gepubliceerd op 04 november 2014
Koninklijk besluit nr. 8, tot vaststelling van de wijze van afronding van de verschuldigde, de aftrekbare of de voor teruggaaf vatbare belasting over de toegevoegde waarde. - Officieuze coördinatie in het Duits
FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN
12 MAART 1970. - Koninklijk besluit nr. 8, tot vaststelling van de wijze van afronding van de verschuldigde, de aftrekbare of de voor teruggaaf vatbare belasting over de toegevoegde waarde. - Officieuze coördinatie in het Duits
De hierna volgende tekst is de officieuze coördinatie in het Duits van het koninklijk besluit nr. 8 van 12 maart 1970, tot vaststelling van de wijze van afronding van de verschuldigde, de aftrekbare of de voor teruggaaf vatbare belasting over de toegevoegde waarde (Belgisch Staatsblad van 18 maart 1970), zoals het achtereenvolgens werd gewijzigd bij : - het
koninklijk besluit van 29 december 1992Relevante gevonden documenten
type
koninklijk besluit
prom.
29/12/1992
pub.
30/10/2014
numac
2014000814
bron
federale overheidsdienst financien
Koninklijk besluit nr. 10 met betrekking tot de uitoefeningsmodaliteiten van de keuzen, bedoeld in de artikelen 15, § 2, derde lid, en 25ter, § 1, tweede lid, 2°, tweede lid, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, de aangiften van aanvang, wijziging, stopzetting van activiteit en de voorafgaande kennisgevingen inzake de belasting over de toegevoegde waarde. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 8 van 12 maart 1970 tot vaststelling van de wijze van afronding van de verschuldigde, de aftrekbare of de voor teruggaaf vatbare belasting over de toegevoegde waarde (Belgisch Staatsblad van 31 december 1992); - het koninklijk besluit van 22 november 1994 tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 1, 2, 3, 4, 8, 18, 24, 31, 46, 48 en 50 inzake belasting over de toegevoegde waarde (Belgisch Staatsblad van 1 december 1994, err. van 9 december 1994); - het
koninklijk besluit van 26 november 1998Relevante gevonden documenten
type
koninklijk besluit
prom.
26/11/1998
pub.
01/12/1998
numac
1998003606
bron
ministerie van financien
Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 1, 8, 23, 24, 41, 42, 44 en 50 inzake belasting over de toegevoegde waarde en het koninklijk besluit van 31 maart 1936 houdende algemeen reglement van de successierechten
sluiten tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 1, 8, 23, 24, 41, 42, 44 en 50 inzake belasting over de toegevoegde waarde en het koninklijk besluit van 31 maart 1936 houdende algemeen reglement van de successierechten (Belgisch Staatsblad van 1 december 1998); - het
koninklijk besluit van 20 juli 2000Relevante gevonden documenten
type
koninklijk besluit
prom.
20/07/2000
pub.
30/08/2000
numac
2000003468
bron
ministerie van financien
Koninklijk besluit tot invoering van de euro in de koninklijke besluiten die ressorteren onder het Ministerie van Financiën en tot uitvoering van de wet van 30 oktober 1998 betreffende de euro
sluiten tot invoering van de euro in de koninklijke besluiten die ressorteren onder het Ministerie van Financiën en tot uitvoering van de wet van 30 oktober 1998 betreffende de euro (Belgisch Staatsblad van 30 augustus 2000, err. van 8 maart 2001); - het
koninklijk besluit van 20 februari 2004Relevante gevonden documenten
type
koninklijk besluit
prom.
20/02/2004
pub.
27/02/2004
numac
2004003110
bron
federale overheidsdienst financien
Koninklijk besluit tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 2, 3, 4, 7, 8, 19, 23, 24, 31, 46, 47, 48, 50 en 53 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde
sluiten tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 2, 3, 4, 7, 8, 19, 23, 24, 31, 46, 47, 48, 50 en 53 met betrekking tot de belasting over de toegevoegde waarde (Belgisch Staatsblad van 27 februari 2004).
