gepubliceerd op 22 december 2001
Koninklijk besluit betreffende de invoering van de euro in de regelgeving die ressorteert onder het Ministerie van Binnenlandse Zaken
11 DECEMBER 2001. - Koninklijk besluit betreffende de invoering van de euro in de regelgeving die ressorteert onder het Ministerie van Binnenlandse Zaken
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de verordeningen (EG) nr. 1103/97 van de Raad van 17 juni 1997 over enkele bepalingen betreffende de invoering van de euro en nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro;
Gelet op het Kieswetboek van 12 augustus 1928, herzien door de wet van 26 april 1929;
Gelet op de wet van 19 oktober 1921 tot regeling van de provincieraadsverkiezingen, laatst gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000;
Gelet op de gemeentekieswet, gecoördineerd op 4 augustus 1932, laatst gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000;
Gelet op de wet van 12 januari 1989 tot regeling van de wijze waarop de Brusselse Hoofdstedelijke Raad wordt verkozen, laatst gewijzigd bij de wet van 5 april 1995;
Gelet op de wet van 23 maart 1989 betreffende de verkiezing van het Europees Parlement, laatst gewijzigd bij de wet van 11 april 1994;
Gelet op de wet van 6 juli 1990 tot regeling van de wijze waarop de Raad van de Duitstalige Gemeenschap wordt verkozen, laatst gewijzigd bij de wet van 5 april 1995;
Gelet op de wet van 11 april 1994 tot organisatie van de geautomatiseerde stemming, laatst gewijzigd bij de wet van 18 augustus 2000;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 april 1999 tot vaststelling van het bedrag van het presentiegeld en de reiskosten voor de leden van de kiesbureaus;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 24 oktober 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 8 november 2001;
Gelet op het verzoek om spoedbehandeling gemotiveerd als volgt: Met de koninklijke besluiten van 20 juli 2000 en 13 juli 2001 zijn de meeste bedragen in de Belgische reglementering omgezet van Belgische frank naar euro. De strikte timing die toen is gehanteerd heeft het mogelijk gemaakt dat de overheidsbesturen nu reeds heel wat maatregelen en schikkingen hebben genomen om een vlotte overgang naar het definitieve eurotijdperk per 1 januari 2002 te verzekeren.
Het zeer omvangrijke werk van omzetting naar euro kon met de bovenvermelde reeksen besluiten niet volledig worden uitgevoerd. Voor een aantal bedragen waren er nog wettelijk vereiste adviezen of akkoordverklaringen noodzakelijk. In een aantal gevallen is de wetgeving nog aangepast zonder rekening te houden met de overgang naar de euro.
De reeks eurobesluiten die nu wordt voorgelegd heeft als doel de eerste en tweede reeks te vervolledigen. Ook nu weer worden, voor de bevattelijkheid, de bepalingen op een gegroepeerde wijze uitgevaardigd. Dit gebeurt ter verzekering van een eenvormige behandeling die enerzijds een budgettaire en administratieve controle toelaat en anderzijds het Parlement in staat stelt de uitwerking van de bepalingen in goede voorwaarden op te volgen.
Het is nodig om de voorgestelde aanpassingen zo snel mogelijk door te voeren. De opdracht aan de Koning om de wetten aan te passen aan de euro, verstrijkt op 31 december 2001. Bovendien treden de omzettingen vanaf 1 januari 2002 in werking. Het is dus noodzakelijk dat de geadministreerden voor die datum zekerheid krijgen over de omzetting van bedragen en regels waarover er nog twijfel bestaat.
Gelet op het advies van de Raad van State nr. 32.590/2, gegeven op 27 november 2001, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In de bepaling van het koninklijk besluit van 11 april 1999 tot vaststelling van het bedrag van het presentiegeld en de reiskosten voor de leden van de kiesbureaus, die hieronder wordt aangeduid, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.
Art. 3.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 11 december 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse zaken, A. DUQUESNE