11 JULI 2003. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de aangelegenheden waarvoor de beslissingen in de Technische Geneeskundige Raad door ten minste de helft van de stemgerechtigde huisartsen of de stemgerechtigde geneesheren-specialisten moeten worden goedgekeurd

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 28, § 2, 6e lid, ingevoegd bij de wet van 22 augustus 2002;

Gelet op het advies van de Nationale Commissie geneesheren-ziekenfondsen, gegeven op 3 maart 2003;

Gelet op het advies van het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 17 maart 2003;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 maart 2003;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 24 april 2003;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het voor het goed beheer van de verzekering voor geneeskundige verzorging noodzakelijk is dat zowel huisartsen als geneesheren-specialisten zich kunnen uitspreken over de aangelegenheden die hen specifiek aanbelangen; dat de wet van 22 augustus 2002 een wijziging doorvoert in artikel 28, § 2, zesde lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, die er toe strekt dat bij koninklijk besluit de aangelegenheden bepaald worden waarvoor de beslissingen in de Technische Geneeskundige Raad door ten minste de helft van de stemgerechtigde huisartsen of de stemgerechtigde geneesheren-specialisten moeten worden goedgekeurd; dat gelet op de problemen waarmee het beheer van het systeem van de gezondheidszorg-verzekering momenteel geconfronteerd wordt, het besluit dat de hogergenoemde aangelegenheden bepaalt, derhalve zo vlug mogelijk aangenomen en bekend moet worden gemaakt;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de in dit artikel bedoelde aangelegenheden kunnen de beslissingen in de Technische Geneeskundige Raad enkel worden genomen indien ze door ten minste de helft van de stemgerechtigde huisartsen die de representatieve beroepsorganisaties van het genees-herenkorps vertegenwoordigen, worden goedgekeurd : 1° de voorstellen tot wijziging van artikel 1 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen voorzover de bepalingen van dit artikel de huisartsen betreffen;2° de voorstellen tot wijziging met betrekking tot de omschrijvingen, de sleutelletters en de coëfficiëntgetallen van alle prestaties opgenomen in de in 1° bedoelde bijlage en die de bekwaming van algemeen geneeskundige vereisen, alsook de toepassingsregels met betrekking tot die prestaties;3° de voorstellen van de interpretatieregels met betrekking tot de in 2° bedoelde aangelegenheden.

Art. 2.Voor de in dit artikel bedoelde aangelegenheden kunnen de beslissingen in de Technische Geneeskundige Raad enkel worden genomen indien ze door ten minste de helft van de stemgerechtigde geneesheren-specialisten die de representatieve beroepsorganisaties van het geneesherenkorps vertegenwoordigen worden goedgekeurd : 1° de voorstellen tot wijziging van artikel 1 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen voorzover de bepalingen van dit artikel de geneesheren-specialisten betreffen;2° de voorstellen tot wijziging met betrekking tot de omschrijvingen, de sleutelletters en de coëfficiëntgetallen van alle prestaties opgenomen in de in 1° bedoelde bijlage en die de bekwaming van geneesheer-specialist vereisen, alsook de toepassingsregels met betrekking tot die prestaties;3° de voorstellen van de interpretatieregels met betrekking tot de in 2° bedoelde aangelegenheden.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 11 juli 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, F. VANDENBROUCKE