Deze officieuze coördinatie in het Duits is opgemaakt door de Centrale dienst voor Duitse vertaling in Malmedy.
MINISTERIUM DER FINANZEN 12. MÄRZ 1970 - Königlicher Erlass Nr.8 zur Festlegung der Modalitäten für die Abrundung der geschuldeten, abzugsfähigen oder erstattungsfähigen Mehrwertsteuer Artikel 1 - [...] [Wenn der Betrag der geschuldeten Steuer einen Bruchteil eines Euros mit mehr als zwei Dezimalstellen enthält, muss dieser Bruchteil zu einem ganzen Cent auf- oder abgerundet werden, je nachdem, ob die dritte Dezimalstelle 5 erreicht oder nicht.] [Diese Auf- oder Abrundung wird wie folgt vorgenommen: 1. pro Dokument, in allen Fällen, in denen der Betrag der Steuer auf einer Rechnung oder einem anderen in Ausführung des Gesetzbuches erstellten Dokument oder in einem der in Artikel 14 des Königlichen Erlasses Nr.1 über Maßnahmen im Hinblick auf die Gewährleistung der Zahlung der Mehrwertsteuer erwähnten Bücher vermerkt werden muss, 2. pro Rubrik der je nach Fall [in den Artikeln 53 § 1 Absatz 1 Nr.2, 53ter Nr. 1] und 53nonies § 1 des Gesetzbuches erwähnten Erklärungen.] Aus Gründen des Rechnungslegungsverfahrens darf jedoch pro Gut oder Dienstleistung, pro Steuersatz oder auf eine andere Weise auf- oder abgerundet werden, insofern die Auf- oder Abrundung gemäß Absatz 1 [...] vorgenommen wird. [Art. 1 früherer Absatz 1 aufgehoben durch Art. 6 § 13 Nr. 1 des K.E. vom 20. Juli 2000 (B.S. vom 30. August 2000); neuer Absatz 1 (früherer Absatz 2) eingefügt durch Art. 4 Buchstabe A) des K.E. vom 26.
November 1998 (B.S. vom 1. Dezember 1998); Abs. 2 ersetzt durch Art. 1 des K.E. vom 29. Dezember 1992 (B.S. vom 31. Dezember 1992); Abs. 2 Nr. 2 abgeändert durch Art. 14 des K.E. vom 20. Februar 2004 (B.S. vom 27. Februar 2004);Abs. 3 abgeändert durch Art. 4 Buchstabe B) des K.E. vom 26. November 1998 (B.S. vom 1. Dezember 1998) und Art. 6 § 13 Nr. 2 des K.E. vom 20. Juli 2000 (B.S. vom 30. August 2000)] Art. 2 - Auch folgende Beträge müssen gemäß [Artikel 1 Absatz 1 [...]] auf- oder abgerundet werden: 1. das Ergebnis der Berechnung zur Bestimmung des Teils der Steuer, der aufgrund der Artikel 45 bis 49 des Gesetzbuches abzugsfähig ist, 2.[...] 3. der Betrag der erstattungsfähigen Steuer, der in dem in Artikel 4 § 1 Nr.1 des Königlichen Erlasses Nr. 4 vom 29. Dezember 1969 erwähnten Berichtigungsdokument oder im Erstattungsantrag angegeben ist. [Art. 2 einziger Absatz einleitende Bestimmung abgeändert durch Art. 5 des K.E. vom 26. November 1998 (B.S. vom 1. Dezember 1998) und Art. 6 § 13 Nr. 3 des K.E. vom 20. Juli 2000 (B.S. vom 30. August 2000); einziger Absatz Nr. 2 aufgehoben durch Art. 13 des K.E. vom 22.
November 1994 (B.S. vom 1. Dezember 1994)] Art. 3 - Vorliegender Erlass tritt an demselben Datum in Kraft wie das Gesetz vom 3. Juli 1969 zur Einführung des Mehrwertsteuergesetzbuches.
Art. 4 - Unser Minister der Finanzen ist mit der Ausführung des vorliegenden Erlasses beauftragt.