onder toezicht van de H. J. Jaumotte.
De griffier, B. VIGNERON De voorzitter, Y. KREINS _______ Nota (1) Zie de memorie van toelichting bij en het advies van de Raad van State over het ontwerp dat de programmawet van 27 december 2005 (artikel 144) is geworden (Gedr.Stuk Kamer, 51 2097/001, blz. 92-94 en 217-218).
13 FEBRUARI 2007. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 1793, tweede lid, van het Wetboek diverse rechten en taksen ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op het Wetboek diverse rechten en taksen, inzonderheid artikel 1793, tweede lid;
Gelet op advies 41.675/2 van de Raad van State, gegeven op 15 december 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het kantoor bedoeld in artikel 1793, tweede lid, van het Wetboek diverse rechten en taksen, is het Centrum voor Informatieverwerking (C.I.V.) van de Administratie van de belasting over de toegevoegde waarde, registratie en domeinen.
De in hetzelfde artikel bedoelde jaarlijkse staat moet op het bevoegde kantoor ingediend worden via een beveiligde internetverbinding en volgens een procedure die wordt vastgelegd door de Minister van Financiën of zijn afgevaardigde.
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 februari 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS