Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 12 februari 1999
gepubliceerd op 25 februari 1999

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 april 1996 tot vaststelling van de vermindering van de tegemoetkoming van de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de honoraria en prijzen vastgesteld in sommige overeenkomsten met de revalidatieinrichtingen bedoeld in artikel 22, 6°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
1999022135
pub.
25/02/1999
prom.
12/02/1999
ELI
eli/besluit/1999/02/12/1999022135/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

12 FEBRUARI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 april 1996 tot vaststelling van de vermindering van de tegemoetkoming van de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de honoraria en prijzen vastgesteld in sommige overeenkomsten met de revalidatieinrichtingen bedoeld in artikel 22, 6°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 37, § 6, tweede lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 april 1996 tot vaststelling van de vermindering van de tegemoetkoming van de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de honoraria en prijzen vastgesteld in sommige overeenkomsten met de revalidatieinrichtingen bedoeld in artikel 22, 6°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 1;

Gelet op het advies uitgebracht op 26 oktober 1998 door het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, uitgebracht op 3 december 1998;

Gelet op de hoogdringendheid gemotiveerd door de omstandigheid dat de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd is om het mogelijk te maken maatregelen te nemen ten gunste van personen getroffen door een chronische ziekte teneinde de bijkomende kosten te verminderen die deze personen moeten dragen omwille van de aandoening waaraan zij lijden; dat in het kader van die maatregelen meerbepaald revalidatieovereenkomsten afgesloten zijn die in voege getreden zijn op 1 oktober 1998; dat in de zorg het nagestreefde doel zo goed mogelijk te bereiken, voorzien is de persoonlijke bijdrage in de kosten van revalidatieverstrekkingen verleend door de gespecialiseerde revalidatieinrichtingen die de overeenkomsten afsloten geheel op te heffen, en dit vanaf het in voege treden van die overeenkomsten; dat in de zorg om enerzijds te vermijden dat de betrokken sociaal verzekerden tot betaling zouden moeten overgaan van sommen die hen later zouden dienen terugbetaald en dat anderzijds aldus terugvorderingsprocedures zouden moeten opgestart worden, het van belang is dat dit besluit zonder uitstel genomen en bekend gemaakt wordt opdat de revalidatieinrichtingen snel zouden ingelicht zijn omtrent de voornoemde maatregelen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 2 februari 1999, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Besluit :

Artikel 1.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 29 april 1996 tot vaststelling van de vermindering van de tegemoetkoming van de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen in de honoraria en prijzen vastgesteld in sommige overeenkomsten met de revalidatieinrichtingen bedoeld in artikel 22, 6°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wordt aangevuld als volgt : « g) betreffende personen lijdend aan een zeldzame monogenische erfelijke metabole ziekte; h) betreffende personen lijdend aan mucoviscidose;i) betreffende personen lijdend aan een neuromusculaire ziekte.»

Art. 2.Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 oktober 1998.

Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 12 februari 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN

^