gepubliceerd op 22 november 2019
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar na 33 jaar beroepsverleden met of zonder nachtarbeid voor de periode 2019-2020
11 NOVEMBER 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar na 33 jaar beroepsverleden met of zonder nachtarbeid voor de periode 2019-2020 (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de textielverzorging;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor de textielverzorging, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar na 33 jaar beroepsverleden met of zonder nachtarbeid voor de periode 2019-2020.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 november 2019.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de textielverzorging Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2019 Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 59 jaar na 33 jaar beroepsverleden met of zonder nachtarbeid voor de periode 2019-2020 (Overeenkomst geregistreerd op 6 augustus 2019 onder het nummer 153320/CO/110) I. Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de textielverzorging evenals op de arbeiders en arbeidsters die ze tewerkstellen.
II. Draagwijdte en duur
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft voor de periode van 1 januari 2019 tot en met 31 december 2020 tot doel de sectorale toepassing van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag overeenkomstig de bepalingen van artikel 3, § 1 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 13 december 2017, en met toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975 en laatst gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies sexies van 27 april 2015.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van volgende collectieve arbeidsovereenkomsten van 23 april 2019 van de Nationale Arbeidsraad : - Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 130 tot vaststelling, voor 2019 en 2020, van de voorwaarden voor de toekenning van een bedrijfstoeslag in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere werknemers die worden ontslagen en die 20 jaar hebben gewerkt in een regeling van nachtarbeid, die hebben gewerkt in een zwaar beroep of die hebben gewerkt in het bouwbedrijf en arbeidsongeschikt zijn; - Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 131 tot vaststelling op interprofessioneel niveau, voor 2019 en 2020, van de leeftijd vanaf welke een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag kan worden toegekend aan sommige oudere werknemers die worden ontslagen en die 20 jaar hebben gewerkt in een regeling van nachtarbeid, die hebben gewerkt in een zwaar beroep of die hebben gewerkt in het bouwbedrijf en arbeidsongeschikt zijn.
Deze collectieve arbeidsovereenkomst volgt met ingang van 1 januari 2019 op de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 december 2018 betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag voor werknemers die hebben gewerkt in een zwaar beroep met of zonder nachtprestaties (registratienummer 150265/CO/110) en is van toepassing tot 31 december 2020.
Art. 3.De aanvullende vergoeding wordt ten laste genomen door het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" en toegekend aan de arbeid(st)ers die ontslagen worden en voldoen aan de hieronder bepaalde voorwaarden.
III. Voorwaarden om recht te hebben op de aanvullende vergoeding
Art. 4.De in artikel 3 bedoelde aanvullende vergoeding behelst het toekennen van gelijkaardige voordelen als voorzien bij de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17.
Deze aanvullende vergoeding wordt toegekend aan de ontslagen arbeid(st)ers die tussen 1 januari 2019 en 31 december 2020 59 jaar en ouder zijn op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en die op dat ogenblik 33 jaar beroepsverleden als loontrekkende kunnen rechtvaardigen en die minimaal 20 jaar hebben gewerkt in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 betreffende de begeleidingsmaatregelen voor ploegenarbeid met nachtprestaties alsook voor andere vormen van arbeid met nachtprestaties, gesloten op 23 maart 1990 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990 of gewerkt hebben in een zwaar beroep zoals bedoeld in de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 130.
Overeenkomstig artikel 3, § 8 van het voornoemde koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten moet de werknemer de leeftijd van 59 jaar zoals bepaald in lid 2 van dit artikel ten laatste bereikt hebben op het einde van de arbeidsovereenkomst en gedurende de periode waarin deze collectieve arbeidsovereenkomst van toepassing is.
De werknemer moet bovendien ontslagen worden tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De werknemer die de voorwaarden vervult (leeftijd en beroepsverleden) en waarvan de opzeggingstermijn afloopt na 31 december 2020 behoudt het recht op de bedrijfstoeslag.
Art. 5.De arbeid(st)ers die voldoen aan de door artikel 4 vereiste voorwaarden komen in aanmerking voor de in hetzelfde artikel 4 vermelde aanvullende vergoeding indien zij, bovenop de in de werkloosheidsreglementering vereiste voorwaarden om te kunnen genieten van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, tevens het bewijs kunnen voorleggen van : - gedurende ten minste 5 jaar - desgevallend middels onderbroken periodes - tewerkgesteld geweest zijn in de sector; - gedurende de periode van twaalf maanden, onmiddellijk voorafgaand aan de datum van aanvang van de werkloosheid met bedrijfstoeslag, ononderbroken tewerkgesteld geweest zijn in de onderneming.
IV. De aanvullende vergoeding en overige bepalingen
Art. 6.De maandelijkse aanvullende vergoeding uitbetaald door het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" bedraagt minimaal 91,38 EUR. De aanvullende vergoeding wordt na halftijds tijdskrediet en 4/5de loopbaanvermindering in het kader van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 berekend op basis van het voltijds loon dat van toepassing zou geweest zijn op het ogenblik van de overgang naar de werkloosheid met bedrijfstoeslag indien de arbeider(st)er geen tijdskrediet of loopbaanvermindering zou genomen hebben.
Art. 7.De werknemers die zijn ontslagen in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging", wanneer ze het werk hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen heeft ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen.
Zij behouden ook het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging", ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep wordt uitgeoefend, op voorwaarde dat die activiteit niet wordt uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft ontslagen of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen.
Het recht op de aanvullende vergoeding ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" wordt gewaarborgd in geval de werknemer een beroep doet op de bepalingen van artikel 3, § 8 van het voornoemd koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten, waarbij dus rechten op basis van een oudere sectorale collectieve arbeidsovereenkomst ontstonden.
Art. 8.§ 1. De betaling van de aanvullende vergoeding bedoeld in deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt maandelijks uitgevoerd door het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging". § 2. Het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" betaalt eveneens de bijzondere werkgeversbijdragen bedoeld in hoofdstuk VI van titel XI van de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021365 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten houdende diverse bepalingen, die zijn verschuldigd op de aanvullende vergoeding betaald door het voornoemde fonds, met uitzondering van de verhoogde bijdrage voor ondernemingen in herstructurering.
Dit betekent dat het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" slechts gedeeltelijk de verplichtingen van de werkgevers overneemt indien aan de begunstigde nog andere betalingen worden verricht, naast deze ten laste van het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging".
Derhalve staat de debiteur van elke andere aanvulling dan deze betaald door het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging" zelf in voor de betaling van de bijzondere werkgeversbijdragen, verschuldigd op de door hem verrichtte betalingen. § 3. Zoals voorzien in artikel 7 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt de aanvullende vergoeding verder uitbetaald in de bijzondere gevallen van werkhervatting, voorzien in artikel 4bis en artikel 4quater van de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17.
Buiten de gevallen bedoeld in de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals in geval van het opnemen van een activiteit bij of het werken voor rekening van de werkgever die de persoon in werkloosheid met bedrijfstoeslag heeft ontslagen, is er geen aanvullende vergoeding verschuldigd, wetende dat deze als loon zou beschouwd worden, gelet op artikel 124, § 6 van de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021365 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten houdende diverse bepalingen (I), en dus niet zou beschouwd worden als een aanvulling bij een sociale uitkering.
Zowel de persoon in werkloosheid met bedrijfstoeslag als de werkgever zijn er derhalve toe gehouden dergelijke bijzondere gevallen van werkhervatting onmiddellijk te melden aan het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging". Zij zijn tevens aansprakelijk voor de gevolgen van enige nalatigheid op dit stuk.
De persoon in werkloosheid met bedrijfstoeslag is ertoe gehouden elke tussenkomende wijziging in zijn situatie onmiddellijk mee te delen aan het "Gemeenschappelijk Fonds van de textielverzorging".
Art. 9.De arbeiders en arbeidsters die in uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst een bedrijfstoeslag ontvangen, moeten in de onderneming bij voorkeur vervangen worden door werknemers uit de risicogroepen, zoals voorzien in de wet van 29 december 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/12/1990 pub. 02/12/2011 numac 2011000753 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende sociale bepalingen Officieuze coördinatie in het Duits van uittreksels sluiten houdende sociale bepalingen, hoofdstuk XI : "Bepalingen betreffende het interprofessioneel akkoord".
Art. 10.De arbeid(st)ers kunnen in toepassing van artikel 22, § 3 van het koninklijk besluit tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag van 3 mei 2007 op hun vraag vrijgesteld worden van de verplichting aangepast beschikbaar te zijn.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 11 november 2019.
De Minister van Werk, N. MUYLLE