Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 september 1999
gepubliceerd op 16 december 1999

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de maaltijdcheques

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012601
pub.
16/12/1999
prom.
12/09/1999
ELI
eli/besluit/1999/09/12/1999012601/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

12 SEPTEMBER 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de maaltijdcheques (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 1998, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de maaltijdcheques.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 september 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 1998 Maaltijdcheques (Overeenkomst geregistreerd op 6 augustus 1998 onder het nummer 48816/CO/326)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten op basis van artikel 19 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944.

Ze heeft tot doel de modaliteiten te regelen voor toekenning van maaltijdcheques aan de werknemers bedoeld in artikel 2.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf en op het statutair gebaremiseerd personeel dat zij tewerkstellen.

Art. 3.Het aantal maaltijdcheques dat maandelijks aan elke werknemers toegekend wordt, wordt bepaald door het effectief gepresteerd aantal uren in de loop van elk kwartaal te delen door het aantal normale dagelijkse arbeidsuren in het bedrijf.

Indien het resultaat van deze bewerking een decimaal getal als uitkomst heeft, wordt het naar boven afgerond.

Dit aantal maaltijdcheques mag nooit hoger zijn dan het maximum aantal dagen dat tijdens het kwartaal gepresteerd kan worden door een voltijdse werknemer in het bedrijf.

Art. 4.Voor de berekening waarvan sprake in artikel 3 gaan de partijen die deze overeenkomst ondertekenen akkoord over de volgende elementen : - het dagelijkse normale aantal arbeidsuren is tegenwoordig 7,60 u; dit aantal wordt aangepast in geval van herziening van de duur en/of van de organisatie van de werktijd; - enkel in het raam van deze collectieve arbeidsovereenkomst stemt het maximum aantal dagen dat een voltijdse werknemer in het bedrijf per kwartaal kan presteren, overeen met het aantal kalenderdagen van dit kwartaal. Inderdaad wegens het karakter van openbaar nut van de activiteit dat de continuïteit van de gas- en elektriciteitsvoorziening vereist, kunnen prestaties elke dag van het jaar verricht worden.

Art. 5.De tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijdcheque, namelijk in de nominale waarde, wordt vastgesteld op 180 F. De werknemer neemt een bedrag van 45 F voor zijn rekening.

Art. 6.De maaltijdcheques worden iedere maand aan de werknemer overhandigd in functie van het aantal dagen van die maand waarop de werknemers vermoedelijk effectief arbeidsprestaties zal leveren, in de loop van het kwartaal, en uiterlijk de laatste dag van de eerste maand die volgt op het kwartaal, wordt het aantal cheques in overeenstemming gebracht met het aantal dagen waarop de werknemer tijdens het kwartaal effectief arbeidsprestaties leverde.

Art. 7.De maaltijdcheques worden uitgereikt op naam van de werknemer.

De individuele rekening vermeldt het aantal toegekende maaltijdcheques en het brutobedrag van de maaltijdcheques verminderd met de persoonlijke bijdrage van de werknemer.

Art. 8.De maaltijdcheque vermeldt duidelijk dat zijn geldigheidsduur beperkt is tot drie maanden en dat hij slechts mag worden gebruikt ter betaling van een eetmaal of voor de aankoop van verbruiksklare voeding.

Art. 9.Aangezien het voordeel van de maaltijdcheques niet mag gecumuleerd worden met maaltijden in een mess, met tegemoetkoming van de werkgever in de kostprijs van de maaltijden, mag de prijs voor een standaard maaltijd, te betalen door de werknemer in de mess onder beheer van de werkgever, niet lager zijn dan de kostprijs.

Art. 10.Al deze modaliteiten worden aangepast in functie van de eventuele opmerkingen of instructies van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, de Administratie der Belastingen of de wijzigingen van de wet, zonder dat de maximale kost, alle lasten inbegrepen, voor de werkgever hoger mag zijn dan 180 F per toegekende maaltijdcheque.

Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1999.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor onbepaalde tijd.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door elk van de partijen worden opgezegd met een opzeggingstermijn van 6 maanden, betekend bij aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf en aan elk van de ondertekenende partijen; de poststempel geldt als bewijs. De opzeggingstermijn vangt aan op de dag van de betekening.

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de bepalingen van artikel 8, § 2, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 september 1994, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, houdende regeling van de sociale programmatie in het gas- en elektriciteitsbedrijf voor de periode van 1 januari 1995 tot 31 december 1996.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 september 1999.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^